Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Briefwisseling met mijn jonge vrienden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Briefwisseling met mijn jonge vrienden

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Waarde jonge Vriend,

Je brief uit Indië heb ik eenigen tijd geleden ontvangen. Je doet daarin een vraag, die ten nauwste samenhangt met verloving en huwelijk. Als door je gevraagd wordt uit den Bijbel te formuleeren wat al of niet een geoorloofde verhouding is tusschen verloofden, dan is dat wel een heel kiesche vraag.
Het is gansch niet de meening van Baruch dat deze dingen doodgezwegen moeten worden. Maar zulk een vraag kan niet kortweg met ja of neen worden beantwoord. De zaken moeten behandeld worden en vergen een Schriftuurlijke motiveering. We zijn er niet mee af met te zeggen: zoo denkt die of die erover. Bovendien staan vele vragen niet op zichzelf, maar houden, méér dan men soms vermoedt, verband met dieper liggende beschouwingen.
Door de redactie is reeds eenigen tijd geleden overwogen, om op een andere plaats in ons blad breeder op dit geheele complex van vragen in te gaan. Dat kan Baruch niet doen, in zijn brieven. Bovendien zou het de beantwoording van andere brieven te zeer belemmeren. Nu reeds is het een bezwaar, dat het tijdsverloop tusschen het ontvangen van brieven en de beantwoording daarvan te groot is. Je zult dus wat geduld moeten hebben, tot de redactie plaats beschikbaar heeft, om deze zaken aan de orde te stellen.
Op één ding wil ik mijn jonge vrienden en vriendinnen wijzen, en dat is het volgende: Zoodra er maar gelegenheid is om vragen te stellen, zooals onze vragenrubriek daartoe de gelegenheid opent, en waartoe de correspondentie met Baruch mogelijkheid biedt, stormen de vragen los. En dan hoor je: Mag dit? mag dat?
Dat verraadt, dat we naar een uiterlijke levensvorm zoeken. Is dat dan niet goed? Zeer zeker, mits .... wij niet uit het oog verliezen, dat de IevensOPENBARING moet spruiten uit het IevensBEGINSEL, de levensopvatting. Het is dikwijls zóó, dat wij in de praktijk onszelf naar anderen afmeten en anderen naar ons. Dat kunnen wij natuurlijk moeilijk anders doen dan naar het uiterlijke. De nadruk komt dan te liggen op den buitenkant der dingen. Hierdoor ontstaat het gevaar, dat wij dezen te veel los zien van den binnenkant. Als dan de buitenkant maar in orde is, dan komt het op den binnenkant niet zoozeer meer aan. Treft ons dan niet het verwijt: Wee u, gij schriftgeleerden en farizeeën, gij geveinsden; want gij zijt den witgepleisterden graven gelijk, die van buiten wel schoon schijnen, maar van binnen zijn zij vol doodsbeenderen en alle onreinheid.
Dan maar al deze uitwendige dinnen verwaarloosd, en zeggen, het komt maar op het innerlijke, op het hart, op een geloovige gemoedsgesteldheid aan, dus ..... dat uiterlijke hindert niet? Volstrekt niet, deze dwaling is even groot als de eerste; dan ziet men den binnenkant te veel los van den buitenkant. Zulken zijn geen witgepleisterde graven, die er dan toch van buiten nog netjes uitzagen, maar ze zijn VERWAARLOOSDE graven. Gerust kan men zeggen, dat die zich niet UITWENDIG onder de tucht van Gods Woord stelt, het zéker niet doen zal met zijn HART.
Maar, omgekeerd, moeten mijn jonge vrienden zich eens ernstig afvragen of zij ten aanzien van den binnenkant (de gestalte van hun hart) even bekommerd zijn als over hun daden naar buiten.
Dat eenzijdig zich spitsen op den buitenkant der dingen brengt ook dikwijls mede, dat men naar letterlijke uitspraken van Gods Woord zoekt, om te weten wat GEboden en VERboden is. Dan vragen wij naar een letterlijke formuleering.
Dat is niet steeds noodig, wij moeten uit het Woord 's Heeren wil leeren verstaan en in ons leven beproeven welke de goede en welbehaaglijke wil des Heeren is.
Met hartelijke groeten en de bede, dat de Heere je deze dingen leert verstaan en geestelijk betrachten, teeken ik als steeds.

Je vriend BARUCH

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 mei 1947

Daniel | 8 Pagina's

Briefwisseling met mijn jonge vrienden

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 23 mei 1947

Daniel | 8 Pagina's