Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VRAGENBUS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VRAGENBUS

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Correspondentie voor deze rubriek aan: | T. MOLENAAR. Leede 18. Rotterdam-Zuid

BILLY GRAHAM (Slot)

De vraag kan rijzen: „Is het werk van Billy Graham clan met onvruchtbaarheid geslagen? " Dat durf ik zo maar niet te beweren. Onze ouden zeiden weieens: „God kan met een kromme stok wel een rechte slag toebrengen. De Heere kan het lezen van het Evangelie van Johannes, door Billy Graham uitgereikt, omdat het naar zijn oordeel het meest begrijpelijke evangelie is, door de bediening des Heiligen Geestes toepassen aan het hart. Maar wanneer clat werkelijk is gebeurd, kan ik niet geloven, dat men dan blijft onder zulke leer.

Neen, dan zal cle Heere Zijn volk wel brengen daar waar Gods Woord recht gepredikt wordt, waar ontdekkend wordt gesproken, waar de leer van de vrije wil wordt veroordeeld, waar de naar Godzoekende zielen worden bemoedigd (niet de hemelzoekende zielen), waar cle leer van vrij genade, zonder enige verdiensten onzerzijds en cle enige behoudenis in het bloed van cle Heere Jezus naar Gods Woord, cle Gemeente wordt voorgesteld. Niets uit ons en het al uit Hem, zo reist men naar Jeruzalem.

Maar, zult gij mij vragen, waar blijft u dan met de tekst uit Filippenzen? Er staat toch duidelijk: Sommigen prediken ook wel Christus door nijd en twist, maar sommigen ook door goedwilligheid. Genen verkondigen wel Christus uit twisting niet - zuiver, menende aan mijn banden verdrukking toe te brengen; doch dezen uit liefde, dewijl zij weten, dat ik tot verantwoording des evangelies gezet ben. Wat clan? Nochtans wordt Christus op allerlei wijze, hetzij in der waarheid verkondigd; en daarin verblijd ik mij, ja ik zal mij ook verblijden." Meestal wordt deze tekst aldus verstaan, dat al is het volk, clat het evangelie wordt gebracht onder een deksel, d.w.z. afwijkend van de zuivere Geref. leer, dat Paulus zich dan nog had verblijd, omdat Christus toch was gepredikt. Gelooft u werkelijk, dat Paulus zo'n water-en melkmannetje is geweest? Neen, zo iets mogen we van Paulus niet verwachten, want hij zegt zelf in Galaten 1 : 8: Doch al ware het ook, dat wij, of een engel uit de hemel u een evangelie verkondigde, buiten hetgeen wij u verkondigd hebben, die zij vendoekt." Wij mogen afwijkingen van de waarheid des evangelies geenszins gering achten. Paulus was volkomen in zijn recht als hij een vloek over de dwaalleraars uitsprak en hen daarmee aan het eeuwig oordeel overgaf.

Maar wat bedoelt Paulus dan met deze tekst? Hij zegt niet clat cle leer, die anderen brengen ketters was, want die was helemaal Paulinisch. Maar de predikers van Filippi konden niet hebben, dat Paulus zo'n voorname plaats innam in die gemeente. Zij waren jaloers. Ze brachten aan zijn banden verdrukking toe, m.a.w. uit onzuivere bedoelingen maakten zij zijn gevangenschap zo zwaar. En clan zegt Paulus: „Wat doet het er toe? In elk geval, hetzij in oprechtheid, hetzij met een bijoogmerk, wordt Christus gepredikt." De apostel had er zich voor over. Hij bedoelde zichzelf niet. Hij wilde wel een stap achteruit, als Christus maar gepredikt werd. Zo zouden meer teksten op te noemen zijn, waarin men meent een grond te kunnen vinden, om het op te nemen voor allerlei wind van leer. Dat hebben onze vaderen nooit geduld en nog lieden ten dage zijn er gelukkig nog getrouwe dienstknechten, staande op Sions wachttoren, om de geesten te beproeven of zij uit God zijn. Dat betekent dus niet, dat we er maar op uitgaan, waar weer eens wat nieuws te vernemen is. Geloof me, onze plaats is onder dat gezelschap niet. We horen niet in het stadion te Amsterdam en Rotterdam, ook niet wanneer daar een boodschap door Billy Graham wordt gebracht. Hoe hard het ook moge klinken: Billy Graluim is een dwaallicht. Laat cle hele Gereformeerde wereld van deze tijd er dan vol lof over praten, al vrees ik clat niet allen, die dit lezen, met mij eens zijn, ik gevoel mij gedrongen onze jonge mensen te waarschuwen. Het is al zo ver, dat mij werd verteld, clat wilde ik mijn reputatie niet verliezen, ik voorzichtig aan moest doen met de persoon van Billy Graham, want velen ook onder ons zijn er weg van.

Dat laatste is erg en ik heb het mij ernstig aangetrokken. Daarom heb ik een poging gewaagd cle gevaren, die dreigen, onder het oog te brengen.

Hoe komt het clan toch, clat onze jonge mensen i.z.h. toch zo vatbaar schijnen te zijn voor al het nieuwe, clat aan de markt wordt gebracht? Ik hoor u zeggen: „Dat is de geest van onze tijd." Dat vind ik een dooddoener. Daarmee kunnen we onze jeugd nooit bevredigen. Het is een mooi zoethoudertje voor ons zelf. Alle verantwoordelijkheid schudden we van ons af en we gaan over tot cle orde van de dag en late de jeugd over aan zich zelf. Het wordt tijd dat de Geref. Gemeente zich gaat bezinnen over het probleem van de jeugd. Ik weet dat er in onze Gemeenten, bij hen, die geroepen worden leiding te geven, tijdnood is. Dat heeft de jeugd te begrijpen. Zij waardere nog wat er gedaan wordt.

Maar anderzijds ziet cle jeugd ook zoveel, clat hen vervult met afkeer. Er is zo weinig liefde ook onder hen, die een ander leven kennen. Er gaat weinig druk en smaak uit van de kerk cles Heeren. Er openbaart zich zo weinig geloofsleven. Twist, tweedracht en zoveel meer is aan de orde van de dag. Wij geloven toch niet, dat dit voorbij gaat aan onze jongens en meisjes? En nu volgt cle verkeerde stap. Onze jonge mensen gaan het elders prettiger vinden dan onder ons eigen volk. Ze maken zich los en scharen zich bij hen, die in wezen vijandig staan tegen cle bevindelijke waarheid. Dit geeft conflicten thuis en het baart veel verdriet bij cle ouders, die zien, dat hun kinderen zich onttrekken van cle waarheid. Maar met dit alles verandert er niets en de zaak wordt ten slotte aanvaard. Dat het tot schuld werd bij hen, die de Heere vrezen en zij met de nood der kerk bij God terecht mochten komen, met belijdenis: „Wij hebben God op het hoogst misdaan, Wij zijn van het heilspoor afgegaan, Ja, wij en onze vaderen tevens." Jongens en meisjes, cle toestand van de kerk geeft u nog geen vrijheid om je te begeven, waar je eigenlijk niet thuis hoort. Blijft ondanks alle gebreken bij de waarheid. De gevaren zijn zo groot, om je onder een leer te begeven, die niet zuiver is. Durham heeft terecht gezegd: De dwaling in de leer verderft meer zielen dan de zonde in cle praktijk."

De apostel zegt: „Beproeft cle geesten of ze uit God zijn." Laat u dit eens gezegd zijn. De Heere schrijve het op cle wanden van uw hart. Het jonge hart zoekt naar verandering, naar vernieuwing en hoewel ik geen lans breek voor al wat oud is, mag u toch wel bedenken, clat alle verandering nog geen verbetering is. Laat de vorm veranderen, het wezen moet blijven. Gelooft niet, clat God in deze tijd een mens anders bekeert dan 100 jaar geleden. De wegen, die de Heere met Zijn volk houdt mogen verschillend zijn, maar in wezen stemmen ze alle overeen. Ze zullen weten uit wel-

ke grote nood en dood zij verlost zijn. Naar gelang de wereld ouder wordt, worden de listen des duivels groter. Hij spant alles in, om i.z.h. onze jonge mensen in zijn sleepnet wee te voeren. Geen middel laat hij onbeproefd. Gaat het niet in de weg van brute goddeloosheid, dan maar met de godsdienst. Als hij zijn zin maar krijgt. Daarom geldt het woord van de Heere Jezus: „Hetgeen Ik u zeg, zeg Ik u allen: WAAKT". Het waken gaat niet buiten het gebedsleven. Daarom zegt de mond der waarheid: „Waakt en bidt, opdat ge niet in verzoeking komt." Al wat zich aandient als nieuw, moet beproefd worden en wat niet is naar het Woord, zal geen dageraad hebben. Ik eindig dit onderwerp met de wens uit te spreken, dat ge ernst maakt met het heil van uw onsterfelijke ziel, blijvende bij de waarheid, die naar de godzaligheid is, niet staande naar hetgeen tot verandering leidt, maar levende naar het profetisch Woord, dat zeer vast is, daarop acht hebbende, als een licht, schijnende in een duistere plaats, totdat de dag aanlichte en de morgenster opga in uw hart.

Gaarne zou ik van u vernemen hoe uw gedachten zijn over de Mattheus Passion. Antivoord: Reeds in de eerste jaargang 110. 4 heb ik op soortgelijke vragen geantwoord. Nu wil ik er echter even uitvoeriger op in gaan. Het woord passion doet ons denken aan passie, dat lijden betekent. Hier ziende op het lijden van de Heere Jezus.

Toen Drs. Kwekkeboom enige weken geleden een lezing hield voor de onderwijzersvereniging met als onderwerp: „Het cultuurvraagstuk", werd ook gesproken over de Matth. Passion. Van het gehoorde maak ik nu gebruik.

Ik geloof, dat de vraagsteller de waarde van deze „predikatie" te hoog aanslaat. Wat wordt er bovendien in het moclenie leven al niet „goed bedoeld", als aantrekkelijke „predikatie" gepresenteerd? De film in de kerk en het lekespel wordt ook als zodanig gegeven. Daar zal de vrager het niet mee eens zijn, maar waarom dan hiervoor wel?

Het bezwaar van Drs. Kw. ging tegen het dramatiseren: Men zingt Christus' woorden, wat men niet moest doen. Hij vergeleek dit met het dramatisch lezen van het passie-verhaal, wat eveneens mis is. De eerbied voor dit allerheiligste plaatst ons op een afstand. De zanger van Christus' woorden treedt toch maar als afzonderlijke figuur ter vertolking daarvan onder de andere personen op. Is dit geen begin van dramatisering? Op dezelfde manier is in de middeleeuwen het Westeuropees toneel ontstaan uit de paasspelen. Enkele priesters lazen elkaar beantwoordend (in het Latijn) de dialoog tussen de engelen en de vrouwen. Ze lazen in het begin ook enkel de Bijbelwoorden, maar het was dan toch, ook al werd er eerst nog niets nagebootst, een rolverdeling. Elk stelde een partij voor. Hoewel ik de Matth. Passion niet ken, meen ik toch, dat daarbij precies hetzelfde het geval is. In wezen is er dan met het drama geen verschil. Een dominé en een huisvader denken — als het goed is, d.w.z. als ze niet dramatisch lezen — bij het verhaal van Christus toch ook niet aan een rolverdeling? Om bij de woorden van de vraagsteller stil te staan: De spelers van Paas-en Kerstspelen doen soms ook uit overtuiging en met eerbied wat ze menen te moeten doen. Dit zegt niets en kan dus ook geen argument ten goede zijn. We moeten met onze indrukken wel voorzichtig zijn. Ons gevoel is geen zuivere maatstaf. Bij de Lutherfilm hebben ook velen naar men zegt, vol eerbied zitten kijken. Maar ik vind het gruwelijk. Zonder iets ten kwade te zeggen van de muziek van Bach, komt het mij voor naar zulke stukken niet te gaan luisteren, daar toch het lijden van Christus te heilig en dierbaar is, dan dat dit gezongen moet worden door mensen, die daar een beroep van maken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1957

Daniel | 8 Pagina's

VRAGENBUS

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juli 1957

Daniel | 8 Pagina's