Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

GEWIJDE GESCHIEDENIS O.T.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

GEWIJDE GESCHIEDENIS O.T.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

1 Sam. 22 : 6 tot 1 Sam. 27; 1 Sam. 29 en 30.

DAVID VERVOEGD (II.)

Toen Saul gehoord had, waar David zijn verblijf hield, en dat zich een groot aantal mannen om hem verzameld had, nam zijn vrees voor David toe en dacht hij, dat David nu wel aanvallender wijze tegen hem zou gaan optreden.

Ook vreesde hij, dat er onder zijn hovelingen mannen waren, die in het geheim met David heulden, gelijk hij wist, dat Jonathan aan zijn zijde stond.

Hij sprak zijn hovelingen toe en zeide, dat zij niet moesten denken, dat zij het, als David eens koning werd, zo goed zouden hebben als onder zijn regering.

Daarop vertelde Doëg, de Edomiet, de machtigste der herders van Saul, hoe hij David te Nob gezien had, en hoe Achimelech hem het zwaard van Goliath had gegeven en van de toonbroden.

Hij wekte bij Saul de indruk, dat Achimelech de zijde van David had gekozen.

Deze Doëg, wiens karakter beschreven wordt in Ps. 52, is door zijn laster oorzaak geworden, dat vele mensen onschuldig werden omgebracht.

Saul liet Achimelech en al de priesters bij zich komen ter verantwoording.

Hij beschuldigde hen van verraad.

Achimelech verdedigde zich en trachtte zijn onschuld te bewijzen, maar tevergeefs.

Saul gaf last alle Priesters te doden, welke last door Doëg werd uitgevoerd.

Zelfs de vrouwen en kinderen werden niet gespaard.

Alleen Abjathar, een der zonen van Achimelech, ontkwam en vluchtte naar David.

We zien hier de vervulling van wat over Eli's huis was geprofeteerd.

Toen de Filistijnen Kehila belegerden, vroeg David de Heere of hij tegen de Filistijnen zou gaan strijden.

De Heere gaf Zijn toestemming en de Filistijnen weiden verslagen.

Toen David zich in een stad bevond, meende Saul, dat dit een schone gelegenheid was hem te vangen.

Toen de Heere David bekend maakte de trouweloosheid van de mannen van Kehila verliet hij deze plaats en ging met zijn mannen naar de woestijn Zif.

Maar ook daar liet Saul hem niet met rust.

De Zifieten boodschapten Saul, dat David zich in de woestijn ophield.

Het scheelde maar heel weinig of David was in Saul's handen gevallen.

Hij was reeds geheel omsingeld.

Toen er echter een boodschap kwam, dat de Filistijnen een inval hadden gedaan, was Saul genoodzaakt af te trekken.

De Heere redde David op wonderlijke wijze.

Zodra Saul was weergekeerd van de Filistijnen jaagde hij David na in de woestijn van Engedi.

Hier waren vele holen, waarin David met zijn mannen zich gemakkelijk schuil konden houden.

Saul ging in een der spelonken om zijn noodzakelijke behoefte te doen en zich daarbij ontdeed van zijn mantel

David, die in zijn onmiddellijke nabijheid was, vond gelegenheid stilletjes een slip van Sauls mantel af te snijden. Hoewel David gelegenheid had zich op deze plaats van afzondering van zijn vijand te ontdoen, deed hij het niet.

Als Saul uit de spelonk gegaan was ging David hem na en riep hem en vroeg, waarom hij hem toch zo vervolgde. Hij toonde hem de afgesneden slip van zijn Koningsmantel.

Dit maakte op Saul een diepe indruk, zodat hij wenende erkende, dat David rechtvaardiger was dan hij.

Saul liet David zweren, dat hij bij de verwisseling der dynastie, zijn zaad niet zou ombrengen.

David kwam, toen hij vertoefde in de woestijn Paran, in aanraking met een zekere Nabal, die zeer rijk was.

David zond jongelingen naar Nabal om van hem te ontvangen, wat voor hun levensonderhoud nodig was.

Met verachtelijke woorden werd zijn verzoek afgewezen.

Door het optreden van Abigail, Nabals huisvrouw, een zeer verstandige vrouw, werd het ergste voorkomen.

Met een groot geschenk wist zij David van zijn voornemen, om Nabal te doden, af te brengen.

Toen korte tijd daarna Nabal stierf, werd Abigail David tot vrouw.

Ook nam hij Ahinoam van Jizreël tot vrouw.

Zijn eerste vrouw Michal had Saul aan een ander gegeven.

Na het voltrekken der beide huwelijken vertrok David uit de woestijn Paran en verborg zich op de heuvel Hachila.

De Zifieten maakten dit aan Saul bekend die andermaal uittrok met 3000 man om David te vangen.

Weer werd David in de gelegenheid gesteld om Saul te doden, maar hij deed het niet.

Toen Saul de spies en de waterfles zag in de hand van David, beloofde hij hem niet meer te zullen vervolgen.

Bevreesd dat hij toch nog eenmaal in de hand van Saul zou omkomen, vluchtte David in een vlaag van ongeloof naar het land der Filistijnen.

Daar kwam David tot verkeerde handelingen waardoor hij bittere vruchten oogstte.

Denk aan de verwoesting van Ziklag.

David sterkte zich echter in de Heere zijn God en de Heere gaf hem vrouwen en kinderen en al het. geroofde weder.

Met een grote buit keerde hij terug.

De weg naar de vervulling der beloften was voor David een moeilijke weg evenals voor al Gods ware volk.

Toch mocht hij straks, tot roem van Gods genade zingen: „Door Uw verootmoedigen hebt Gij mij groot gemaakt."

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 juli 1950

Daniel | 12 Pagina's

GEWIJDE GESCHIEDENIS O.T.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 juli 1950

Daniel | 12 Pagina's