Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

JUANA

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

JUANA

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In oktober teisterde de orkaan Juana (Joan) de Atlantische kust van ons buurl Nicaragua. Aanvankelijk zag het er naar uit, dat ze Costa Rica zou aandoen. De regering had voorzorgsmaatregelen genomen door de evacuatie van de havens Limón te bevelen, de scholen te sluiten en de bevolking te overstromen met alle raadgevingen. Op het laatste moment veranderde Juana van koers en stevende af op Bluefields, Nicaraguaanse havenstad. Met een windsnelheid van 220 km/u heeft ze bijna 12 huisgehouden. De gevolgen waren desastreus: meer dan 100 doden, een nageno volkomen verwoeste stad en natuur.

FAM. G.A. SCHREUDERS, COSTA RICA

Ook Costa Rica kreeg een staartje, door de overvloedige regenval kwamen grote gebieden in het zuiden van het land onder water te staan. Deze overstromingen kosten het leven aan 23 mensen, een groot deel van de oogst is vernield, wegen weggespoeld enz. Er kwam een grote hulpaktie op gang voor de getroffenen in Costa Rica en Nicaragua. Voor hulp aan ons buurland heeft vooral de Iglesia Morava zich ingezet, niet zo ven/vonderlijk, want m.n. onder de kustbewoners in beide landen heeft zij haar leden. In korte tijd had ze voldoende geld ingezameld om een bootlading voedsel naar Bluefields te sturen en men vroeg lindef iemand om de leiding van dit transport op zich te nemen. Gezien mijn „vaarverleden" kwam ik als eerste in aanmerking!

Naast het voedsel zouden we ook medicijnen meenemen, zodat de uiteindelijke ploeg bestond uit een dokter, twee verpleegsters, een apotheker, een , , manusje van alles" en ikzelf.

De reis

Na afscheid genomen te hebben van Marja en de kinderen (met het lezen van Psalm 91) kon de reis beginnen. Eerst naar Limón, waar onze boot lag. Zij droeg de jeugdige naam van , , Junior I", waarom weet ik niet, aangezien ze de leeftijd der sterken reeds lang bereikt had. Ernstige twijfel had ik over de zeewaardigheid van dit scheepje, maar ik zat , , in het scheepje" en moest dus meevaren. De eerste uren kwam er van dit varen echter bitter weinig terecht: de kapitein was zoek en na lang zoeken bleek hij dronken in een bar te zitten. Erg moedgevend was dit niet, temeer daar ook een van de motoren dienst weigerde en de machinist het euvel niet kon verhelpen en moest wachten tot de kapitein enigszins was ontnuchterd. Al met al vertrokken we acht uur te laat.

Midden in de nacht kregen we weer storing in dezelfde motor en hebben tot de vroege morgen rondgedobberd, gelukkig was het weer rustig. Door al deze vertragingen kwamen we pas 's avonds in het donker voor Bluefields aan, te gevaarlijk om verder te varen vanwege de vele ronddrijvende boomstammen, daken enz. voor de kust.

Weer op reis

In San José had men intussen ook niet stil gezeten en voldoende geld ingezameld voor een tweede reis, waarvoor men mij weer vroeg. Ik wilde wel, maar dan moest er eerst aan enige voorwaarden mijnerzijds worden voldaan. Een van die voorwaarden was, dat we de distributie van het voedsel zouden overlaten aan het Rode Kruis, daar op de eerste tocht gebleken was, dat wij niet over de middelen en ervaring beschikten dit op een adekwate manier uit te voeren. Na een evaluatie gaf men mij een blanco volmacht, dus trokken we er weer op uit, nu met lading voor Rama Cay, een klein eilandje in een lagune, ongeveer een uur varen (met een Indiaanse prauw, daar er te weinig water stond voor onze boot), en Corn Island.

De eerste nacht op zee is er een om nooit te vergeten. Een holle zee met veel wind en we hebben zeer benauwde uren meegemaakt. Nog nooit in mijn leven heb ik de dood van zo dichtbij in de ogen gezien, maar de HEERE heeft ons gespaard. Hij heeft onze gebeden en die van vele anderen gehoord.

Rama Cay

In Bluefields kregen we alle medewerking om de goederen naar Rama Cay te verschepen en we waren in de gelegenheid met de prauwen mee te gaan en het eiland te bezoeken.

Rama Cay wordt bewoond door Mesquito Indianen, 135 families en allen lid van de Moravian Church. Het kerkje zelf was weggewaaid, evenals vele hutten. De Indianen and verdienen de kost met het bebouwen van stukjes grond op de vaste wal, helaas was tad alles verloren gegaan, de oogst, hun ge-rlei reedschap. We waren blij te kunnen helpen met motorzagen, spaden enz. Ook het voedsel de was zeer welkom, de bodega (op-uur slagplaats) was volkomen leeg!

g Tegen het einde van ons bezoek hield de pastor een dankdienst, waarin we gezamenlijk de Heere hebben gedankt voor zijn bewaring. Met dankbaarheid kijk ik terug naar deze gebeurtenis, deze lofprijzing temidden van zoveel ellende.

Narcotica?

De laatste nacht op zee maakten we weer een gebeurtenis van geheel andere aard mee: een overval door de Costaricense narcoticabrigade. Vroeg in de morgen werden we gewekt door schoten uit pistoolmitrailleurs. De kustwacht kwam aan boord en, behalve de roerganger, moest iedereen zich verzamelen op het achterdek, waar we onder schot werden gehouden door twee militairen. Links en rechts werden er ook nog enige rake klappen uitgedeeld.

Aan boord hadden we een man uit Bleufields die bij zijn broer in Limón op verhaal wilde komen. Tijdens de hurricane was zijn huis boven zijn hoofd Ingestort, gelukkig kon hij lichamelijk ongedeerd onder de puinhopen vandaan kruipen, geestelijk daarentegen was het een wrak. Volgens de kustwacht gedroeg hij zich echter verdacht (uit angst was hij onder de dekens weggekropen) en zonder pardon werd hij in de boeien geslagen en vastgezet aan de railing.

En zo stoomden we op naar Limón, waar de boot van onder tot boven werd onderzocht. Uiteraard werd er niets gevonden en moesten ze ons laten gaan, ook de arrestant werd weer vrijgelaten. Alles echter zonder enig excuus. En zo eindigde dan onze tweede reis.

Dankbaar zijn we, dat we op deze manier mochten meehelpen een beetje nood te lenigen. Bovenal dankbaar voor de hulp van God. Temidden van ziekten zijn we niet ziek geworden, geen malaria, geen typhus, zelfs geen maag-en darmstoornissen. Uit dreigende gevaren heeft Hij ons gered.

We mochten bemoedigd worden door het geloof van mensen in onstellende nood, om stil van te worden! (uit een rondzendbrief)

Dit artikel werd u aangeboden door: Gereformeerde Zendingsbond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 mei 1989

Alle Volken | 16 Pagina's

JUANA

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 mei 1989

Alle Volken | 16 Pagina's