Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KERK EN KERKRECHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KERK EN KERKRECHT

Dordtse Kerkenorde, artikel 37

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In alle kerken zal een kerkeraad zijn, bestaande uit dienaren des Woords en ouderlingen, dewelke tenminste alle weken eens tezamen komen zullen, alwaar de dienaar des Woords (of dienaren, zo daar meer zijn, bij gebeurte) presideren en de aktie regeren zal.

Van de kerkeraad (2).

Hoe vaak moet de kerkeraad vergaderen? De Synode van Emden bepaalde, dat de samenkomsten van de kerkeraad , , ten weynichsten alle weecken eermiaal ghehouden sullen worden". Deze bepaling is overgenomen in de D.KO. (1618-'19). Toch bleek het later, dat deze bepaling vooral voor de kleine gemeenten nog al te bindend was. In vele gemeenten is het voldoende eermiaal, in de maand te vergaderen. Lang niet altijd is er zo veel belangrijks voor een kerkeraadsvergadering om eenmaal in de week samen te komen. Van deze bepaling kan dan worden afgeweken naar de behoefte en de noodzaak die er voor de kerkeraadsvergadering is. Wel blij ft er dan echter de noodzaak dat de kerkeraad op vaste tijd vergadert en dat deze niet uitgesteld mag worden wanneer er dringende zaken zijn die behandeld moeten worden. Te weinig houden van kerkeraadsvergaderingen heeft meestal het gevolg, dat er wel eens zaken te vlug behandeld worden voor de dienst op zondag of in de week; zaken, die eigenlijk beter rustig dienen besproken te worden op een kerkeraadsvergadering.

De samenroeping van de kerkeraadsvergadering geschiedt naar de regel door de kerkeraad zelf bepaald. Als gewoonteregeling is het meestal zo, dat op de laatste kerkeraadsvergadering bepaald wordt wanneer de volgende vergadering van de kerkeraad zal zijn. Het is wel nodig, dat de tijd voor de vergadering bekend is, opdat alle leden kunnen komen en aan de handelingen van de kerkeraad kunnen deelnemen. In bij zondere gevallen kan de praeses een buitengewone of een spoedvergadering bijeenroepen. Wel moet het dan zo gebeuren, dat alle kerkeraadsleden op behoorlijke wijze hiervan verwittigd worden en dat het mogelijk is, dat de leden van de kerkeraad aanwezig kunnen zijn. Reeds de Generale Synode van Middelburg, 1581, bepaalde dat een vergadering van de kerkeraad onwettig is wanneer niet alle leden op behoorlijke wijze zijn opgeroepen. Maar wanneer alle leden wel wettig zijn opgeroepen, maar zij niet allen konden komen, dan hebben de besluiten van zulk een buitengewone vergadering toch bindende kracht. Hoewel er geen bepaling is hoeveel leden op een gewone kerkeraadsvergadering aanwezig moeten zijn, is het toch in het algemeen wenselijk en is het ook meer in overeenstemming met de gewone orde, dat een kerkeraad geen besluiten neemt wanneer niet de meerderheid der kerkeraadsleden aanwezig is. Dit geldt vooral in zaken, die nogal van ingrijpende en ernstige aard zijn. Blijkt het echter dat het wegblijven van kerkeraadsleden meer het gevolg is van een zekere obstruktie, een moedwillig wegblijven, dan kan de kerkeraadsvergadering nog eens worden uitgeschreven en zo er dan weer geen meerderheid aanwezig is, moet de vergadering toch doorgaan en kan deze voortgaan met de behandeling van de nodige zaken en de genomen beslissingen hebben dan geldigheid. De leiding van de vergadering is in handen van de predikant. Zijn er in één gemeente meer predikanten dan geschiedt dit naar toerbeurt, omdat alle dienaren des Woords gelijk in rechten zijn, zonder onderscheid van leeftijd of ambtsjaren. Als leidsman van de kerkeraad staat de praeses niet boven de vergadering zoals een burgemeester in de gemeentevergadering van een stad of dorp. De predikant is een broeder onder de broederen; hij mag zijn gevoelen niet op heersende wijze opdringen aan de vergadering, maar zijn taak is goede leiding te geven en opvoedend werkzaam te zijn als iemand, die in de theologie en in het kerkrecht onderlegd is en daarom tot herder en leraar is aangesteld over de gemeente. Heeft een gemeente geen predikant, dan wordt één der ouderlingen aangewezen om als praeses te fungeren. Het is noodzakelijk, dat de praeses van de kerkeraad een scriba naast zich heeft. Het Convent van Wezel bepaalde hier over, dat de scriba „één persoon uit het getal der ouderlingen" zou zijn. Iemand die vaardig met de pen is en ook de bekwaamheid bezit om de genomen besluiten juist te redigeren. Het is niet gewenst, dat de praeses ook de notulen schrijft. Dit is de taak van de scriba.

's-Gravenhage

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1968

De Saambinder | 4 Pagina's

KERK EN KERKRECHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 augustus 1968

De Saambinder | 4 Pagina's