Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Geloofsopvoeding in het gezin

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Geloofsopvoeding in het gezin

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

KLEINE KRONIEK

Met een zekere regelmaat komt het onderwerp , , geloofsopvoeding" in allerlei christelijke bladen aan de orde, hetgeen ook zijn weerspiegeling vindt in de Kleine Kroniek. Het is een verheugende zaak dat de belangstelling voor en doordenking van geloofsopvoeding in toenemende mate te constateren is. De bekende prof . dr. W. ter Horst spreekt zelfs van een , , gouden tijd voor christelijke opvoeding". Waarom? Omdat christenen perspectief hebben. , , Opvoeding betekent altijd: bezig zijn met de toekomst. Met de persoonlijke toe­ komst, maar ook met de toekomst van de mensheid. Nou, dat toekomstperspectief hebben wij wel. Mooier kan toch niet? " Maar... dan is het wel nodig dat ouders en opvoeders zelf in oprechtheid met dat geloof sperspectief leven. , , Alleen vuur kan vuur ontsteken", stelt Ter Horst dan ook.

In het blad Bij de Tijd gaat mevr. Gerry Velema-Drent nader in op de praktijk van geloofsopvoeding en begint met het accent te leggen op de persoonlijke geloofsbeleving van de ouders/opvoeders.

„1. Je kunt niet meer aan je kind overdragen dan datgene dat je zelf hebt verworven aan geestelijke rijkdom. 2. Geloofsoverdracht is meer dan aan tafel bidden, meer dan samen bijbellezen, meer dan samen naar de kerk gaan. Geloof leef je je kinderen voor, 24 uur per dag. 3. Ouders zijn de geestelijke werkers binnen hun eigen zendingswereld: het huis, met haar gezinsleden en gasten.

Kinderen leren

Binnen de Nederlandse samenleving worden ze groot. Ze leren van alles en niet alleen van hun ouders. Denk maar aan de invloed van de televisie, diverse jeugdbladen en boeken. Ze leren ook zaken die ze beter niet hadden kunnen leren. Kennis kan soms behoorlijk lastig zijn in het leven.

En geloven...? Geloof in God, kun je dat ook leren? En zo ja, van wie dan?

Wat verstaan we onder geloofsopvoeding binnen het gezin? Gaat het om de vraag hoe we de jeugd bij de kerk houden? Of om zaken als samen bidden aan tafel, samen uit de bijbel lezen. We hebben misschien te lang gedacht dat geloof met de , , paplepel" bij kinderen naar binnen komt, zolang er maar gebeden en gelezen wordt bij die pap. Maar het is de vraag of geloof in God wel met de , , paplepel" naar binnen gaat bij het kind.

Wie , , geloof" wil overdragen op kinderen zou zich kunnen afvragen: wat wil ik dat ze leren over de Here God? Laten we de woorden uit Deuteronomium 6 erbij nemen. Het, , prent het ze in..." lijkt centraal te staan in deze opdracht. Toch, vóórdat God ouders aanspreekt op hun taak als (geloofs-)opvoeders, spreekt Hij eerst hen zelf aan.

Gij zul de Here uw God liefhebben met... alles

Zeker, God vraagt aan ouders te zorgen dat hun kinderen weten wie hun God is. Maar voor ze hiermee beginnen, stelt God een conditie: , , Heb de Here, jouw God lief met heel je hart, met heel je ziel en met al je kracht.”

Als bij de ouder persoonlijke passie voor God ontbreekt, kan deze onmogelijk geloof en hefde voor God aan kinderen overdragen. Blijkbaar schept God deze voorwaarden omdat de kwahteit van geloofsopvoeding ook in zijn ogen belangrijk is. Hij weet dat het niet anders kan. Immers, iemand die zelf God ervaart als een verre vreemde, kan beter samen met de kinderen op zoek gaan naar God, dan met kinderen over dingen spreken die niet in eigen hart beleefd worden.

Er is een levend geloof in God nodig bij de ouders, alvorens zij in actie kunnen komen ten behoeve van hun kinderen. Als ouders bijvoorbeeld niet kunnen omgaan met de knop van de televisie, hoe zullen de kinderen het dan leren? Wat moet een rokende vader zeggen tegen zijn rokende kinderen? Voor het opvoeden in het algemeen, maar zeker ook in het geloof geldt: eerst doorleven, dan doorgeven!

Als wij als ouders niet , , opvallend anders" zijn dan onze buren die niet geloven, hoe zullen onze kinderen dan , , anders" willen zijn dan de buurkinderen? Geloofsopvoeding beperkt zich niet tot vormen en gewoonten, maar komt tevoorschijn tijdens het dagelijkse uitleven (dat is voorleven) van je omgang met God. Je levenshouding laat zien hoe belangrijk God voor je is. Dit is niet afhankelijk van woorden of goede gewoonten. Er schuilt zelfs gevaar dat goede gewoonten uitgehold worden omdat er geen christelijk hart en leven achter beleefd wordt.”

Mevr. Velema-Drent merkt op dat het gezin bij uitstek een , , zendingsveld" is. In het Handboek voor christelijke zending wordt gemeld dat 85% van de volwassen christenen hun besluit om Jezus te volgen, heeft genomen tussen hun vierde en veertiende le- vensjaar. Ook kan er op naar huis meegenomen vriendjes en vriendinnetjes vanuit ons gezin een heilzame invloed uitgaan.

Tenslotte schrijft mevr. Velema over , , loslaten en vasthouden":

„Ouders zijn dichtbij wanneer het schoolkind zelfstandig leert geloven in God. Een kind is nooit te jong om heel bewust voor de Here God te kiezen. Alleen vraagt deze beslissing ouderlijk support en ondersteuning. Met deze persoonlijke keuze wordt je zoon of dochter eigenlijk een broer of zus in de verhouding tot God. Geloofsarmen blijven bewegen: troostend bij verdriet, juichend bij vreugde en dankbaarheid.

Steeds wijder gaan de armen open, terwijl het kind zelfstandig wordt. Het samen bidden wordt steeds meer een bidden op afstand. Loslaten doe je wel in de natuurlijke wereld, maar geestelijk blijven de armen van geloof dichtbij het kind, ongeacht leeftijd en zijn of haar eigen keuze. En toch gebeurt het soms, dat ondanks onze moeiten en gebeden onze kinderen kiezen om het geloof svoorbeeld niet te volgen. En dan...?

Kinderen kunnen ver van Gods Koninkrijk weg trekken, maar blijf ze altijd met liefde volgen. Er is een weg terug. Het is goed dat ouders in deze weg blijven geloven. Verwar Hef de nooit met een compromis met het kwaad, waar het gaat om Gods normen, maar verwar evenmin het persoonlijk beleven van Gods normen, met liefdeloos geloofsfanatisme. Het voorbeeld van de wachtende Vader van de verloren zoon kan ons hierbij inspireren. Deze bleef uitzien naar het geestelijk thuiskomen van zijn , , weggelopen" kinderen. Kinderen kunnen niet door hun ouders , , thuis-gepraat" worden, maar het pad naar God kan een ouder wel , , open-bidden". De keuze voor God maakt ieder mens persoonlijk. De moeder van Augustinus toonde moed en geloof toen haar zoon ver weg was getrokken van God en huis: , , Een zoon van zoveel gebeden kan niet verloren gaan..." Geloofsopvoeding gaat ons ter harte.”

V.

J.H.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1996

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's

Geloofsopvoeding in het gezin

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 november 1996

Gereformeerd Weekblad | 24 Pagina's