Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Bijkomen in De Herberg

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Bijkomen in De Herberg

„Je kunt hier met elkaar lachen en huilen"

14 minuten leestijd Arcering uitzetten

De last van het leven kan zwaar drukken. Rouw om het verlies van geliefden, spanningen door geschonden verhoudingen, verdriet over een kind dat steeds verder van het rechte spoor afdwaalt, frustratie over het ontbreken van werk. Dan kan het zinvol zijn om tijdelijk afstand te nemen van de problemen. Die mogelijkheid is er. In Oosterbeek staat „een huis van herbergzaamheid en hoop".

Landgoed "De Pietersberg" heeft een respectabele historie achter zich. Aanvankelijk hoorde het landgoed bij "De Hemelse berg". Tot de vermogende eigenaar, mr. R. van de Aa, besloot er een zelfstandig landgoed van te maken, voor zijn zoon Pieter.

Op de heuvel bij Oosterbeek werd een monumentaal pand neergezet. Lang bleef het niet in zijn bezit. Al na elf jaar werd het overgenomen door de Amsterdamse bankier C.P. van Eeghen. Deze familie hield het buitenverblijf een eeuw in stand, tot 1947. Toen kwam het in handen van Stichting De Pietersberg, die het als conferentieoord gebruikte.

Drie jaar geleden veranderde de bestemming opnieuw. Het stichtingsbestuur gaf het historische pand ter beschikking aan het Missionair Diakonaal Centrum De Herberg. Dat opende september '93 de deuren van „een huis van herbergzaamheid en hoop voor wie op zoek is naar houvast, innerlijke genezing en geloofsopbouw", zoals de voorlichtingsfolder het formuleert.

De natuur heeft zich niets aangetrokken van alle wisselingen. De eeuwenoude bomen in het rustieke park rond het landhuis laten ongestoord hun herfstblad vallen op de gasten die er rondwandelen. Zoals ze hun verkleurde loof ook uitstrooiden over de hoofden van de patriciër Van de Aa en de zakenman Van Eeghen.

Oase
Mevrouw Visser is in korte tijd gehecht geraakt aan het sfeervol ingerichte landhuis, dat volledig is gerenoveerd. Zes weken terug kwam ze binnen als een hoopje ellende. Verdrietige huiselijke omstandigheden hadden al haar energie verteerd.

Een arts plaatste de al wat oudere vrouw voor de keus: Vrijwillig eruit of binnen afzienbare tijd een gedwongen opname in een inrichting. Ze koos voor het eerste. Toen ze eenmaal over de drempel was, realiseerde ze zich pas goed hoezeer haar leven was geknakt.

„Ik begin nu weer het gevoel te krijgen dat ik mens ben. Dit huis ervaar ik als een oase in de woestijn. Om straks met Gods hulp weer verder te kunnen, met de kracht die ik hier heb opgedaan. Ik wil er nu voor vechten om in harmonie de avond van mijn leven door te brengen." Vooral de bijbelstudies hebben veel voor de gekwetste vrouw betekend.

„Er zijn soms best verschillende opvattingen. De een ziet het zo, een volgende weer anders. Maar dat kan ook wel 's goed voor je zijn. Ik ben de Bijbel met heel andere ogen gaan lezen. Veel meer in z'n betekenis voor het leven van elke dag."

Verkeerd beeld
De leiding van De Herberg is in handen van evangelist-directeur A. van Laar. Twaalf jaar werkte hij voor de Inwendige Zendingsbond (IZB) als evangelist in Amsterdam. Daar werd hij niet alleen geconfronteerd met geestelijke, maar ook met sociale en maatschappelijke nood.

Steeds sterker ervoer hij de behoefte aan een oord van opvang en begeleiding binnen een christelijke gemeenschap. Waar aan de betekenis van het Evangelie ook zichtbaar gestalte wordt gegeven.

„Heel vaak had ik het gevoel dat ik mensen met mooie woorden achterliet. Dan geef je een totaal verkeerd beeld van de Heere God. Ik wilde ook heel praktisch naast hen staan." Bij de IZB leefde al veel langer de gedachte om ergens in het land een huis van herbergzaamheid te openen. Geleidelijk kreeg dit idee verder gestalte.

In samenwerking met de Generale Diakonale Raad van de Hervormde Kerk werd het Missionair Diakonaal Centrum De Herberg opgericht. Inmiddels was duidelijk dat niet alleen evangelisten behoefte hadden aan zo'n centrum. Ook predikanten en ambtsdragers komen regelmatig in aanraking met mensen binnen de gemeente die om welke reden dan ook enkele weken afstand moeten nemen van de thuissituatie.

Met het oog daarop werd de doelgroep verbreed. De praktijk van het achterliggende jaar heeft geleerd, dat het juist mensen uit kerkelijke gemeenten zijn die in Oosterbeek een tijdelijke schuilplaats vinden.

Bont gezelschap
De gasten van De Herberg vormen een bont gezelschap. Gehuwd en ongehuwd, oud en jong, vermogend en armlastig. Ook kerkelijk is er de nodige variatie. Hoewel het centrum een initiatief is van de hervormde IZB, zijn ook leden van andere kerkverbanden of groeperingen welkom.

„Ik ben zelf lid van de Gereformeerde Gemeenten", zegt mevrouw Visser, „maar die kerkmuren spelen hier nauwelijks een rol. Je bent gewoon één familie. Al beleeft ieder z'n geloof weer anders, ze houden allemaal rekening met elkaar. Ook met verschillen die er zijn in het uiterlijke.

De eerste keer dat er een ouderling voor mij kwam, zei een andere gast: Moet je kijken, daar komt iemand in het zwart. Dan denk je even: O, nee he! Ik heb toen eerlijk tegen die persoon gezegd, dat dat bij ons de gewoonte is onder ambtsdragers. Dat accepteerde ze meteen.

Het was absoluut haar bedoeling niet om me belachelijk te maken. Integendeel. De liefde die ik hier ontvang en het begrip, ervaar ik nog elke dag als een wonder. Dat er mensen zijn die eens een arm om je schouder leggen. Dat is de laatste jaren nooit gebeurd. Dan denk ik: Heere, dat hebt U gegeven."

Verlengstuk
Uniek is de Herberg niet. De Hezenberg in Hattem heeft een soortgelijke functie, al heeft de aanpak daar een meer therapeutisch karakter. In Oosterbeek wordt bewust niet over behandeling gesproken.

„Wij willen een verlengstuk zijn van de plaatselijke gemeente", beklemtoont Van Laar. „Dat is in principe de verwijzende instantie en niet de huisarts, of een professionele instelHng. Al moet ik eerlijk zeggen dat ook instanties als het GLIAGG in toenemende mate een beroep op ons doen."

De maximale verblijfsduur in De Pietersberg is zes weken. Een minderheid van de gasten combineert het verblijf in Oosterbeek met een poliklinische behandeling door professionele hulpverleners. Dat geldt niet alleen voor mevrouw Visser, maar ook voor Linda. De therapeut bij wie ze al in behandeling was, achtte het raadzaam dat ze afstand zou nemen van thuis, waar de bron van haar problemen ligt.

„Er moest iets gebeuren en zo ben ik bij De Herberg terecht gekomen. Je hebt hier alle gelegenheid om de dingen eens op een rijtje te zetten. Door me helemaal op m'n werk te storten, heb ik alles onderdrukt. Maar de pijn en het verdriet zitten er nog wel. Ik wist zelf ook wel dat die voortkomen uit de thuissituatie.

Maar je gaat niet zo makkelijk weg. Je hebt een plekje nodig waar je jezelf kunt zijn. Dat blijf je zoeken, ook al merk je: Ik vind het hier niet. Waar moet je anders naartoe he?"

Lachen en huilen
De mogelijkheid om op verhaal te komen in De Pietersberg, greep ze met beide handen aan. Binnen enkele dagen was ze gewend. „Er is hier een sfeer van rust en geborgenheid. Dat voel je meteen. Op de tafel in m'n kamer stond een kaartje met de tekst: Want de Vader Zelf heeft u lief. Dat vond ik heel mooi. Daarom mag je hier zijn.

En dat stralen de mensen die hier werken ook uit. Niet alleen de staf, maar ook de vrijwilligers." Net als de meeste andere gasten ervaart ze het als een verademing, dat ze zich in de Herberg niet groot hoeft te houden. „Je zit hier met allemaal mensen die het nodige hebben meegemaakt. Dat schept een band. Je kunt hier vrijuit met elkaar lachen en huilen."

Pastoraal
„Aan de andere kant is dat ook wel eens een belasting. Niet iedereen kan even goed de grenzen bepalen van wat hij wel en niet vertelt. En ik heb er moeite mee om aan te geven dat ik liever niet met al die problemen overladen wordt. Het is ook best wel goed als je bepaalde dingen van elkaar weet. Maar ik trek me het erg aan als ik verdrietige dingen hoor."

De kennismakingsgesprekken worden gevoerd door gastenbegeleider Henk Chevalking, die de opleiding tot psychiatrisch verpleegkundig volgde. Hij bepaalt of mensen passen binnen de doelstelling van De Herberg, of professionelere hulp nodig hebben.

„Ons werk heeft een pastoraal karakter", verklaart Van Laar. „Wij willen de mensen die hier komen geestelijke ondersteuning bieden. Als er zorgen in je leven zijn, heeft dat z'n weerslag op je geloof. Is God er wel? Hoort Hij me wel? Door de gesprekken, de bijbellezingen en de bijbelstudies willen we mensen erop wijzen dat ze er mogen zijn voor de Heere God. Dat ze met Hem op weg mogen gaan en Hij hen kracht en troost belooft op die weg.

Het gaat er niet in de eerste plaats om dat de omstandigheden veranderen, maar dat we leren de Heere de eerste plaats te geven in ons leven. Daarom behandelen we hier ook regelmatig het "Onze Vader", dat begint met de bede: Uw Naam worde geheiligd. In die weg zal God ook voor het overige zorgen.

Pas hebben we de gelijkenis van de verloren zoon behandeld. Dat is zo'n prachtig beeld, dat de vader die zoon tegemoet rent en een feest aanricht als die jongen terugkomt. Hij is blij met hem. Dat mogen we ook vandaag zeggen tegen mensen die zichzelf waardeloos vinden."

Tranendal
„In onze gemeenten wordt sterk de noodzaak gepreekt van zondekennis", zegt mevrouw Visser. „In De Herberg wordt meer de nadruk gelegd op Gods liefde ten opzichte van de mens. Dat de Heere je schuld werkelijk wil vergeven als je tot Hem komt. Ook het gebed heeft hier een grote plaats.

Ze hebben niet alleen gesprekken met je, maar schrikken er evenmin voor terug om eens te vragen: Zullen we een gebed doen? Dat vind ik heel waardevol. Dat is iets wat je in onze kring maar zelden vindt. Voor mij was het leven uitsluitend een tranendal, waar ik doorheen moest. En ik ben er nog steeds van overtuigd dat er zonder strijd geen kroon is. Maar hier word je ook geleerd dat God een God is van wonderen. En dat Hij ons wil horen als we tot Hem roepen."

„Het heeft iets heel moois als je met elkaar bidt, zingt en de Bijbel bestudeert", vindt Linda. „We zingen wel eens dat lied: Samen in de naam van Jezus. Dat ervaar je echt zo. Je kunt een band met elkaar hebben in het geloof, ook al ben je van verschillende kerken. Dat merk je vooral onder de bijbelbesprekingen. Die worden echt gebracht vanuit de gedachte: De Vader Zelf heeft u lief, en je mag komen zoals je bent."

Creatief
De Herberg kent geen strak regime. Wel wordt instemming met het programma vereist. Voor het ontbijt houdt Van Laar een dagopening, aan het eind van de dag is er een dagsluiting en drie keer per week wordt 's avonds een bijbelbespreking gehouden.

De bijbellezingen en -besprekingen zijn gegroepeerd rond bepaalde thema's en vormen het merg van het verblijf in De Herberg. De maaltijden worden aangekondigd door klokgelui. Als Piet Stehouwer in huis is, valt het luiden van de klok onder zijn verantwoordelijkheid. Hij heeft binnen De Herberg een opmerkelijke dubbelfunctie.

's Morgens doet hij dienst als kok. Na de middagmaaltijd verwisselt hij de witte schort voor een kostuum, om het tweede deel van de dag als boekhouder de financiële administratie te behartigen.

De gasten leveren 's morgens een aandeel in het huishoudelijke werk. Tussen negen en half tien hebben allen corvee, afhankelijk van de individuele mogelijkheden. Na de koffie kan ieder z'n gang gaan. 's Middags is er drie keer per week een creatief programma, dat wordt verzorgd door activiteitenbegeleidster Marja Korevaar.

Niet alleen als creatief tijdverdrijf, maar ook om mensen weer gezond zelfrespect te geven. „Bij heel veel gasten ontbreekt dat", is de ervaring van Van Laar. „Ze hebben een houding van: Het is met mij nooit wat geweest en het zal ook nooit wat worden. Dan is het bijzonder waardevol als ze ontdekken dat ze wel degelijk wat kunnen."

De opnamecapaciteit van De Herberg ligt momenteel op vijftien gasten. Sinds april is sprake van een maximale bezetting.

Diakonale periode
Het pand biedt ruimte voor een groei naar twintig gasten, maar het huidige personeelsbestand is daar niet op berekend. Uitbreiding ervan zal het exploitatietekort nog doen oplopen. De bijdrage van de gasten, die is vastgesteld op 35 gulden per dag, dekt de kosten niet.

Het werk is mogelijk dankzij een groot aantal diakonieën, die hebben toegezegd de komende vijfjaar het tekort aan te vullen. Het vaste team van De Herberg, dat slechts vier personen telt, wordt bijgestaan door zo'n zestig vrijwilligers. Ze worden ingezet voor een breed scala van activiteiten, uiteenlopend van het lappen van de ramen tot het maken van een wandeling met een in zichzelf gekeerde gast.

Ook zijn er sympathisanten die kiezen voor een diakonale periode in De Herberg. Zo besloot Helma Roomer uit Oud-Alblas een halfjaar van haar leven aan het Missionair Diakonaal Centrum te geven. De administratieve baan die ze had, beviel haar niet. „Het werken met mensen trekt mij veel meer. Ik heb hier ontdekt dat je al veel kunt betekenen door gewoon te luisteren."

Het verblijf in Oosterbeek is voor de diakonale medewerkster tegelijk een periode van bezinning op de kant die ze uit wil. Duidelijk is al wel dat het iets in de ideële sfeer zal zijn. „Ik vind het een leegheid in je leven als je puur voor jezelf leeft. Als mens ben je toch ook op aarde om anderen te helpen."

Aan de arm
Karel, bij m'n bezoek aan De Pietersberg een van de weinige mannelijke gasten, heeft aan den lijve ondervonden hoezeer de druk binnen een commerciële onderneming een mens kan opslokken. Werkweken van zeventig uur waren voor hem geen uitzondering. Tot de te lang gespannen boog knapte.

Hij meldde zich ziek en nam op aanraden van kennissen contact op met De Herberg. Na twee weken kwam bericht dat hij kon komen. Van aanpassingsproblemen heeft hij geen last gehad. „Ik leg heel makkelijk contacten." Tegelijk probeert hij zich wat af te schermen voor de problemen van anderen.

„De band onder elkaar is erg hecht. In principe geldt de regel dat de gasten onderling niet over elkaars moeilijkheden praten, maar in de praktijk gebeurt dat natuurlijk wel. Zo kun je elkaar ook troosten en bemoedigen. Wel loop je dan meteen het risico dat je hulpverleners van elkaar wordt. Dat moet je zien te voorkomen. Het kan een wegvluchten van je eigen problemen worden. Je bent hier uiteindelijk voor die van jezelf."

Essentiële dingen
In z'n vrije uren trekt hij er zo veel mogelijk op uit, lopend of op de fiets. Nog belangrijker dan deze vorm van ontspanning is voor hem de geestelijke begeleiding. „Daar heb ik heel veel steun aan gehad. De bijbelstudies zijn hier geweldig goed. Echt ontdekkend. Iedereen kijkt ernaar uit.

Met een baan als die van mij is het risico groot dat je alleen met je werk bezig bent en de rest vergeet. Hier word je gewezen op de essentiële dingen in het leven. De relatie met God, die er bij mij altijd is geweest maar die ik niet meer voelde, is hier weer heel reëel geworden. Door de rust, in combinatie met de bijbelstudies en het zingen, gaat het geloof weer leven. Dat zie ik ook bij de mensen om me heen. Je merkt echt dat de Heilige Geest hier werkt. Ik ga straks lekker gesteund weg."

Een onverwacht element voor Karel, die zichzelf typeert als "een vagebonder", was het interkerkelijke van het gastenbestand. „Dat vind ik bijzonder aardig. De Herberg is opgezet vanuit de Hervormde Kerk, maar je vindt hier ook mensen van de Gereformeerde Gemeenten, de Christelijk Gereformeerde Kerk, de Gereformeerde Kerk vrijgemaakt, evangelische kringen... Van alles zie je hier.

In de omgang met elkaar merk je daar niks van. We zingen hier ouwe berijming, nieuwe berijming, vrije liederen, en iedereen zingt gewoon alles mee." Nog belangrijker dan De Herberg zelf, is voor directeur Van Laar de uitstraling ervan.

„In veel gemeenten hebben we een zogenaamd aanspreekpunt, een commissie die aandacht heeft voor De Herberg. Niet in eerste instantie het gebouw in Oosterbeek, maar herbergzaamheid in het algemeen."

Gemeentewerk
„Wat wij hier doen, kan in veel gevallen ook binnen de gemeente gebeuren. Het mag geen centrum worden voor het afschuiven van probleemgevallen. Wij hopen juist dat men zich binnen de gemeente meer verantwoordelijk gaat voelen voor elkaar. Het individualisme heeft niet alleen in de wereld toegeslagen, maar ook in de kerk.

Je hoeft helemaal geen specialist te zijn om anderen te kunnen helpen. Heel gewoon aandacht voor elkaar betekent al zo veel. Dat is wat mensen hier doet opleven. We moeten in de kerk leren dat niet alleen het ambtelijke huisbezoek gemeentewerk is, maar ook de opvang van de buurvrouw door een huismoeder. Te veel hebben we het Woord en de daad uit elkaar gehaald."

Ter bescherming van hun privacy kwamen de gasten aan het woord onder een schuilnaam.i< />

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 december 1994

Terdege | 96 Pagina's

Bijkomen in De Herberg

Bekijk de hele uitgave van woensdag 14 december 1994

Terdege | 96 Pagina's