Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Hoofdmomenten van de Generale Synode 2004-2005

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Hoofdmomenten van de Generale Synode 2004-2005

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

(12)

De voorstellen van de Commissie herdenking Vereniging 1907 kregen ter synode ieders instemming. Het is de bedoeling een tweetal herdenkingsbijeenkomsten te houden. Eén daarvan zal Deo Volente samenvallen met de bidstond voor de Generale Synode van 2007. De Handelingen van de synoden in de periode 1907- 1957 zullen in boekvorm verschijnen. Zo'n bronnenpublicatie heeft geen grote oplaag en kan prijzig worden. De synode stemde in met de suggestie om de uitgave te realiseren met enige subsidie uit de synodekas. Daarnaast zal in goede samenwerking met de Jeugdbond een gedenkboek worden voorbereid, dat een kerkhistorische insteek heeft en ook jonge mensen aanspreekt. Het zal qua opzet vergelijkbaar zijn met de uitgave 'k Zal gedenken', die ter gelegenheid van 75 jaar Gereformeerde Gemeenten verscheen. Een van de afgevaardigde predikan- ten wees op het gevaar van triomfalisme bij de komende herdenking. We zijn zo geneigd om ons zelf te verheffen. Laten we het eigene niet zó etaleren dat we boven een ander gaan staan. Onze gemeenten wortelen in de Reformatie en de Nadere Reformatie. Hij hoopte dat de herdenking zou staan in het teken van het Gebed des Heeren: 'Vergeef ons onze schulden, Heer'; wij schonden al te snood Uw eer'. De preses herinnerde de vergadering eraan dat bij het instellen van de commissie reeds op het gevaar van het triomfalisme was gewezen. Het goede dat de Heere gaf mag worden genoemd.

Opening en orde van vergaderen

De zitting van de voortgezette synode op donderdag 27 januari werd geopend door de tweede preses, ds. P. Mulder. Hij ging daarbij met enkele woorden in op de betekenis van Lukas 7:8-35. In dit verband merkte hij al mediterend op dat woorden zaken moeten worden in ons leven. Bij een man als Johannes de Doper was dat door Gods genade het geval: 'Hij moet wassen, ik minder worden'. Die gestalte hebben ook wij zo nodig.

Na de opening volgden eerst de gebruikelijke voorstellen van het moderamen voor de opzet van de morgenvergadering. De synode besloot allereerst de rapporten te behandelen van de commissies die tijdens de zitting van 8 en 9 september 2004 waren ingesteld. Verder ging de synode akkoord met een splitsing van de stemmingen voor deputaten. In de koffiepauze werd er alleen gestemd voor primus-deputaten. De stemming voor secundus-deputaten werd verplaatst naar de laatste synodedag in maart. Deze splitsing gaf de deputaatschappen de mogelijkheid om kandidaten voor primus-deputaat die niet waren gekozen alsnog voor te dragen voor een benoeming tot secundus.

Aandacht voor het commissiewerk

Bij de bespreking van de rapporten van de commissies kwamen ondermeer de volgende onderwerpen aan de orde, die we kort aanduiden: Een ontwerptekst van een regeling ten aanzien van 'Neveninkomsten afgezette predikanten'. Hierbij is in het algemeen de lijn gevolgd, die ook geldt voor emeritus-predikanten. In de vergadering bleken nog enkele wensen te leven. Dit leidde tot het besluit dat het moderamen op de vervolgzitting van 17 maart voor een bijgestelde tekst zal zorgen.

Een notitie van het Deputaatschap Kerkrecht over 'Beroepsmogelijkheden '. Daarin werden de wegen aangegeven die gemeenteleden kunnen gaan om hun bezwaren kenbaar te maken tegen beslissingen van een deputaatschap of door of namens de synode ingestelde organen. Het stuk werd ongewijzigd aanvaard. Het rapport 'De consulent', dat door het Deputaatschap Kerkrecht enigszins was herzien, werd door de synode overgenomen. Met name de paragraaf over de hulpconsulent was nieuw. Een van de afgevaardigden onderstreepte de verplichting van een kerkenraad om een consulent eerst om advies te vragen over het tweetal of drietal, dat ter verkiezing van een predikant aan de gemeente wordt voorgesteld.

De status van evangelisten

Er lag een uitgebreid rapport op tafel van de commissie die tot taak had zich te bezinnen op de ambtelijke status van evangelisten, zowel in het binnen- als in het buitenland. De commissie bestond uit vertegenwoordigers van de deputaatschappen Kerkrecht, Evangelisatie, Israël en Zending. In het rapport werd voorgesteld niet te spreken over de 'status' maar over de 'volmacht' van de evangelist. Het gaat om een volmacht, die van Godswege naar de orde van de kerk aan mensen wordt gegeven in het vervullen van een kerkelijke roeping of opdracht. Er is sprake van ambtelijke volmacht als een evangelist tot ambtsdrager werd bevestigd in een plaatselijke gemeente. Dat is het geval met de evangelisten in Nederland en België. Als een evangelist een kerkelijke volmacht heeft, wordt hij niet bevestigd tot ambtsdrager in een plaatselijke gemeente, maar door zijn kerkenraad en gemeente uitgezonden voor een taak in het buitenland, die verricht wordt onder de ambtelijke verantwoordelijkheid van het betreffende deputaatschap in het licht van artikel 39 van de D.K.O. Ds. W. Harinck, die in de commissie het zendingsdeputaatschap vertegenwoordigde, gaf een toelichting op de praktische gang van zaken bij het ontvangen van een kerkelijke volmacht. In de uitzendingsdienst wordt geen formulier gelezen, maar wordt een viertal vragen gesteld. In één van de vragen wordt de naam van het zendingsterrein en de functie van de betrokkene genoemd. Alleen wanneer er sprake is van een ontwikkeling in het werk in het buitenland die duidelijk maakt dat men 'aantoonbaar op weg is naar gemeentevorming', kan er bij wijze van uitzondering een evangelist met ambtelijke opdracht worden uitgezonden. Deze uitzondering werd in 1998 door de Generale Synode toegestaan voor het werk in Ecuador. In het rapport werd aan de synode voorgesteld, toe te staan dat in een dergelijke situatie de deputaatschappen Israël en Zending evangelisten zouden kunnen benoemen met een ambtelijke volmacht.

De bespreking werd afgerond met een korte gedachtewisseling over de approbatie (goedkeuring) die een evangelist met een kerkelijke volmacht nodig heeft. Een der afgevaardigden vroeg zich af hoe te handelen als kerkenraad en deputaatschap van mening verschillen? . De voorzitter van de commissie, ds. P. Mulder, zei daarop dat een deputaatschap zich wel twaalf maal moet bedenken alvorens in te gaan tegen het advies van een kerkenraad. Het deputaatschap moet in een vroegtijdig stadium informatie inwinnen bij de kerkenraad over de betrokkene. De zaken liggen eenvoudig. Als de kerkenraad negatief adviseert, kan het deputaatschap niet tot benoeming overgaan. Vervolgens werd het advies van de commissie door de synode overgenomen. Dit betekende dat de door de Generale Synode in 1995 uitgezette beleidslijn gehandhaafd blijft met de daaraan toegevoegde uitzondering van 1998.

De relatie tussen kerk en school

De door de Generale Synode voor dit onderwerp ingestelde commissie kwam tot de conclusie dat het uit 1995 daterende rapport over de bezinning op de verhouding kerk en school weinig effect heeft gehad. Het niet opvolgen van de aanbevelingen in dat stuk is ontstaan door het ontbreken van een instantie die een zekere 'bewakingsfunctie' heeft in het kerkelijke leven. Verder was de commissie van oordeel dat de kerk een ondersteunende functie kan vervullen bij de ontwikkeling van methoden. Ook hier ontbreekt echter een instantie die de kerkenraden aanbevelingen kan geven. De commissie constateerde tenslotte dat er door de jaren heen sprake is van een grote mate van betrokkenheid van de kerkenraden bij het werk van de schoolbesturen. Het rapport eindigde in een aanbeveling om een commissie in te stellen die de relatie met het onderwijsveld onderhoudt en de uitvoering van de synodestandpunten moet bevorderen en bewalcen.

In de discussie die dit rapport losmaakte, vroegen ds. J. Schipper, hd van het bestuur van de Vereniging voor Gereformeerd Schooionderwijs en ds. M. Golverdingen (oud-voorzitter) zich af of de synode met een dergehjice commissie niet de 'scholenbond' voor de voeten loopt. Tijdens de bespreking bleek de synode unaniem van mening dat goed overleg met de VG.S. een eerste vereiste is en blijft. Een andere afgevaardigde beklemtoonde de noodzaak van een dergelijke commissie. Nu komt alleen 'Ede' via een rapport in de synode ter sprake. Over het onderwijs, dat zo nauw met onze gemeenten verbonden is, ontbreekt alle informatie. Dat is curieus! Vanuit de synode werd erop gewezen dat het een taak is van de kerk om toe te zien op het onderwijs. 'Veel kerkenraden hebben te weinig zicht op de voortgaande ontwikkelingen in het onderwijs.' Enkele sprekers gaven als aanbeveling dat de commissie zich vooral moet richten op het stimuleren van het contact tussen de plaatselijke kerk en de school. Tegelijkertijd moet het contact met het voortgezet onderwijs op een verantwoorde manier aandacht krijgen. Te vaak ontbreekt belangstelling van de zijde van de kerkenraden voor deze vorm van onderwijs. Een afgevaardigde noemde deze toestand 'treurig'.

De synode besloot naar aanleiding van rapport en discussie een commissie onderwijs in te stellen, die met het oog op de synode van 1907 verkennend werk zal doen. Daarbij kreeg de commissie met name tot taak de drieslag gezin, kerk en school te bewaken en te verlevendigen en de betrokkenheid van kerkenraden bij het onderwijs te vergroten. (wordt vervolgd)

Boskoop,

ds. M. Golverdingen

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 maart 2005

De Saambinder | 16 Pagina's

Hoofdmomenten van de Generale Synode 2004-2005

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 maart 2005

De Saambinder | 16 Pagina's