Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Het Evangelie van voldoening

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Het Evangelie van voldoening

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

MEDITATIE

"Toen Jezus dan den edik genomen had, zeide Hij: Het is volbracht!" Joh. 19: 30a.

Wannéér heeft de Zaligmaker dit kruiswoord gesproken? Het was na het dieptepunt van Zijn lijden. De evangelist Johannes maakt geen melding van de drie-urige duisternis en van de bange roep: Eli, Eli, lama sabachtani! dat is: Mijn God! Mijn God! Waarom hebt Gij Mij verlaten? Maar als we Schrift met Schrift vergelijken, moeten we aannemen dat deze duisternis heeft plaats gevonden tussen Jezus' woord tot Maria en Johannes, en het woord Mij dorst. Nadat de duisternis dus geweken was, en Jezus de edik genomen had, heeft Hij uitgeroepen: het is volbracht!

Het is weer licht geworden boven Golgotha. En dat zonlicht heeft Christus heel veel te zeggen. Het betekent dat de duisternis van vloek, schuld en hel is geweken. Het aangezicht van de Vader is weer in gunst tot Hem gewend. En in dit licht ziet de Zaligmaker als het ware heel Zijn leven aan Zich voorbijgaan. Hij weet: het sterven mag nu komen. Nu reeds. Het is niet nodig dat Hij nog uren, ja zelfs dagen aan het kruis blijft hangen zoals dat met gekruisigden nogal eens gebeurde.

De Heere Jezus mag Zijn leven gaan afleggen. Daarom vraagt Hij eerst te drinken en krijgt dan een spons met edik, met goedkope zure soldatenwijn toegestoken. Zo heeft Hij kracht om Zijn laatste woorden uit te roepen en om in volle bewustheid het leven af te leggen.

Hij kon dat doen; Hij mocht dat doen. De dood overviel Hem niet. Het hoofd buigende, gaf Hij de geest! Hij vertrouwde Zijn geest toe aan Zijn Vader. Dit sterven van de Zaligmaker stond al in het teken van Pasen. De overwinning op de dood schemert hier al door, want Hij heeft mogen zeggen: het is volbracht!

Volbracht is alles waar Hij zozeer tegen op heeft gezien; waarvoor Hij met heel Zijn ziel terughuiverde in de hof van Gethsemané: Mijn Vader, indien het mogelijk is, laat dezen drinkbeker van Mij voorbijgaan! doch niet, gelijk Ik wil, maar gelijk Gij wilt.

Volbracht is nu het drinken van de beker van het lijden tot op de bodem, de droesem van helse benauwdheden. Volbracht is de zware taak die de Vader Hem op de handen en schouders gelegd had, om als de lijdende Knecht des Heeren het werk der verzoening te doen. Volbracht is het slaaf-zijn in vernedering; het straflijden; de pijn van die prijs der ziel, dat rantsoen, om aan Gods heilig recht te voldoen.

Volbracht is alles wat in de Schrift van Zijn lijden was voorzegd, van Zijn peilloos diepe vernedering. Christus mag zeggen: Ik heb niets nagelaten van hetgeen Mij opgedragen is. Geen woord uit de Schriften dat van Mij getuigde is ter aarde gevallen. Het is alles tot op de laatste tittel en jota vervuld.

Het is heel Zijn leven van ongeveer 33 jaar tussen kribbe en kruis Zijn spijze geweest, om te doen de wil Desgenen Die Hem gezonden heeft, om Zijn werk te volbrengen. De Vader had Hem een werk gegeven om te doen,

een werk zó zwaar dat geen mens, ja alle mensen samen het niet hadden kunnen volbrengen. En dat werk is nu voleindigd nu Hij uitroept: het is volbracht!

Bij de doop door Johannes had Hij gezegd, dat het Hem betaamde alle gerechtigheid te vervullen en daaraan was nu voldaan. Alle gerechtigheid was door Hem vervuld. Al de ceremo- niën die door de wet voorgeschreven waren, bereikten in Hem hun einde. De tijd van de schaduwen was nu voorbij. Straks zou dit nog bevestigd worden door de Vader Zelf in het scheuren van het voorhangsel.

In het hogepriesterlijk gebed had Jezus, reeds vooruitblikkend, gezegd: Ik heb U verheerlijkt op de aarde; Ik heb voleindigd het werk dat Gij Mij gegeven hebt om te doen. Nu is dat ten volle vervuld.

Hij zegt niet: Ik heb het volbracht! Nee, geen ogenblik plaatst Hij Zichzelf in het middelpunt. Gods eer en Gods raad staan centraal! Hij spreekt niet als de Architect, maar als de Knecht Die het bestek gevolgd heeft. Vader, het gebouw is gerezen naar Uw gemaakt bestek. Het is Uw welbehagen. En dat welbehagen is door Mijn hand gelukkig voortgegaan en mag dan nu ook verder gelukkig voortgaan. Ja Vader, want alzo is geweest het welbehagen voor U!

Het is volbracht! Het Evangelie van verzoening door voldoening. En dat voor zondaren. Wat is een zondaar? Een doelmisser! Zondigen is immers: het doel missen.

Het doel waartoe wij geschapen zijn is dat Gods lof zou opklimmen uit de schepping. En nu kunnen we de rijkdom van Christus' werk en ook van Zijn woord het is volbracht, nooit verstaan, als we er geen open ogen voor gekregen hebben, dat we doelmissers zijn. Het werk van Christus is nooit te verklaren buiten de val van Adam om. Want Adam heeft niét volbracht; Adam heeft het werkverbond in het Paradijs verbroken. En in Adam zijn wij allen getekend. Wij moeten daarom zeggen: alles is er dóórgebracht; wij hebben het er schandelijk afgebracht. We kregen een plan aangereikt van de vorst der duisternis om als God te zijn. En daar hebben we naar geluisterd. God van de troon af en wij er op.

Zien we dat niet de hele geschiedenis van de mensheid door? Denk aan de tijd van de zondvloed. De mensen hebben zich overgegeven aan de verlokking en de verleiding van deze wereld om zich uit te leven. Tot het begon te regenen en de sluizen van de afgrond geopend werden.

Al 6000 jaar zijn wij mensen zo bezig om deze wereld en onszelf tot doel te stellen.

En als het eeuwigheid wordt? Is het dan niet vreselijk als wij onze ogen zullen opslaan in de hel en met alle verlorenen moeten instemmen: ik heb mijn doel gemist?

Wat is het vreselijk als we, ondanks al onze godsdienst, aan het doel van God voorbij leven. Dan is ons leven met recht een doelloos leven; een leven dat niet beantwoord aan zijn bestemming. Hebt u zó uw leven leren zien door het ontdekkend licht van de Heilige Geest? Als een boom zonder vruchten, die nutteloos de aarde beslaat?

Dit Evangelie van verzoening roept om een antwoord. Een antwoord waardoor aan dit volbrachte werk de ware eer wordt toegebracht. En hoe is dat mogelijk? Alleen door het geloof! Wanneer wij dit woord het is volbracht niet alleen horen, maar ook van ganser harte be-amen, omdat wij door het ontdekkend werk van de Heilige Geest leerden van onszelf totaal ellendig en verloren te zijn. Wie dat niet leert, zal nooit zaligheid uit dit woord kunnen putten. Hoe zal er dan voor Jezus en Zijn volbracht werk in ons leven plaats zijn? Hij krijgt waarde voor in zichzelf verloren zondaren. En daarom moeten we die aan hun verlorenheid ontdekte zondaren ook niet proberen te troosten met iets anders, maar zij moeten geleid worden tot de bron, waaruit alléén de ware troost vloeit: Jezus en Zijn volbracht werk! Zij moeten, maar zij mógen ook, amen leren zeggen op dit evangelie van verzoening.

Dat amen van het geloof is enerzijds een amen op onze doodstaat en onze volstrekte doemwaardigheid in Adam. Maar anderzijds ook een amen op de noodzakelijkheid, de onmisbaarheid en volkomenheid van Christus en Zijn volbracht werk.

Het amen zeggen in het geloof op dit woord van verzoening het is volbracht, wil zeggen: met dit volbrachte werk van Christus als met Gods eigen gave tot God naderen, om verzoening door dit woord te ontvangen.

Daarom, gij verdrukte, door onweder voortgedrevene, ongetrooste, hoort dit woord: het is volbracht! Hoort, en uw ziel zal leven! De Fontein van genade is geopend. Een Fontein van liefde, vergeving, vrede en zaligheid. Zie af van alles wat van uzelf is en zie alleen op Hem! Het heil ligt helemaal buiten u in Hem, Wiens werk volkomen is! In uzelf zult u nooit iets goeds vinden. Hoe dieper u graaft, des te meer gruwelen zult u vinden. Maar hoe meer u door genade op Hem moogt zien, des te meer u Zijn heerlijkheid zult aanschouwen.

Hij geeft leven aan u die midden in de dood ligt; het kleed der gerechtigheid aan u die jammerlijk, arm, blind en naakt bent. Hij heeft de straf gedragen voor strafwaardigen; is in de dood gegaan voor doemschuldigen. Hij heeft de macht van satan gebroken. De dood is verslonden tot overwinning. Hoe héérlijk is Hij. Alles wat aan Hem is, is gans begeerlijk!

Wat is het rampzalig op zo grote zaligheid geen acht te geven! Dan zal het vreselijk zijn te vallen in de handen van de levende God! Daarom: val Hém te voet. Kust de Zoon, opdat hetgeen Hij volbracht, in u volbracht wórde!

Doetinchem,

ds. J. Driessen.

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 april 2001

De Saambinder | 12 Pagina's

Het Evangelie van voldoening

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 april 2001

De Saambinder | 12 Pagina's