Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Persoon des Middelaars

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Persoon des Middelaars

6

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Onder het O.T. werden Profeten, Priesters en Koningen gezalfd. De samenstelling van de zalfolie moest zijn naar een door de Heere zelf gegeven voorschrift en uit bepaalde hoeveelheden van uitnemende zeer welriekende specerijen worden gemaakt. 
En mocht niet worden nagemaakt, noch tot iets anders gebruikt. Wie zich daaraan schuldig maakte, moest gedood worden. Ex. 30 : 22-33. Zij bestond uit mirrhe, galban en zuivere wierook.
Zie v.d. zalving der Profeten 1 Kon. 19 : 16; der Priesters Ex. 30 : 30; der Koningen 1 Sam. 10 : 24 Saul; 1 Sam. 16 David; 1 Kon. 19 : 16 Jehu.  
Deze zalving geschiedde met een kruik of hoorn. 
De eerste wees op verbreking. 
De laatste op bestendiging. 
In zeer overvloedige mate werd de olie op de te zalven persoon uitgestort Ps. 133. En wijst op twee zaken: 
1. Verordinering.
2. Bekwaammaking.
In al deze zalvingen waren de schaduwen van Christus' zalving tot Zijn ambten. Echter is Christus nooit met zalf gezalfd, want Hij is van Eeuwigheid af gezaltd geweest. Spr. 8 : 23. 
1. Hij is van eeuwigheid gezalfd.
2. Geroepen van eeuwigheid. Hebr. 5 : 4-5. 
3. Geroepen in de tijd.

Christus is uitverkoren tot Middelaar. Jes. 42 : 1: Zie Mijn knecht, die Ik ondersteune, Mijn uitverkorene, in dewelke Mijn ziel een Welbehagen heeft. Ik heb Mijn Geest op Hem gegeven, Hij zal het recht de heidenen voortbrengen. 1 Petr. 1 : 2, Joh. 6 : 27, Joh. 10 : 36. 
De verordinering goldt beide naturen, maar de bekwaammaking kon alleen de menselijke natuur betreffen, dewijl de Goddelijke natuur als een Almachtige, geen bekwaammaking kon behoeven. 
De gaven, die aan de menselijke natuur als bekwaamheden de ambtsgaven des H.G. bijzonder zijn medegedeeld zijn: a. Wijsheid, als Profeet, betoond in Zijn leren; b. Macht, betoond als Koning in Zijn wonderwerken; c. Heiligheid, als Priester, betoond in Zijn volmaaktheid als Offerlam en nu nog zit aan des Vaders' rechterhand om voor Zijn volk te bidden. 
Christus is door de Vader gezalfd, met de H.G., niet tot aardse maar hemelse bediening, niet voor Hem zelf, doch deze gaven vloeien op anderen n.1. Zijn uitverkorenen.

Zo zijn dus de beide namen Jezus en Christus verklaard. Deze beide namen zijn zo algemeen, in de volkstaal ingedrongen, dat duizenden deze van dag tot dag ijdel en vloekende misbruiken, zonder iets van de gezegende Persoon des Verlossers te weten. 
Ook anderen roemen Hem met de mond, maar hun hart is verre van Hem.  
Daarentegen zal des Heeren volk altijd met vreze en eerbied die Namen uitspreken en door hun diepe betekenis gewezen worden op Hem, die de volkomen / Zaligmaker is van allen, die door Hem tot God gaan. 

Tot drie ambten is Christus gezalfd, hetwelk voordien bij geen mens plaats vond. David was Koning en Profeet, Melchizedek Priester en Koning. Hebr. 7 vermeldt het priesterschap van Melchizedek als meerder als dat van Aaron. Daarin was hij type van Christus, dewijl Hij was alleen Priester en eeuwig Priester.

Als Profeet wordt Christus genoemd: 
1. De zelfstandige wijsheid Spr. 8 : 23.
2. Wijsheid Zijns volks 1 Cor. 1 : 30.
3. Woord des Vaders Joh. 1 : 1.
4. De Grote Profeet Luc. 7 : 16.
5. Leraar van God gezonden Joh. 3 : 2. 
6. Beloofde Profeet Hand. 3 : 22, 8 : 37. 
7. Rabbi-Meester Matth. 23 : 8-10.
8. Apostel onzer belijdenis Hebr. 3:1.
9. Verkondiger van het Evangelie Jes. 61 : 1-2, Ps. 40 : 10-11. 
10. En voorzegt toekomstige dingen Openb. 1:1.

De profeten des ouden verbonds waren heilige mensen Gods, die onmiddellijke openbaringen van God ontvingen, door de H. Geest gedreven het Woord Gods verkondigden, waarbij dikwijls wonderwerken hun Goddelijke zending staafden.

Hun ambt en bediening was onderscheiden van het ambt der priesters en levieten, die de wet verklaarden en dagelijks offeranden deden. Doch de profeten waren extra-ordinair door God geroepen, dan uit deze en dan uit die stammen en wel in die tijden, in welke de priesters en levieten hun ambt niet naar behoren dienden.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1957

Daniel | 8 Pagina's

De Persoon des Middelaars

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 3 mei 1957

Daniel | 8 Pagina's