Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Opstanding? Zelfs discipelen geloven 't niet!

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Opstanding? Zelfs discipelen geloven 't niet!

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

't Is echt gebeurd, hoor! Ik vertel geen verhaaltje, 'k Heb het met mijn eigen ogen gezien. Celoof je me soms niet? ja, daar kan ik ook niets aan doen.

Je herkent zo'n gesprek vast wel. Je wilt een ander zo graag laten delen in iets wat je meegemaakt hebt. Maar je kunt die ander maar niet overtuigen van die bijzondere, wonderlijke gebeurtenis. Hoe teleurgesteld kun je je dan voelen. Zo'n ervaring hebben de vrouwen, die terugkwamen van het graf van de Heere Jezus ook. Hun woorden worden 'ijdel geklap' genoemd Kletspraat! Onzin! Begrijp je nu hoe teleurgesteld ze zijn dat zelfs Zijn discipelen het niet willen geloven.

Ik geloof...

Elke zondag in de middag-of avonddienst hoor je het lezen: Ik geloof in God, de Vader, de Almachtige, Schepper des hemels en der aarde... en in Jezus Christus, .., ten derde dage wederom opgestaan uit de doden...

Erkennen dat de Heere Jezus is opgestaan is een geloofszaak. Begrijpen met je verstand is onmogelijk. Uitleggen kan ook niet, dus dan blijft over: geloven of niet!

Weet je dat de meeste mensen op deze wereld niet geloven, dat de Heere Jezus uit het graf is opgestaan. Zij zeggen: dood is dood. Dan is er niets meer. Bij de dood is alles voorbij. Ds. Hellenbroek zegt in zijn vragenboekje dat het meer een wensen, dan een echt geloven is. Die mensen hopen maar dat er na dit aardse leven geen oordeel is, want anders loopt het slecht met hen af...

Opwekkingen in de Bijbel

In het Oude en Nieuwe Testament wordt verschillende keren over een opwekking uit de doden geschreven. Elia heeft eens de zoon van een weduwe te Zarfath in Gods kracht mogen opwekken uit de doden. Elisa mocht het middel zijn tot de opwekking van de zoon van de Sunamitische. Bij de begrafenis van een man in Israël in het graf van Elisa, kwamen zijn levensgeesten weer terug. De Heere Jezus Zelf wekte drie keer iemand op uit de doden: het dochtertje van Jai'rus, de jongeling te Naïn en Lazarus. Je ziet een opklimming in deze wonderen: het dochtertje was ongeveer een uur overleden, de jongeling werd naar het graf gedragen en Lazarus had al vier dagen in het graf gelegen. De Heere jezus is Overwinnaar, ook over het graf en de dood. Hij stond op in Eigen kracht, maar ook... de Vader heeft Hem opgewekt. Het is een wonder is ons ogen, wij zien het, maar doorgronden het niet. Of jij wel?

Als ik het zelf zou meemaken...

Misschien denk je: als ik het zou meemaken, zou het gemakkelijker zijn om te geloven. In de Bijbel kun je lezen dat dit niet zo is. Je kent de gelijkenis: de rijke man sterft en gaat naar de hel, Lazarus overlijdt en wordt gedragen in de schoot van Abraham. Dan ontstaat er een en gesprek tussen de rijke man en Lazarus. De rijke man is bang dat zijn familie ook naar deze vreselijke plaats van pijniging zal komen en daar heeft hij hen niet voor over. Hij vraagt of Lazarus zijn broers mag gaan waarschuwen. En wat is het antwoord? „Ze hebben Mozes en de profeten, dat zij die horen!"

Daarmee wordt de Bijbel bedoeld. De rijke man denkt dat, wanneer iemand uit de doden tot hen komt, zij zich zullen bekeren. Het antwoord is helder: als ze het Woord van God niet geloven, dan zullen zij zich ook de waarheid niet laten aanzeggen, door iemand, die uit de doden opstaat.

Gestolen...

Op de eerste dag van de week verrijst de Heere Jezus uit het graf. Al is het verzegeld met het keizerlijke zegel, al zijn er wachters rondom het graf. Geen graf hield Davids Zoon omkneld: Hij overwon Die sterke Held! En de wachters... zij vluchten naar de stad, naar het Sanhedrin. Geloven ze nu dat Hij de Messias is? Nee, ze geven de soldaten veel geld... „en niets zeggen over dat licht en over een opstanding! Weet je wat jullie mogen zeggen? Zijn discipelen zijn 's nachts gekomen, en hebben Hem gestolen, als wij sliepen." Wachters die slapen! Wat een aanfluiting! Als Pilatus dat hoort!? Dan zullen de overpriesters de stadhouder wel tevreden stellen. Daar hoeven jullie je niet druk over te maken, laat dat maar aan ons over. Er zijn getuigen van de opstanding, maar ze geloven het niet...

Zij hebben Mozes... zij hebben het Woord

En de discipelen? Geloven die wat de Heere over Zijn opstanding gezegd heeft? Ook zij, die de Heere zo vurig liefhadden, ook zij geloven het niet. Vier keer heeft de Heere Zijn lijden, sterven en opstanding voorzegd. En wat kunnen zij het moeilijk geloven. Drie jaar hebben ze onderwijs gehad op de beste school en toch niet op de juiste wijze Zijn lessen begrepen. Ze hadden vervolgon-

derwijs nodig. Denk maar aan de Emmaüsgangers. Zij hadden zo gehoopt dat Jezus de Messias was! Maar hun hoop is de bodem in geslagen door Zijn kruisdood. Zij hadden net als de andere discipelen een verkeerde opvatting van de Schrift. Ze dachten aan een aardse koning, die de Romeinen zou verjagen, maar niet aan een Kruiskoning, Die de zonden zou wegdragen en Zijn Kinderen het eeuwige leven uit genade zou schenken.

De Heere Jezus praat ongeloof en twijfel van de Emmaüsgangers niet goed, maar Hij wijst wel waar het aan schort. Zij hadden het kunnen weten! Hij heeft alles voorzegd! Te veel naar anderen luisteren en te weinig naar Gods Woord brengt duisternis over je ziel. Door het geloof verstaan we pas de Bijbel op de enig juiste manier. Want van het begin tot het einde toe wordt verwezen naar Hem. Ook over Zijn lijden (Jesaja 53), ook over Zijn opstanding.

Herkenning

De Emmaüsgangers herkennen de Heere Jezus pas onder het eten. Hij is het echt. Ze zullen de tekenen in Zijn handen hebben gezien, of de wijze waarop Hij voorging in het gebed, dan wel Zijn manier van het brood breken. Hoe dan ook: zij herkennen Hem. En dan roepen zij het uit: „ Was ons hart niet brandende in ons? ".

Die herkenning verliep ook bij Maria Magdalena moeizaam, want zij dacht dat Hij de tuinman was. Wanneer herkent ze Hem? Bij het noemen van haar naam: „Maria".

En de discipelen? Zij denken bij de eerste verschijning aan een geest. De Heere Zelf moet hen geruststellen, dat Hij het waarlijk is, door te eten en te drinken. Hoe komt dat? Door ongeloof. Ongeloof maakt je hart en ogen duister. Zelfs bij de tweede en derde verschijning zijn er nog sommigen die twijfelen, tot aan Zijn hemelvaart toe. Als de Heere Jezus ons

verstand niet verlicht door Zijn Woord en Geest, zien we Hem niet!

De Heere is waarlijk opgestaan...

Toch zijn er ook momenten geweest, dat de discipelen het volmondig uitriepen: „De Heere is waarlijk opgestaan en is van Simon gezien!". Bij de terugkeer van de Emmaüsgangers klonk hun deze roep tegen. Later was er in de gemeente van Korinthe weer onenigheid over de waarheid van Christus' opstanding. Paulus geeft dan een reeks van getuigen: Cefas (Petrus), de twaalven (eigenlijk elf), vijfhonderd broeders op een keer, Jakobus, de broer van de Heere Jezus en tenslotte (ten laatste) ook van Paulus zelf op weg naar Damascus.

Is het dan zo belangrijk dat de Heere Jezus opgestaan is? Ja, want als dit niet zo was, dan is ons geloof ijdel (leeg, waardeloos), dan zouden we tevergeefs geloofd hebben, dan zouden we nooit vergeving van zonden kunnen ontvangen. Paulus roept het in 1 Korinthe 15:20 uit: Maar nu, Christus is opgewekt uit de doden, en is de Eersteling geworden dergenen die ontslapen zijn".

Wat heb je aan de opstanding van Christus?

Ik vat zondag 1 7 van de Heidelbergse Catechismus samen. Aan het woord is een gelovige.

Welke belijdenis geeft hij? De Heere Jezus Christus heeft de dood overwonnen. De verhouding tussen een zondaar en God is weer hersteld. We noemen dat gerechtigheid. En deze gerechtigheid deelt de Heere Jezus uit aan al Zijn kinderen.

Het is ook nodig dat wij door Zijn kracht opstaan tot een nieuw godzalig leven.

Tenslotte... Christus het Hoofd (van Zijn Kerk) is boven (in de hemel) samen met de zielen van alle gelovigen. Op aarde is nog een strijdende Kerk. Toch weten ze het zeker: Hij leeft, en wij zullen leven. Zijn opstanding is de verzekering dat zij eenmaal bij Hem zullen zijn. Ben je nog dood (door de zonden), of mag je door en voor Hem leven?

Dan jaagt de dood geen angst meer aan want alles, alles is voldaan. Wie in 't geloof op jezus ziet, Die vreest voor dood of helle niet.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 maart 1997

Daniel | 32 Pagina's

Opstanding? Zelfs discipelen geloven 't niet!

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 28 maart 1997

Daniel | 32 Pagina's