Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Jouw vragen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Jouw vragen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nog nooit hebben we zoveel reacties gekregen op een antwoord in deze rubriek als op de mening van ds. Van Vlastuin over Erlo Stegen en de Kwa Sizabantu-beweging. Zowel bij de redactie als bij de schrijver kwamen verschillende brieven en telefoontjes binnen. Dat vraagt om een reactie. Bij dezen.

Erlo Stegen maakt ook in Nederland heel wat los

Eerst een aantal opmerkingen. In de eerste plaats is het mij opgevallen dat allen die reageerden mijn stuk te negatief vonden. Overigens moet ik zeggen dat de stijl van reageren heel beleefd en vriendelijk was. Daar wil ik heel hartelijk dank voor zeggen.

In de tweede plaats komen alle reacties hierin overeen dat het schijnt dat ik niets goeds van de Kwa Sizabantu-beweging gezegd heb. Ik heb uitdrukkelijk geschreven dat er heel positieve dingen zijn, zowel in het leven van Erlo Stegen als in de dingen die gebeuren.

Van Jonathan Edwards leerde ik dat als we zien dat mensen meer in de Bijbel gaan lezen en als de persoon van de Zaligmaker genoemd wordt, dat in het algemeen duidt op het werk van de Heilige Geest. Het is niet niets dat tussen Zoeloe-stammen vrede is gekomen. Deze dingen blijf ik voluit zeggen. Ik zou echt niet durven zeggen dat daar geen mensen tot bekering komen.

Het zouden er ook wel velen kunnen zijn die daar de Heere leren vrezen. De leiding van Gods voorzienigheid is daar ook op te merken als de Heere voorziet in de middelen om tientallen medewerkers van Stegen te onderhouden en duizenden maaltijden weg te geven. Zieken komen werkelijk tot gezondheid.

Eén norm
Deze dingen heb ik uitdrukkelijk genoemd. Ik heb niet alleen maar negatief geschreven. En ik zou tegen mijn critici willen zeggen; lees dat gedeelte van mijn artikel nog eens heel aandachtig.

In de derde plaats valt mij op dat heel veel kritiek zich beroept op de positieve verschijnselen om dan de prediking daarmee te rechtvaardigen. Ik denk dat dat te weinig kritisch is. We hebben één norm, dat is de Heilige Schrift. Als die norm niet wordt gehanteerd, krijg je allerlei wantoestanden.

Als we predikanten en ware christenen aanvaarden als kinderen en vervolgens kritiekloos hun leer en leven accepteren, zal de boze daar zeker zijn voordeel mee doen. Als Paulus preekt in Thessalonica onderzoekt men of het alzo is, wat Paulus verkondigt... (Hand. 17:11). Ik geef mijn kritiek op de prediking niet omdat ik dat graag doe. Laat dat heel erg duidelijk zijn.

Ik zie ook erg uit naar een opleving van het geestelijke leven en daarom doet het mijzelf pijn als er dingen zijn die ik op grond van de Schrift absoluut niet mee kan maken. De norm ligt niet in beleving van mensen of in vrucht op de prediking, maar in Gods getuigenis.

De christen
Hoe graag ik anders zou reageren, ik zou bijna zeggen: „Hier sta ik, ik kan niet anders." Ik sta niet hooghartig boven de Kwa Sizabantu-zending, maar ik mag toch in alle eenvoud en bescheidenheid belijden hoe ik ertegenover sta? Ook al ben je het in dingen niet met elkaar eens, dan kun je elkaar nog wel respecteren.

Toen ik op de zendingspost was, heb ik mijn bezwaren ook eerlijk besproken. De kern van de boodschap van Stegen vat ik zo op: "Begin een nieuw leven". Daar is niets verkeerds aan. Mijn kritiek richt zich niet op de dingen die ik hoor, maar veel meer op de dingen die ik niet hoor. Ik vind dat alle nadruk ligt op de christen, en van Christus en Zijn werk hoor ik zo weinig.

Het hoeft echt niet in de termen uit de Catechismus, maar als het gaat over over de hemelvaart mag je toch verwachten dat daarin iets naar voren komt van de overwinning van Christus, dat Hij de zonde en de duivel overwonnen heeft, dat Hij eer en heerlijkheid ontvangt en dat Hij dat gedaan heeft als Borg, zodat het in het leven van zondaren nut en uitwerking heeft?

Is er ergens anders rust te krijgen dan in het volbrachte werk van de Heere Jezus? Dat is voedsel voor mijn ziel als Hij uitgestald wordt en als ik mag zien wat er in Hem te vinden is. Dat is uiteindelijk het evangelie; niet wat ik allemaal moet doen. Dat is wet.

Concreet
Begrijp me goed; ik heb niets tegen een preek waarin alle nadruk ligt op de menselijke verantwoordelijkheid. Een collega zei mij eens dat een predikant niet goed gereformeerd is als hij nooit het verwijt van remonstrantisme kreeg. Maar als een voorganger nooit de soevereiniteit van God en de onweerstaanbare werking van de Geest verkondigt, vind ik dat een ernstig gemis. Er komt dan toch een opening naar remonstrantisme.

Ik kan wel begrijpen dat de prediking van Erlo Stegen aanspreekt. Door de grote nadruk op levensheiliging en concrete zonden heeft het wel iets van ernst. Ik zie ook wel in dat veel prediking in onze tijd zo spreekt over Christus en Zijn werk dat de vruchten helemaal niet aan bod komen en dat zondaren roemen in de Zaligmaker zonder dat hun leven verandert.

Er is ook veel prediking erg gemoedelijk of innerlijk zodat het concrete leven niet aan de orde komt. Men kan spreken over "zondaar-zijn" en "bekering" zonder dat het duidelijk wordt waarvan dan bekering nodig is en wat onze zonden zijn. Tegen deze achtergronden kan ik me voorstellen dat mensen bij Stegen iets vinden wat zij in hun eigen gemeente missen.

Verschillenden die reageerden spraken over de zegen die zij onder Stegen ontvingen, namelijk dat zij voor het eerst in hun leven hun concrete zonden en zo ook hun zondige aard leerden kennen. Daar kunnen we alleen maar dankbaar voor zijn. Maar we moeten elkaar wel eerlijk behandelen.

Hoe nuttig en nodig het ook is om onze zonden te leren kennen, hoe prijzenswaardig als we ernst maken met ons leven, met dat alles zijn we nog onder de wet, en niet onder het evangelie. Pas in Christus vindt ons hart rust. In Hem worden we bevrijd van een zwaar juk en mogen we verheugd zijn, van zorg ontslagen, om Hem te roemen die ons blijdschap geeft.

Dan moet er niets meer, maar dan mag alles. Dan hoeven we niet meer ernstig te doen, maar we zijn het.

Voortgaand onderwijs
Hoewel het een heel scherpe uitspraak is, kan ik toch niet nalaten deze door te geven, juist opdat het ons zal opscherpen: „Hoe goed het daarom ook is om over berouw, schuldbelijden en boetedoening te preken en te schrijven, indien men hierbij blijft staan en niet verder voortgaat met zijn onderwijs om ook tot het geloof door te dringen, dan zijn het zonder enige twijfel bedrieglijke en duivelse leringen. Zo heeft ook Christus, met zijn (voorloper) Johannes niet alleen gezegd: "Bekeert u!" maar het woord des geloofs erbij gevoegd, door op te merken: "het Koninkrijk der hemelen is nabij gekomen" (Luther).

Het magistrale van de Reformatie is de ontdekking uit de Schrift dat rechtvaardiging en heiliging samen dienen te gaan in de prediking en zo in de beleving. Rechtvaardiging en heiliging komen beiden op uit de gemeenschap met Christus. Als de heiliging niet uit Christus opbloeit, is het wetticisme.

Ook in de tijd van de Reformatie waren er velen die vonden dat de reformatoren niet ver genoeg gingen en niet genoeg ernst maakten met de zonde en de levensheiliging. Dat waren de doperse stromingen. Zij waren veel radicaler dan Calvijn en de zijnen, maar zij hadden er geen oog voor dat het in deze bedeling ten dele is. Zij grepen vooruit op de hemelse volmaaktheid.

Het boek van prof dr. W. Balke "Calvijn en de doperse radicalen" en van prof. dr. W. van 't Spijker "Gereformeerden en dopers" geven in kort bestek goede voorlichting over het verschil tussen dopersen en calvinisten.

Drieëenheid
Ten vierde wil ik één opmerking uit mijn betoog terugnemen. Ik schreef dat ik vreesde dat we zouden schrikken als we zouden onderzoeken hoe men in de kringen van de Kwa Sizabantu-stichting denkt over de Drieëenheid en de menselijke natuur van Christus. Ik moet eerlijk zeggen dat ik daar geen grond voor heb.

Ik ben tot deze opmerking gekomen doordat ik verschillende trekken van de dopersen uit de tijd van de Reformatie aantrof in het denken van Stegen en de zijnen. Omdat de dopersen toen ook in de triniteitsleer en de menselijke natuur van Christus onbijbels dachten, heb ik dat toegepast op hem en zijn beweging. Daarin had ik voorzichtiger moeten zijn.

Ik mag wel zeggen dat we dat moeten onderzoeken, maar de suggestie opwerpen dat men hierin dwaalt, is niet terecht. Daarvoor mijn hartelijke verontschuldiging.

Ten vijfde wil ik met dit alles niet zeggen dat wij de gereformeerde gezindte verheerlijken. Integendeel. Het zou wel eens zo kunnen zijn dat de Heere onder de Zoeloes meer van Zijn kinderen heeft en dat er meer vrucht van de Geest is dan in menige gemeente in Nederland.

Het is heel wel mogelijk dat wij met een bijbelser leer (dat we die hebben, daarvan ben ik wel overtuigd) toch veel minder geestelijk leven kennen. Het is diep treurig als we het getuigenis van de Schrift naast onze gezindte leggen.

Zelfgenoegzaamheid
Wat een rijk geestelijk leven straalt ons uit de Schrift tegemoet. Hoe armetierig, dor en doods is het dan bij ons. Wat een zelfgenoegzaamheid en degelijkheid. We houden ons ver van de wereld, maar de bewogenheid met de wereld ontbreekt.

We menen dat we met onze organisaties een dam kunnen opwerpen tegen de geest van de tijd en we worstelen niet meer om de Geest van God, Die alleen de tijdgeest overwint. De gereformeerde gezindte is goed georganiseerd, maar de kracht ontbreekt. Er gaan meer mensen van de kerk naar de wereld dan van de wereld naar de kerk. Dat geeft te denken!...

Strijders voor de waarheid zijn er wel, maar mensen die in alle eenvoud mogen vertellen wie de Heere voor hen is veel minder. Ook onder ons is veel gezapigheid; we geloven het allemaal wel. We zitten in bunkers van geestelijke onverschilligheid en het Woord doet weinig kracht. We hebben genoeg aan ons geld, onze auto, vakantie en godsdienst. We zijn daarmee net zo werelds als de wereld.

We doen onze best om onze identiteit te bewaren, en dat lukt ook wel aardig, want dat kan zonder God. Onderwijl verschillen we natuurlijk niets van etnische minderheden in ons land die een eigen cultuur hebben. Het verschil tussen kerk en wereld vervaagt en dat is de oorzaak dat ons land wegzinkt in moreel verval. De nood is groot. Het is vreselijk benauwd in ons land. En daarom is het mijn vurige begeerte: „Och, dat Gij de hemelen scheurdet."

Ds. W. van Vlastuin

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 februari 1995

Terdege | 72 Pagina's

Jouw vragen

Bekijk de hele uitgave van woensdag 8 februari 1995

Terdege | 72 Pagina's