Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE TOEKOMSTIGE RIJKDOM VAN GODS VOLK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE TOEKOMSTIGE RIJKDOM VAN GODS VOLK

„Die overwint zal dies beërven en Ik zal hem een God zijn en hij zal Mij een zoon zijn". Openbaring 21 : 7.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Oorlog! De vrees voor een allesverwoestende oorlog leeft in de harten van miljoenen mensen. Er is angst en spanning op de wereld omdat de volkeren der aarde als twee vijandige machten tegenover elkaar staan. De legers van de wereldmachten zijn tot aan de tanden gewapend en de mogelijkheid van een vreselijk conflict is voortdurend aanwezig. De geestelijke oorlog is de strijd die Gods volk voert. Ze moeten strijden tegen drie doodsvijanden, de duivel, de wereld en eigen zondig vlees. De oorlog der geesten is de strijd tussen de hemelmachten en de krachten der hel. Er is in de eerste plaats een strijd tussen de almachtige God en de vorst der duisternis. De duivel strijdt dag en macht tegen God en Zijn gezalfde Koning en de Kerk des Heeren. Deze strijd zal echter uitlopen op een totale nederlaag van satan.

Vanaf het begin der wereldgeschiedenis is er een strijd, geweest tussen de volkeren der aarde. Ieder mens heeft een strijd op aasde, want het leven is vol van moeite en bittere teleurstellingen. In het paradijs kwam de duivel tot de mens om hem tot zonde te verleiden. Helaas, satan overwon door zijn list en bedrog onze voorouders en ze verloren de strijd. Dat was een vreselijke nederlaag, een ontzettende val. De mens verloor Gods zalige gunst en gemeenschap en het paradijs als woonplaats. Alle moeite en strijd die de mens op aarde beleeft zijn een droevig gevolg van Adams val. God heeft uit vrije ontferming en soeverein welbehagen een Held gezonden om de mens te verlossen uit de slavernij van satan. Christus heeft de strijd aangebonden tegen de vorst der hel, die onze voorouders overwon. Hij heeft door Zijn lijden en sterven een volkomen overwinning op de duivel behaald en het paradijs geopend voor een schuldig volk.

Het paradijs waar Adam en Eva woonden was prachtig. Het was een lusthof. Het paradijs dat Christus verwierf voor Zijn volk is veel heerlijker! Dit paradijs is het nieuwe Jeruzalem, de hemel der heerlijkheid. Wie zullen eens ingaan in dit paradijs, in deze Godsstad? Zullen ook wij eens verwaardigd worden om eeuwig bij God te wonen ? Zullen ook wij eens wandelen in witte klederen met de palmtakken der overwinning in onze handen? De Heere belooft het hemels paradijs aan hen die overwinnen. „Die overwint zal alles beërven". Wat een rijk woord vol bemoediging, met een heerlijke belofte Gods, klinkt ons hier in de oren. Dit is het woord dat met gouden letters in de krijgsbanier van Koning Jezus geschreven staat.

Er wordt gesproken over een geweldige strijd. De apostel Johannes handelt hier niet over de strijd die ieder mens op aarde heeft. Neen, hier wordt gesproken over een geestelijke strijd, de strijd tussen vlees en geest. Een natuurlijk mens kent deze strijd niet omdat hij geheel in de macht van satan is. Wanneer de Heere ons levend maakt door Zijn Geest komt er een geestelijke strijd in ons hart. Er wordt een strijd tegen alle hart- en boezemzonden geboren en een begeerte om naar al Gods geboden te leven. Deze geestelijke strijd van Gods volk is dikwijls zeer zwaar. Ze moeten strijden tegen een heirleger van machtige vijanden, die met hen oorlog voeren op leven en dood. Het is een moeilijke strijd en toch een grootse strijd, het is een strijd des Heeren. Ieder levendgemaakte zondaar wordt soldaat in het leger van Koning Jezus. We strijden dan in de heilige oorlog tegen de duivel en zijn ganse hellemacht. Deze heilige oorlog duurt ons gehele leven en eindigt pas als we sterven. In de geestelijke strijd lijdt Gods volk menige nederlaag, maar de Heere schenkt hen de eindoverwinning. De poorten der hel, satan en zijn zwarte soldaten, zullen de Kerk nooit overweldigen. De Heere is Israels Verlosser. Hij geeft Zijn kinderen kracht om moedig voorwaarts te gaan. Gods volk moet altijd waken, bidden en strijden. Het mag niet steunen op eigen kracht en wijsheid, maar moet strijden in de Naam des Heeren. Strijdt de goede strijd des geloofs, grijpt naar het eeuwige leven. In Gods Naam en in de mogendheid des Heeren Heeren worden alle vijanden verslagen.

Satan is vijand nummer één. Hij is de eerste rebel, de grootste vijand van God. Hij heeft de vaan van de opstand ontplooid en duizenden engelen zijn hem gevolgd en duivelen geworden. Satan heeft meer macht dan we denken. De vorst der duisternis werkt krachtig in de kinderen der ongehoorzaamheid en spoort hen aan om Gods oprechte volk te benauwen en te verdrukken. De duivel komt soms tot het volk des Heeren met vrome woorden als een engel des lichts. Dan prijst hij ons in het aangezicht en vervult ons hart met hoogmoed. We worden in eigen oog grote christenen en verliezen zoals Simson onze kracht. Het gaat met Gods volk als met Israël in zijn strijd tegen Amelek in Rafidim. Nu eens is Israël (de geest) het sterkste en dan Amalek (het vlees). Er is geen ongelukkiger toestand dan in de macht des duivels te zijn. Wat een onuitsprekelijke zegen is het om een kind van God te mogen zijn.

Zeker, Gods gunstgenoten hebben het in de wereld dikwijls moeilijk en zwaar, maar de Heere neemt hen in het stervensuur op in Zijn heerlijkheid. Het is echter niet altijd donkerheid en strijd in het leven van Gods volk. Weineen, ze mogen wel eens een overwinning behalen over hun vijanden en zingen van de goedertierenheden des Heeren. Zulk een overwinning is een voorproef van de grote overwinning. Mozes en gans Israël juichten, toen God de Egyptenaren, die hen opnieuw in slavenketenen wilden brengen, in de Rode Zee liet omkomen. Gods volk mag wel eens zingen als de Heere de duivel verjaagt en de vijanden beschaamt.

De Heere belooft het volk dat wettelijk en geestelijk strijdt, dat Hij hun God zal zijn en zij zullen zonen des Allerhoogsten worden. God neemt uit eeuwige zondaarsmin en soevereine ontferming verloren Adamskinderen tot Zijn kinderen en erfgenamen aan. Dat is stof tot verwondering en een reden om eeuwig God te loven en te prijzen. De eeuwige dood verdiend en het eeuwige leven ontvangen! De Heere schenkt het volk, dat Hij in genade aanneemt, de overwinning over alle vijanden en de eeuwige heerlijkheid. Op aarde heerst de dood, de ellende en de droefheid is groot en veel. In het hemels paradijs is geen dood noch ellende, maar eeuwige blijdschap en een zalige gemeenschap met God. Daar zullen al Gods kinderen voor eeuwig verenigd zijn en tezamen de Koning des vredes zien en Zijn liefde altijd ontvangen. De wereld is een mesech der ellende, waar duizenden rampen en smarten ons treffen. In de hemel is geen smart en droefheid, maar een eeuwige vreugde in de Heere en een zalige blijdschap des harten.

Op aarde beleeft een kind des Heeren menigmaal droefheid en zielesmart van een vijandige vrouw of een goddeloze man en ongehoorzame kinderen. Rebekka had verdriet van haar schoondochters en David van zijn zonen. In de hemel zal alles voor eeuwig voorbij zijn. Daar zal geen rouw en ellende meer zijn, want God zal alle tranen van hun ogen afwissen. Op aarde moet Gods volk menigmaal klagen over de verberging van het aangezicht des Heeren. Het zijn de zonden die voortdurend een scheiding maken tussen God en onze ziel. In de hemel zal dat nooit meer gebeuren, want daar zullen Gods kinderen eeuwig het aangezicht van hun Koning en Verlosser aanschouwen. Daar zullen ze Christus zien, hun Zielebruidegom, Die hen kocht met de prijs van Zijn dierbaar bloed. Dan zullen ze het Lam volgen waar het ook heengaat. O, wat zal het zalig zijn om te wonen in het nieuwe Jeruzalem, want aldaar zal geen nacht zijn. Het hemels paradijs zal onuitsprekelijk heerlijk zijn. Gods volk zal wonen op een nieuwe aarde, waarop gerechtigheid woont. De heerlijkheid en de zaligheid die Gods uitverkoren volk wacht is met geen woorden uit te spreken en met geen pen te beschrijven. Het zal veel heerlijker zijn dan wij het ons met onze menselijke gedachten kunnen voorstellen.

In de hemel zullen geen vijanden zijn, maar alleen vrienden. Daar zal geen afgunst, hoogmoed en jaloezie zijn tussen de zonen van hetzelfde huis. De nijd van Efraïm zal daar voor eeuwig verdwenen zijn. Ieder van Gods kinderen zal een volle zaligheid genieten en zich verblijden in een drieënig God. Zullen wij eens wonen in het nieuwe Jeruzalem en in het hemels paradijs? Wie zullen de zaligheid beërven? De overwinnaars in de geestelijke strijd. In Christus alleen zijn we meer dan overwinnaars. Is de God van hemel en aarde onze toevlucht en Koning? Zijn we door de Heere aangenomen tot een zoon? Dan zullen we eens ingaan in de rust die er overblijft voor het volk van God.

Middelburg

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juli 1973

De Saambinder | 4 Pagina's

DE TOEKOMSTIGE RIJKDOM VAN GODS VOLK

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 juli 1973

De Saambinder | 4 Pagina's