Veilig achter het Lam
„Wanneer Ik het bloed zie, zal ik ulieden voorbijgaan.Exodus 12 vers 13m
De vraag ‘Hoe zal ik rechtvaardig verschijnen voor God?’ is van alle tijden. Want een zondaar kan niet bestaan voor een heilig God. Het grootste wonder is dat de Heere Zelf een middel geeft. Een voorbeeld daarvan vinden we in de nacht toen de verderfengel door Egypte ging.
Telkens als er een plaag plaatsvond, beloofde farao beterschap. Maar de plaag was nog niet weg, of hij kwam alweer op zijn besluit terug. Gods lankmoedigheid is thans ten einde. Nu komt de tiende plaag. Te middernacht zal de verderfengel door Egypte gaan om eerstgeborenen te doden. Niemand houdt hem tegen.
Dat deze plaag komt, is een gevolg van de zonde. Ze houdt verband met Gods straffende gerechtigheid. Wie kan dan bestaan?
Het werk van de Heere is onmisbaar. Ogen, oren en hart moeten geopend worden. Dan stemmen we in met Mozes: „Want wij vergaan door Uw toorn; en door Uw grimmigheid worden wij verschrikt. Gij stelt onze ongerechtigheden voor U, onze heimelijke zonden in het licht van Uw aanschijn.”
Als ik gedaagd wordt voor Gods recht, zal ik op duizend vragen geen antwoord hebben. Dan blijft er maar één vraag over: ‘Is er een mogelijkheid dat het gericht mijn deur voorbijgaat?’
Israël zal te midden van het gericht gespaard worden. Niet omdat het beter is dan Egypte. Hoe kan Israël dan toch gespaard worden? Omdat de Heere Israël tot Zijn erfdeel verkoren heeft. Maar het volk woont te midden van de Egyptenaren. Dan moet de verderfengel weten in welk huis een Egyptisch en waar een Israëlitisch gezin woont. Dat zal aan de buitenkant zichtbaar moeten zijn.
Elke Israëlitische vader moet een lam slachten. Een dier van één jaar oud, zonder gebrek. Dat lam zal komen in plaats van de eerstgeborene. Het bloed dat wordt opgevangen, moet aan de zijpost en bovendorpel van de huisdeur worden gestreken. Dit is een teken voor de verderfengel: ‘Hier woont een Israëlitisch gezin. Hier is een lam geslacht in plaats van de eerstgeborene.’ Dan weet de verderfengel: ‘Hier hoef ik niet te komen. Want hier is de dood al geweest.’ Dát is Pascha, het voorbijgaan, want de dood van het lam betekent het leven van de eerstgeborene.
Jezus wordt in de Bijbel het Lam Gods genoemd. Heel het Oude Testament wees heen naar Hem. Hij is een volkomen Lam. De Heere vraagt van de mens het volkomene. Dat is onmogelijk.
Christus werd grondig onderzocht. Tot vijfmaal toe zegt Pilatus: „Ik vind geen schuld in Hem.” Het volmaakte Lam is geofferd op het altaar van het kruis. Hij alleen redt.
De grote vraag is of het bloed gestreken is aan de deurpost van ons hart. Er is maar één manier om gered te worden van de verderfengel: schuilen achter het bloed van het Lam. Waarom moet dat onschuldige Lam sterven? Het sterft plaatsvervangend voor Zijn volk.
Welke waarde heeft het bloed van het Lam voor u en mij? Is het voor u wel eens onmogelijk geworden om met uw schuld voor God te bestaan? Waar uit mij geen weg is, gaf God een Weg. In het Lam van God.
Nog één ding. Er staat: „Als Ik het bloed zie.” Niet: „Als u het bloed ziet.” Israëlieten moesten in huis blijven als in de nacht de verderfengel rondging. Ze hadden in de woning geen tastbaar bewijs dat ze gespaard zouden worden. Het bewijs zat aan de buitenkant. Ze hadden enkel het Woord des Heeren. Geloof is het middel waarmee een kind van God rust vindt in Christus’ volbracht werk.
Ds. A.A. Brugge, Ede
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 26 februari 2014
Terdege | 100 Pagina's