Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Christelijke dogmatiek - 1

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Christelijke dogmatiek - 1

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vorig jaar verscheen bij uitgeverij Boekencentrum een dogmatisch handboek: Christelijke Dogmatiek. Het boek, geschreven door dr. G. van den Brink en dr. C. van der Kooi, voorzag in een kennelijke behoefte. Inmiddels verscheen een derde druk.

De besprekingen van de “Christelijke Dogmatiek” waren tot nu toe over het algemeen zeer lovend, hoewel er ook vragen bij werden gesteld. Dit is dus een boek dat betekenis heeft voor opleidingen en universiteiten. Ik wil proberen enkele dingen uit dit forse boek - 722 bladzijden - te bespreken. Te beginnen met een overzicht van de inhoud.

Bij het samenstellen van een boek over de geloofsleer wordt veelal de volgorde gebruikt die we bijvoorbeeld aantreffen in de Nederlandse Geloofsbelijdenis. Wie de handboeken van dr. H. Bavinck en ds. G.H. Kersten leest, zal een bepaalde structuur ontdekken. Vaak beginnen dergelijke handboeken bij de leer van de Schrift. Daarna gaat men verder met de leer over God - Zijn wezen, namen, eigenschappen en personen - vervolgens de leer van de mens en de zonde, de leer van Christus, de leer van het heil en de leer over de toekomst.
Heel globaal kunnen we deze opzet ook in deze “Christelijke Dogmatiek” terugvinden, hoewel er een aantal opmerkelijke uitzonderingen zijn. De leer van de Bijbel wordt bijvoorbeeld vrijwel helemaal aan het einde van het boek behandeld. De leer van de kerk en de sacramenten wordt vóór de heilsorde behandeld en bij de leer van God wordt eerst aandacht besteed aan de Drie-eenheid. Pas daarna aan de eigenschappen en het wezen van God.
Ik noem deze dingen omdat de gekozen structuur al snel gevolgen heeft voor de wijze van uitwerking. Zo is het bepaald opvallend om de leer van de Schrift vrijwel aan het slot te behandelen. De vraag rijst waarom?

Christelijk
In het “Woord vooraf” geven de schrijvers zich rekenschap van hun bedoelingen. ‘Willens en wetens’ hebben ze aan hun boek de titel “Christelijke dogmatiek” meegegeven. Heel nadrukkelijk wordt gesteld dat men ‘geen dogmatiek voor de gereformeerden’ heeft geschreven. De opzet is dus breder dan bijvoorbeeld de “Gereformeerde Dogmatiek” van dr. H. Bavinck. De auteurs willen met hun boek de ‘hele christelijke traditie’ dienen. Zelf typeren ze hun boek daarom dan ook met de uitdrukking ‘loyale orthodoxie’. Hiermee wordt bedoeld dat men wil ‘aansluiten bij de leertraditie der eeuwen, maar tegelijk wil streven naar een open houding jegens hen, die op enig punt beweren het beter te weten’.
Zo’n opmerking maakt nieuwsgierig naar het ‘register van namen’ (blz. 695-704). Karl Barth en dr. H. Berkhof zijn de meest geciteerde theologen.

Ds. Kersten omschrijft de dogmatiek als de inhoud en de samenhang van de in Gods Woord geopenbaarde waarheden.

Ook Calvijn en Augustinus komen veel aan het woord. In heel wat mindere mate komen we schrijvers tegen uit de zeventiende en achttiende eeuw. Witsius, Voetius en Owen worden maar spaarzamenlijk genoemd. Iemand als Petrus van Mastricht komen we helemaal niet tegen. En ook het bekende “Synopsis Purioris” - hét handboek voor onderwijs over de geloofsleer in de zeventiende eeuw - vinden we in dit handboek niet terug. Zo op het eerste gezicht heeft men aansluiting gezocht bij eigentijdse schrijvers, bij de Reformatie en de Vroege kerk. Er worden vooral vragen gesteld aan eigentijdse theologen. Het is echter geen handboek wat de geformeerde orthodoxie dichterbij brengt.

Zestien hoofdstukken
De gehele dogmatische stof is ingedeeld in 16 hoofdstukken. Het eerste hoofdstuk gaat over dogmatiek als het ‘fatsoenlijk nadenken over God, mens en wereld’. Opvallend is hier de definitie van theologie. Een eerste omschrijving is theologie als ‘nadenken over geloof in God’. Even verder heeft theologie als doel het verhelderen van de aard en de inhoud van het geloof. En weer even verder gaat het over ‘bezinning op de inhoud van het geloof’. Het aansprekende van deze werkwijze is dat de schrijvers de lezer meenemen en stapje voor stapje inleiden in de dogmatische vragen.
Er zijn echter bij deze omschrijvingen van de geloofsleer ook vragen te stellen. Ds. Kersten bijvoorbeeld - in navolging trouwens van Bavinck - omschrijft de dogmatiek als de inhoud en de samenhang van de in Gods Woord geopenbaarde waarheden. Mijn inziens is er een groot verschil tussen dogmatiek als bezinning op het geloof van christelijke waarheden en het nadenken over geopenbaarde waarheden. Bij de laatste omschrijving hebben we een duidelijke objectieve norm, de Schrift. Geloofsleer is het naspreken van de Schrift, het Woord van God. Op dit punt gaat dit boek een opmerkelijke weg.

Inhoud
Na het eerste inleidende hoofdstuk komen allerlei andere zaken aan de orde. De belangrijke thema’s uit ‘de twaalf artikelen’ worden uitgewerkt. Opvallend is het dat er, in vergelijking met oudere handboeken over de geloofsleer, breed aandacht wordt gevraagd voor Israël (in hoofdstuk 9). Dat lijkt mij vandaag de dag zeker een belangrijk punt in de dogmatische bezinning.
Hoofdstuk 15, het voorlaatste hoofdstuk, gaat over de heilsorde. Het valt me op dat dit hoofdstuk qua omvang, vergeleken met andere handboeken, wel erg kort en soms ook tamelijk kritisch is uitgevallen. Ook wordt een aantal bekende begrippen van andere namen voorzien. ‘Vereniging met Christus’ wordt ‘participatie’ en ‘heiliging’ wordt ‘transformatie’.
De uitverkiezing wordt behandeld als sluitstuk van de heilsorde. Ook Calvijn plaatst de verkiezing in de “Institutie” bij de heilsorde. De gewone handboeken echter behandelen de predestinatie gewoonlijk bij de leer over God.
Het gaat immers over Gods besluiten. Nog een enkele opmerking over de stijl. Het boek is helder en duidelijk geschreven. Dat kan niet van alle handboeken over de geloofsleer gezegd worden.
In een volgende bijdrage bezien we enkele dogmatische onderwerpen die in dit boek aan de orde komen. Naast waardering moeten ook indringende vragen bij dit boek worden gesteld. Soms heb ik de indruk dat er, ten opzichte van de gereformeerde belijdenis, wissels worden omgezet. De naam ‘christelijk’ in plaats van ‘gereformeerd’ is inderdaad betekenisvol. Maar daar kom ik nog op terug.


(wordt vervolgd) Amersfoort, ds. W. Visscher

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 november 2013

De Saambinder | 20 Pagina's

Christelijke dogmatiek - 1

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 november 2013

De Saambinder | 20 Pagina's