Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De waarheid van schepping en val

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De waarheid van schepping en val

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

14.

Een vreemde vergelijking

We lezen in Genesis 1 van het uitspansel en van het eerste mensenpaar. Op de tweede scheppingsdag schiep God het uitspansel: „En God zeide: Daar zij een uitspansel in het midden der wateren en dat make scheiding tussen wateren en wateren”. Aan het einde van Gods scheppende arbeid lezen we van het eerste mensenpaar: „En God schiep de mens naar Zijn beeld, naar het beeld Gods schiep Hij hen; man en vrouw schiep Hij ze”.

Van kind af aan hebben we deze geschiedenis gehoord. We zijn er in zekere zin mee vertrouwd geworden. We weten van het uitspansel en we weten van het eerste mensenpaar. Nooit zal iemand onder ons eraan gedacht hebben om het verhaal van de schepping van het uitspansel te gebruiken om de geschiedenis van de schepping van Adam en Eva in twijfel te trekken. Aldus echter wel Prof. Dr. H. M. Kuitert in zijn boekje: „Verstaat gij, wat gij leest?” Hij stelt naast elkaar: het uitspansel en het eerste mensenpaar.

Op zichzelf is er uiteraard geen bezwaar tegen dit naast elkaar stellen. Er is veel voor te zeggen, dat het uitspansel gezien wordt in verband met de door God geschapen mens. Het behoort, dacht ik, tot de Goddelijke bedoeling van de schepping van het uitspansel, dat de beelddrager Gods óók in dat werk van Zijn handen zijn Schepper zou grootmaken. Echter, daarom stelt Prof. Kuitert het uitspansel niet naast het eerste mensenpaar. We moeten leren zien, dat het eerste mensenpaar net zo goed als het uitspansel behoorde tot de „kennisbagage” van de tijd, waarin de schrijver van Genesis 1 en 2 leefde! Dan zullen we, volgens deze professor, niet zoveel moeite meer hebben met het al of niet bestaan van Adam en Eva.

Ieder zal het begrijpen waarom Prof. Kuitert juist het uitspansel vergelijkt met het eerste mensenpaar. Uiteraard vergelijkt hij niet uit de scheppingsgeschiedenis de vissen, vogels of andere dieren met de eerste mensen. Die vissen enz. hebben een werkelijk bestaan. Nu is zijn redenering betrekkelijk eenvoudig: „Het uitspansel bestaat….. niet. Het blauw, dat zich boven ons hoofd koepelt, is geen uitgespannen doek of iets van die aard, maar een lichteffekt, dat te vergelijken is met het groen van helder water”. Nu wordt de vergelijking gemaakt met het eerste mensenpaar. Het uitspansel hoorde thuis in de leefwereld van de schrijver van Genesis 1 en 2, maar óók Adam en Eva waren een deel van die leefwereld.

Deze vergelijking ligt zo ongeveer in dezelfde lijn van het gesprek tussen een gemeentelid en een predikant aan het begin van dit boekje. In dat gesprek merkt het gemeentelid op, dat we de eerste hoofdstukken van Genesis letterlijk op moeten vatten. De predikant wijst zijn lid op Genesis 3 : 21, dat de Heere God voor Adam en zijn vrouw rokken van vellen maakte en vraagt of we dat moeten lezen zoals het er staat. Het gemeentelid antwoordt, dat dat heel wat anders is. We gaan nu in dit artikel niet in op de vraag of dit gemeentelid met het laatste gelijk heeft, maar zien hier door de schrijver eenzelfde methode toepassen. Overigens kan ik deze methode niet bewonderen.

Terecht kunnen we hier spreken van een vreemde vergelijking. Wat het uitspansel betreft mogen we verwijzen naar de uitlegging van Calvijn van Genesis: „Hier wilde Gods Geest elk zonder onderscheid onderwijzen en wel op die manier, dat van deze geschiedenis der schepping in waarheid geldt, wat Gregorius valselijk en verkeerd zegt van de beelden en schilderijen, dat het een boek der leken is. Derhalve dient alles wat Mozes verhaalt tot opsiering van dit schouwspel, dat hij ons voor ogen schildert”. Calvijn wil dus dat we hier zien het wereldbeeld van de aanschouwing. De geschapen wereld is een boek voor de eenvoudigen. Het gaat erom, dat de Heilige Geest het scheppingsverhaal gegeven heeft zoals wij die wereld elke dag zien en waarnemen.

Het is bekend, dat het uitspansel verschillend verklaard wordt. In verschillende verklaringen van Genesis kunt u hierover uitvoerig ingelicht worden. Het best kan wel vertaald worden: het firmament. Hier is de gedachte aan een doek, dat ontrold is en uitgespannen. Denk aan Psalm 104, waar de dichter van de God der schepping zingt: „Hij rekt de hemelen uit als een gordijn”.

Van groot belang is in dit verband de bovenstaande opmerking van Calvijn. God spreekt hier tot eenvoudigen. Om de waarheid voor te stellen. Het wereldbeeld van de aanschouwing was voor Mozes en voor hen tot wie hij onmiddellijk sprak, niet anders dan voor ons. Wij zien met onze ogen het uitspansel, het firmament net zo goed als in de dagen, dat het eerste Bijbelhoofdstuk gegeven is. Zo is het voor ons werkelijkheid.

Iets anders is het de bedoeling Gods hier te verstaan. Alleen door het levend geloof door de Heilige Geest gewerkt, wordt een mens diep verootmoedigd bij het zien van het uitspansel en alles wat God daaraan laat schitteren. Zo wordt God verheerlijkt om Zijn wond’re daden.

Hoe leeg wordt dan de beschouwing van Kuitert. Allereerst al door aan het uitspansel zelf niet meer waarde te hechten, maar dan ook door deze geheel scheve vergelijking. God heeft een mens van vlees en bloed geschapen en zichtbaar én tastbaar onder het firmament gesteld.

Het is opmerkelijk hoe juist de laatste tijd veel aandacht aan de zgn. nieuwe opvatting van de Bijbel besteed wordt. Zaterdag vóór Pasen waren er twee vergaderingen voor de jeugd, waar Gods Woord in het middelpunt stond. Op de Bondsdag van de gereformeerde jeugdorganisatie wordt beweerd, dat de nieuwere bijbelbeschouwingen de bijbelse boodschap een nieuwe kans geven. Zo worden de jongere mensen bedrogen. Eerst de boodschap uithollen en het gezag van Gods Woord wezenlijk wegnemen. Waar gaan we heen? Dan was er gelukkig een beter geluid. Op de Bondsdag van de jeugdverenigingen van de Gereformeerde Gemeenten werd op dezelfde dag gesproken van het verraderlijke mom van „beter verstaan van Gods Woord” of „verdieping van het geloof’. Die taal hebben we nodig in deze dagen. Om ook onze jongere mensen niet over te geven aan deze dingen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 april 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's

De waarheid van schepping en val

Bekijk de hele uitgave van donderdag 24 april 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's