Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Zeeuwse Sandra Roelofski voelt zich goed thuis in Georgië

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Zeeuwse Sandra Roelofski voelt zich goed thuis in Georgië

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

Toen Sandra Roelofs (29) na het verlaten van het Zeldenrustcollege in Terneuzen ging studeren, wist zij niet wat voor gevolgen dat zou hebben. Sandra, die nu Roelofski wordt genoemd, trouwde Michael Saakashvili (28), een Georgische student. Hij is nu een van de meest prominente parlementsleden in Georgië.

Georgie is een jonge republiek in de Kaukasus en behoorde in het verleden tot de Sowjet-Unie. Sandra's echtgenoot is voorzitter van de invloedrijke commissie voor juridische zaken, die met behulp van professoren aan de universiteit van Leiden en elders de Georgische wetgeving op westerser leest probeert te schoeien. De carrière van Michael is pijlsnel omhooggegaan en mensen verwachten dat hij goede kansen maakt om in de komende jaren tot minister te worden benoemd. Sandra is niet minder actief en probeert een brug te slaan tussen het Internationale Rode Kruis en het Georgische Rode Kruis. Hoe ben je in Georgië gekomen? Heeft dat met je studie te maken? Sandra: „Toen ik achttien was, ging ik naar het buitenland, naar Brussel, om daar aan de tolkenschool Frans en Duits te studeren. In 1991 was ik klaar met m'n studie. Ik zette m'n eigen vertaalbedrijfje op en raakte als vrijwilliger bij het Belgische Rode Kruis betrokken. Ik kwam in 1992 voor het eerst in Georgië om tien dagen met twee Belgische studenten op een klein landbouwproject in Kutaicia te werken. Het land heeft toen een grote indruk op me gemaakt. Een jaar later ontmoette ik Michael in Straatsburg, waar we beiden een cursus van een maand over mensenrechten deden."

Somalië
Je hebt je man niet in Georgië ontmoet?
Sandra: „Nee, het Rode Kruis gaf me de gelegenheid om me voor te bereiden voor missies in het buitenland. Ik zou in 1993 naar Somalië vertrekken om mensen te informeren over internationaal mensenrecht. Daarvoor deed ik die cursus waar ik Michael ontmoette, die daarna naar de VS ging om aan de universiteit van Colombia in New York rechten te studeren. Ik wilde met hem mee."
Dat gaat me te snel. Jullie kunnen toch wel ujat meer over jullie romance vertellen? Hoe hebben jullie elkaar dan voor het eerst ontmoet?
Michael: „Het was in de klas. Vanaf het eerste moment dat we elkaar zagen, waren we verliefd." Sandra: „Michael zei dat hij uit Georgië kwam, en dat is niet de staat Georgië in Amerika, zei hij. Ik zei toen: 'Dat hoefje me niet te vertellen, ik ken Georgië.' Natuurlijk vond ik het interessant dat hij uit Georgië kwam, omdat ik daar was geweest." Michael: „Ik vroeg haar een keer mee te gaan naar de kathedraal van Straatsburg en toen we op het hoogste punt van de toren stonden, vertelde ik haar dat ik verliefd op haar was." Sandra: „Hij nodigde me uit om naar een restaurant te komen en ik dacht toen: 'Dat is nog eens een vent.' Ik kende de Georgische manieren toen nog niet. Ze zijn altijd erg gastvrij en zullen hun laatste cent aan hun gast uitgeven." Michael: „Toen besloot ze om naar de VS te komen, waar ik studeerde, en dat was werkelijk een soort wild west voor ons. Dat was in New York."
Wanneer vroeg je haar om je te trouwen?
Michael: „Dat ging heel spontaan. Een paar dagen nadat we in New York kwamen, besloten we te trouwen. We waren binnen twee maanden getrouwd. Dat was in november 1993. Het was een formele ceremonie zonder familie." Sandra: „Ik vond in New York een baan als kantoormanager bij een Nederlandse firma, Nauta du Tiel. Na een jaar gingen we terug naar Europa. Michael ging naar Georgië, maar het duurde niet lang voordat hij weer in Amerika was. Dit keer om aan zijn promotie te werken. Ik was toen zwanger en ging terug naar Nederland."
Wist jullie familie dat jullie trouwden en hoe reageerden ze?
Michael: „We zijn eerst getrouwd. Toen stuurde ik m'n familie een brief en vertelde ze dat ik van plan was om te trouwen. Niet dat ze er iets tegenin konden brengen. Toen ze goed reageerden, stuurden we ze een kopie van ons huwelijksbewijs, maar eerst hebben we de datum ervan afgehaald, zodat ze toen niet wisten dat we ze achteraf pas informeerden." Sandra (lachend): „Mischa, vertel toch niet al onze geheimen." Michael: „Nu maakt het niet meer uit. Ze zijn blij met ons huwelijk. Toen we in 1994 samen naar Georgië kwamen, waren er nog geen Nederlandse vrouwen. Daarin waren we uniek. Nederlanders zijn avontuurlijk." Sandra: „We trouwden in de kathedraal van Tiblisi op 1 september 1994. Daar waren zijn en mijn familie bij. Daarna gingen we op huwelijksreis naar Kiev in Oekraïne."

Burgeroorlog
Was je familie niet bezorgd? De burgeroorlog was toen nog in volle gang en dat werd ook in Nederland gerapporteerd.
Sandra: „Natuurlijk waren ze bezorgd maar ik had m'n besluit genomen en was vast besloten om in Georgië te gaan leven. Ze vroegen me of ik wel wist waar ik aan begon en ik vertelde dat ik geloofde in de toekomst van Georgië. En het land is de afgelopen jaren met sprongen vooruitgegaan." Michael: „Toen haar ouders kwamen, dachten ze dat ze in een door de burgeroorlog verscheurd land zouden komen. Dat was het ook wel, maar Sandra was eerst van plan om naar Somalië te gaan en dat was nog gevaarlijker. Het was daarom makkelijker om ze ertoe te bewegen naar Georgië te komen. Nu gaat het goed. Sandra heeft hier nu ook veel interessante contacten. We krijgen hier Nederlandse parlementariërs op bezoek en delegaties op hoog niveau. Als ze in Zeeland was gebleven, was het veel saaier geweest. Sandra heeft ook veel Georgische contacten. Georgiërs zijn gastvrij, goedlachs en hebben geen problemen met buitenlanders." Sandra: „Ik had hele prettige ervaringen toen ik zwanger was. Ik was hier nog maar twee maanden en leerde intensief Russisch, dat ik al een beetje kende. Daarna wilde ik aan m'n Georgisch werken. Het was een leuke periode. Ik ging bijvoorbeeld naar de winkel om brood te kopen, waar toen nog altijd lange rijen mensen wachtten. Ze lieten me altijd voorgaan omdat ik zwanger was. Dat zie je niet in Nederland."

Edward Georgi
Je heb nu een zoontje. Wat betekent hij voor je?
Sandra: „Edward is voor mij heel belangrijk. Een zoon is in Georgië een goed teken. Als een meisje wordt geboren, reageren ze een beetje teleurgesteld. Het is goed dat onze eerste een zoon is. We hopen meer kinderen te krijgen. Edward is bijna twee jaar. Hij praat Georgisch en Nederlands. Hij zegt bijvoorbeeld 'boerti' en 'bal' voor hetzelfde ding. Hij zegt 'poesje' of 'pitjo' als hij een kat ziet. Ik wil graag dat hij beide talen goed leert spreken."
Waarom hebben jullie hem Edward genoemd?
Michael: „Haar vader heet Edward." Sandra: „We hebben hem Edward Georgi gedoopt omdat z'n peetvader Georgi heet."
Dat is opmerkelijk. De president van Georgië heet Edward Georgi Shewardnadze. Hebben jullie het daarom gedaan?
Sandra: „Natuurlijk niet. Het is een mooie naam, die ook internationaal is." Michael: „We noemden hem Edward voordat Shewardnadze president werd." Hoe willen jullie dat Edward opgroeit?
Michael: „Ik maak me zorgen over de identiteit van onze zoon. Hij moet natuurlijk ook de Georgische cultuur in zich opnemen."
Je hebt Edward gedoopt. Wat zijn je banden met de kerk?
Sandra: „Ik ben christen. Ik ben rooms-katholiek gedoopt en toen ik trouwde werd ik opgenomen in de Georgisch-Orthodoxe Kerk. Vooral als er moeilijke omstandigheden of hele mooie momenten zijn, voel ik de noodzaak om tot God te bidden, maar ik ben niet iemand die elke week naar de kerk gaat. Dan doen niet veel mensen hier. Ze gaan naar de kerk als ze willen bidden. De sfeer van iconen en kaarsen helpt hen daarbij. Maar met Kerst en Pasen is iedereen er."

Deel van Europa
Vind je Georgië niet erg ver van Nederland liggen?
Michael: „Georgië wordt steeds meer een deel van Europa. We hebben nu al meer vluchten naar West-Europa dan naar Rusland. De vluchten naar Tiblisi duren maar vier uur. Het is nu makkelijker om naar Amsterdam te gaan dan naar de Zwarte-Zeekust van Georgië. Ik ben lid van de Parlementaire Vergadering van de Raad van Europa. Het stelt niets meer voor om heen en weer naar Straatsburg te gaan." Sandra: „Georgië is echt een deel van Europa. Daar is geen twijfel over." Michael: „Georgiërs voelen dat hun identiteit Europees is. Er zijn financiële problemen maar het is geen vreemde cultuur. Er wonen een paar honderdduizend Georgiërs in Europa, met name in Duitsland, Nederland en Scandinavië. Ze zijn vaak vertrokken omdat het hier economisch heel slecht is gegaan. Maar nu het beter gaat, komen ze met hun kennis en ervaring weer terug. Daarnaast komen er meer Europeanen naar Georgië. Dat creëert een internationale sfeer.
Toen Sandra's ouders kwamen, wisten ze niet waar ze naartoe gingen. Ze zagen niet alleen armoe. Ze zagen de opera en zagen hoe mooi daar werd gezongen. Er is hier een hoog cultureel leven. Ze ontdekten dat er veel mensen zijn die hun talen spreken en die goed opgeleid zijn. Dit is geen Derde Wereld, al vind je ook hier straatkinderen vanwege de armoe. We misten professionele politici. Je ziet dat bij ons vooral jonge mensen in de politiek gaan. De voorzitter van het parlement, die na de president de machtigste man in het land is, was 31 jaar toen hij werd gekozen. Dit is niet de generatie van de communistische nomenclatuur. Alleen president Shewardnadze is oud, maar hij zit op dezelfde golflengte als de jongere generatie."

Buitenland
Waar ben jij dan opgegroeid?
Michael: „Ik ben hier geboren en studeerde aan de universiteit van Kiev in Oekraïne. Daarna studeerde ik internationaal recht in Italië en Frankrijk en ging ik naar Amerika. Dat is een heel typerend verhaal voor mijn generatie. We hebben erg veel jongeren die naar andere landen gaan en daar aan de beste universiteiten studeren. Als ze dan terugkomen, krijgen ze de hoogste posities. In ons parlement met 225 leden zitten heel veel goed opgeleide mensen. Misschien gaan ze later wel in zaken, maar nu is het nog nieuw en vers. Ik ben de voorzitter van de 36 leden tellende commissie van legale zaken. Ze vroegen me ook om de parlementaire commissie voor het contact met de parlementen in de Benelux voor te zitten. Dat kwam vanwege m'n Nederlandse banden." Sandra lacht: „Georgië en Nederland zijn beide kleine landen met een kleine taal, maar Nederlanders zijn daar minder trots op dan Georgiërs. Ik werk nu aan het verbeteren van m'n Georgisch."
Michael, help je je vrouw daarbij?
Michael: „Nee, maar ze kan zich uitstekend redden. Ze geeft vaak interviews aan de Georgische pers. Ze zijn alleen maar in haar geïnteresseerd." Sandra: „Er zijn meer overeenkomsten met Nederland. De Amerikaanse ambassadeur Bill Courtney vertelde me dat we beide transit-landen zijn. De handel met de grote buren is essentieel. Maar Nederland is af terwijl Georgië nog moet beginnen. Dat boeit me juist zo. Het is echt niet zo dat ik genoeg van Nederland heb maar we leven in een periode dat Georgië wordt herbouwd. We zijn daar allebei bij betrokken. Michael zit in het parlement en we praten met elkaar over zijn werk. Georgië zit in de lift maar ik denk dat het in Nederland achteruit gaat. Ik maak me zorgen over de lagere sociale klassen in Nederland." Michael: „Veel Georgiërs bewonderen Nederlanders. Kijk eens naar de efficiency in de Nederlandse landbouw. Elke vierkante meter wordt goed benut. Daar kunnen wij van leren. We hebben ook een kleine maar erg actieve koningsgezinde beweging. Die zijn gek op het Nederlandse koningshuis en publiceren daar veel over."

Texel
Is de band tussen Georgië en Texel hier ook bekend?
Michael: „Het verhaal van Texel was lange tijd taboe in Georgië. De Georgische soldaten die daar in opstand kwamen tegen de Duitsers werden lange tijd als verraders beschouwd. Vanaf de jaren zeventig is de belangstelling voor die geschiedenis gegroeid. Er werden films gemaakt. Dat hielp de jongere generatie om een beeld van Nederland te krijgen. Ik herinner me daaruit dat de mensen van Texel erg warm en gastvrij waren. Ze waren ook heel dapper om de gevangenen in hun opstand tegen de Duitsers te steunen. Het is een stukje heldendom in onze geschiedenis. We zagen ook een film over Corrie ten Boom, die vluchtelingen in haar huis hielp onderduiken. Ze werd hier bijna een legende." Sandra: „Als ik tegen Georgiërs zeg dat ik uit Nederland kom, zeggen ze direct: 'Gullit, Van Basten, tulpen en Texel'." Michael: ,Als schepen van de Georgische vloot Texel passeren, geven ze een signaal als saluut. Dat laat hun respect voor Texel zien."

Rode Kruis
Sandra, vanaf 1 oktober vorig jaar werk je voor het Rode Kruis. Kun je daar wat van vertellen?
Michael: „Vanaf het moment dat we hier kwamen, zocht ze humanitair werk en... Sandra: „Mischa, kan ik m'n verhaal vertellen? Toen ik hier kwam, was ik te druk met de baby om aan werk te denken. Ik ging pas na de vorige zomer op zoek naar werk, toen m'n zoon 1 jaar oud was. Ik hoefde niet lang te zoeken. Ik kende het Rode Kruis al en ze boden me een baan aan. Ik ben nu verantwoordelijk voor de contacten tussen het Internationale Rode Kruis en het Georgische Rode Kruis, dat geen goede naam heeft en niet door het Internationale Rode Kruis erkend is. Ik probeer die banden te verbeteren. Het is een interessante baan met veel sociale contacten. Ik zie mezelf als een brug tussen buitenlanders en Georgiërs. Ik voel me geen buitenlander omdat ik hier permanent woon maar ik ben ook nog geen Georgiër omdat ik de taal niet voldoende beheers."
Michael: „Je had hier ook een baan bij een Nederlands bedrijf kunnen krijgen." Sandra: „Ja, maar ik geef nu de voorkeur aan humanitair werk. Ik ben erg gemotiveerd om dit land op te bouwen en ik wil Sandra: „Georgië is echt een deel van Europa. Daar is geen twijfel over" daar zoveel mogelijk aan bijdragen."
Waarom heeft het Georgische Rode Kruis zo 'n slechte naam?
Sandra: „Dat komt omdat het lange tijd werd geleid door de oude communistische garde. Ze hebben niet altijd alle humanitaire hulp verdeeld. Ze probeerden er zelf ook voordeel uit te halen. De oude garde is er nog steeds en ze waren erg terughoudend met mijn benoeming. Ik wil de feiten niet uit de weg gaan maar wil ook samenwerken. Ik denk dat ik goede contacten heb opgebouwd. Ze vertrouwen me en dat komt ook door mijn man. Doordat hij invloed heeft, krijg ik meer respect dan vele andere buitenlanders. "

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 juni 1997

Terdege | 80 Pagina's

Zeeuwse Sandra Roelofski voelt zich goed thuis in Georgië

Bekijk de hele uitgave van woensdag 11 juni 1997

Terdege | 80 Pagina's