Jonge organisten over oude en nieuwe orgels, koren, gemeentezang en... zichzelf

Feike Asma, Albert de Klerk, Charles de Wolff, de zonen van Jan Zwart, we kennen ze allemaal. Namen die met de regelmaat van de klok voorkomen in onze concertagenda. Zo vaak zelfs dat het er soms op lijkt of sommige organisaties of personen de populariteit van enkele musici dankbaar aangrijpen om hun beurs of commissiekas van een vaste bodem te voorzien. Ter afwisseling stellen wij u in dit nummer voor aan een achttal jonge organisten die de aandacht van de orgelvrienden ook verdienen. Zij die de ontwikkelingen in de orgelwereld nauwlettend volgen, zullen de acht namen al meermalen zijn tegengekomen of wellicht hun kunnen reeds hebben beluisterd. Zij zullen ook weten dat ons land een aantal jonge organisten heeft, wier enthousiasme borg staat voor veelzijdigheid en kwaliteit. Op deze pagina's wat meer over hen. Levensloop, opleidingen, bezigheden en een aantal duidelijke meningen over gemeentezang en het Liedboek, de stand van zaken in oris orgelland, het belang van een goede liturgie, koorbesturen en hun muziekautomaat, improviseren in de eredienst, het kopiëren van historische orgels en een broodnodige bezinning. Dat alles kort en bondig weergegeven. Deze ,,voorstelling" wil geen ,,eregalerij" zijn, heeft evenmin de pretentie om volledig te zijn, maar wil slechts een (nadere) kennismaking zijn met een deel van de jonge generatie.