Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De woarheid van schepping en val

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De woarheid van schepping en val

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

10.

Woord en waarheid.

De laatste maal hebben we gezien hoe het bijbelse woord „waarheid” door sommigen gebruikt wordt in dezaak, die ons bezighoudt. Om niet te zeggen: misbruikt. Het zou onjuist zijn — volgens „Klare wijn” — om vanuit de betekenis van dit woord aan te nemen, dat in de Heilige Schrift enkel betrouwbare uitspraken gevonden worden. De gevolgen van deze opvatting voor het verstaan van de geschiedenis van schepping en val hebben we uit ditzelfde geschrift aangetoond.

Nu gaat het natuurlijk niet aanom hierachter een punt te zetten! Het is van groot belang wat de betekenis is van het woord„waarheid” in de Heilige Schrift. Zeer zeker voor het geloof, dat die Schrift betrouwbaar is 6ok in de historische mededelingen van Genesis 1-3. In het geloof, dat in de Schrift die God aan het woord is, Die de Waarheid is, is toch door de kerk des Heeren de Bijbel telkens weer benaderd? God kan niet liegen, Hij is de Waarheid.

Zou het nu waar zijn, dat „waarheid” in de bijbelse zin niet in zich heeft: met de werkelijkheid overeenkomend en — als het geschiedenis betreft — echt gebeurd, dan gevoelt u wel hoe alles op losse schroeven komt te staan. Daarom kunnen en mogen we niet nalaten vanuit Gods Woord dit woord „waarheid” te laten spreken.

Nu is het duidelijk, dathetwoord„waarheid” heel vaak vertaaldkan worden door „trouw”. E6n van demeestsprekendevoorbeelden daarvan kunnen we vinden in Psalm 31, waar de dichter de Heere noemt: Gij God derwaarheid. De kanttekenaren van de Statenvertaling schrijven daarbij: „of trouw; dat is Gij waarachtige of getrouwe God, Die Uw beloften aan mij gedaan, behouden hebt”.

Deze betekenis hangt samen met het werkwoord, waarvan het woord „waarheid” is afgeleid. Dat werkwoord betekentvolgens mijn Hebreeuws woordenboek: vast zijn, betrouwbaar zijn, zeker zijn. Daarom is God de God der waarheid. Hij staat in voor Zijn belofte. Hij vervult Zijn Woord.

Opmerkelijk is het, dat het woord waarheid in Israel zo vaak gebruikt werd in verband met de rechtspraak. Zo b.v. in Spreuken 14 : 25: „Een waarachtig getuige redt dezielen, maar die leugens blaast is een bedrieger”. Feitelijk staat er: „een getuige der waarheid”. Het gebruik van het woord „waarheid” bij de rechtspraak wijst erop, dat we wel degelijkbij dat woord aan de feiten te denken hebben. Een getuige der waarheid is een getuige, die spreekt overeenkomstig hetgeen in werkelijkheid gebeurd is. Zo heeft hij het gezien of gehoord. Een leugenachtig getuige spreekt niet overeenkomstig de werkelijkheid. Hij bedriegt. Reeds uit dit voorbeeld blijkt, dat het woord waarheid in de Heilige Schrift ten nauwste verbonden is met de werkelijkheid. Trouwens, hoe kan iets vast zijn zonder dat het teruggaat op een werkelijkheid?

Spreken wij van betrouwbaar ijs in de winter, als er een dun vliesje over de sloot ligt? Ik dacht, dat we niet eerder daarvan gewagen, dan dat we er rustig over kunnen gaan zonder gevaar voor ons leven. En God is de God der waarheid wegens de werkelijkheid van Zijn beloften, die niet bedriegen voor een arm zondaarsvolk.

Het theologisch woordenboek van Hittel op het Nieuwe Testament moet met voorzichtigheid gebruikt worden. Het viel mij echter op hoe daar bij de bespreking van het woord „waarheid” uit het Oude Testament, de band tussen waarheid en werkelijkheid duidelijk uitkomt: „De taal van het O. T. gebruikt het woord „waarheid”, dat ongeveer 126 maal voorkomt, volstrekt als aanduiding van een werkelijkheid, die als vast d.i. als in staatom te dragen, als geldig, als bindend is te beschouwen”

Nog meer spreekt dit voor ons doel, als we zo vaak in het Oude Testament zien de betrekking tussen de waarheid en het gesproken woord. In Deuteronomium 17 : 4 lezen we van het gerucht, dat iemand in het midden van Israel zich buigt voor andere goden. De Heere eist dan van degene, die dat gerucht hoort, dat hij het onderzoeken zal. Is het waarheid, dan is de zaak zeker en moet die man of vrouw gedood worden. Hier staat voor „waarheid” hetzelfde woord, dat we zo vaak kunnen vinden.

Waar het om gaat: het woord, dat gehoordis, blijkt „waarheid” te zijn; het bleek geen vals gerucht, het feit van deze zonde is werkelijk gebeurd.

Een voorbeeld, dat nog meer aanspreekt, vinden we in de geschiedenis van Salomo en de koningin van Scheba (o.m. ook aangehaald in bovengenoemd theologisch woordenboek). De koningin van Scheba zegt tot Salomo: „Het woord is waarheid geweest, dat ik in mijn land gehoord heb vanuwzaken en van uw wijsheid”. Hier hebben we weer hetzelfde. Zij heeft in haar land over Salomo gehoord. De verre reis naar Jeruzalem heeft zij gemaakt om te zien wat zij gehoord heeft. Ze is verslagen over alles wat zij bij Salomo ziet en roept het uit: „Het woord is waarheid geweest”. In het Hebreeuws komt die uitroep nog meer tot z’n recht: „waarheid is het woord” Wat zij gehoord heeft, is werkelijk heid. A1 voor dat zij het zag, was die werkelijkheid er.

Nu gaat het ons niet om het woord van een mens, dat waarheid blijkt te zijn. Het woord „waarheid” wordt ook in het Oude Testament gebruikt in verband met Gods Woord. Psalm 119 : 160 spreekt hier duidelijke taal: „Het begin Uws Woords is waarheid” Dat wil niet zeggen, dat alleen het begin waarheid is, maar juist het geheel. Leest u de kanttekeningen maar na van de Statenvertaling. Spurgeon geeft hier enkele aardigeopmerkingen:„Sommigen lezen hier: „Uw Woord is waar van het hoofd”, dat is: waar als geheel, waar van boven naar beneden. De ervaring had David deze les geleerd en de ervaring leert ons hetzelfde. De Schriften zijn even waar in Genesis als in Openbaring en de vijf boeken van Mozes zijn evenzeer door de Heilige Geest ingegeven als de vier Evangelien”.

Zo blijven we rustig spreken van de waarheid van Gods Woord ook in de zinvan „overeenkomend met de werkelijkheid”. Zijn we echter klaar met het konstateren daarvan?

Dit artikel werd u aangeboden door: Bewaar het Pand

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 januari 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's

De woarheid van schepping en val

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 januari 1969

Bewaar het pand | 4 Pagina's