Winters vroeger kouder dan nu? Alleen vóór 1830

In gesprekken over de winter vang ik nogal eens uitspraken op van voornamelijk ouderen als zouden de winters vroeger veel langer en kouder zijn dan de laatste jaren. Niets is minder waar. Om dat aan te tonen heb ik over een periode van steeds 10 jaar de winters in een grafiek gezet. Cijfers liegen niet. Duidelijk is dan te zien dat wie beweert dat de winters vroeger kouder en langer waren, toch spreekt over een periode die niemand van ons heeft meegemaakt, namelijk vóór 1830. Wat is vaak het geval? Men herinnert zich een bepaalde strenge winter en is de normale tot zachte winters die daartussen lagen snel vergeten. Met andere woorden: ons geheugen is op dat punt vaak onbetrouwbaar. Je hoort ouderen dan vaak over die barre koude februari van 1929, maar februari 1956 was vrijwel net zo koud.

Onregelmatig
In mijn jonge jaren kregen wij een groepje strenge winters dicht bij elkaar, zoals 1940,1941,1942 en 1947. De winter 1962-1963 behoort ook tot de koudsten van deze eeuw. Nu liggen er twee extreem warme winters achter ons. Winters met in De Bilt een gemiddelde etmaaltemperatuur boven 5.0 graden en dat is al heel bijzonder. Bijna vergeten is men vaak alweer dat daarvóór drie pittige winters zijn voorgekomen met twee, bijna drie, elfstedentochten. Wat wij zien in de laatste 240 jaar zijn onregelmatige schommelingen. Je kunt niet stellen; we hebben nu drie koude winters gehad, nu komen er weer drie zachte. Elk verband is zoek en daarom is ook elke voorspelling een slag in de lucht. Bekijken wij de grafiek, dan zien we dat in de periode 1740-1830 de winters gemiddeld kouder waren en dat de periode 1940-1950 een duidelijk sterke inzinking te zien gaf met die strenge winters van 1940, 1942 en 1947 erin. De vraag blijft open of de trend van gemiddeld zachtere winters na 1950 doorzet. Afgaande op de koude winters van 1985,1986 en 1987 zou je durven stellen dat dit niet het geval is.

Winterattributen
Het is niet enkel de wens van de vele schaatsliefhebbers dat er deze winter weer eens een ijsperiode van een paar weken komt. Uit financieel oogpunt is die wens bij vele grossiers en winkeliers met winterattributen eveneens groot. Vele schuurtjes en zolders liggen vol met in twee warme winters overgehouden sjaals, handschoenen, schaatsen, sleetjes etc., waarvan in twee winters nauwelijks iets is verkocht. Even twee weken een pittige vorstperiode met een laag sneeuw en alles vliegt over de toonbank. Nu mag gezegd worden dat het in 250 jaar niet is voorgekomen dat zich drie winters na elkaar lieten zien vrijwel zonder vorst en sneeuw. Dat zal enig optimisme (geen voorspelling) kunnen geven ten aanzien van de winter 1989-1990. Zelfs al zou deze winter gemiddeld niet koud maar normaal veriopen, dan zijn er toch twintig sneeuw- en tien ijsdagen te verwachten. Die cijfers gelden voor De Bilt als normaal in de winter. Wij wachten maar af.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen