Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Welke bomen in de tuin?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Welke bomen in de tuin?

Ruimte, standplaats en grondsoort zijn doorslaggevend bij het kiezen van de juiste soort

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Bomen hebben altijd een grote rol gespeeld in het dagelijks leven van boeren en buitenlui. Rond het erf plantten zij verschillende boomsoorten aan om over bouwmateriaal te beschikken en om allerlei gebruiksvoorwerpen te kunnen maken. Tegenwoordig zullen we ons vaak laten leiden door onze persoonlijke smaak en de sierwaarde van een boomsoort. Dit maakt de keuze echter niet gemakkelijker, want het assortiment is enorm.

Bij de aanschaf van een boom is het raadzaam een aantal afwegingen te maken. Heel belangrijk zijn de beschikbare ruimte en de definitieve standplaats. Veel soorten die we in parken en bossen zien, zijn als volwassen boom veel te groot voor de meeste tuinen. Heel wat bomen echter zijn, eenmaal volwassen, niet hoger dan zon tien meter. Denk aan prunus, esdoorn, sierappel, lijsterbes, een aantal coniferen en sommige berken.
De omvang varieert nogal en het is dan ook zaak de boom op ruime afstand van het huis, de garage of de erfafscheiding te planten. Bovendien kan het wortelstelsel van een gezonde boom even groot in omvang worden als de kroon. Daarom moet ook rekening gehouden worden met bestrating, riolering en leidingen. Bij oppervlakkig wortelende bomen, zoals bijvoorbeeld de berk, dienen we alert te zijn op wortelbeschadiging.

Drainage
Let goed op de positie van de boom ten opzichte van de stand van de zon. Bomen met een wat zwaardere kroon geven al snel veel schaduw, maar dat kan natuurlijk een voordeel zijn bij het terras of zitje achter in de tuin.
Als erfafscheiding zijn coniferen favoriet. Veel soorten kunnen tevens als windkering dienen. Leuk is het om verschillende soorten af te wisselen en ze verspringend, dus niet in een rechte lijn, te planten. Dit zorgt voor een wat natuurlijker en speelser effect. Loofbomen die voor dit doel geschikt zijn, zijn onder meer meidoorn, berk, lijsterbes, wilg en els. Op natte grond groeien niet veel soorten, met uitzondering van pioniers als wilg en els. Bodemverbetering en drainage zijn noodzakelijk wanneer u andere bomen wilt planten.
Wanneer u vroeg in het voorjaar van bloesem wilt kunnen genieten, zijn prunus, meidoorn en verschillende fruitbomen een optie. Wat later bloeien magnolia, mispel en acacia. In een vogelvriendelijke tuin ontbreken in geen geval besdragende bomen en een of meer groenblijvende coniferen.
In de herfst hebben de bladeren van veel esdoornsoorten, fluweelboom en niet te vergeten de Liguidambar prachtige kleuren. Deze laatste is helaas ongeschikt voor kleine tuinen, gezien zijn uiteindelijke hoogte van ongeveer 20 meter. Rode variëteiten zoals de driekleurige beuk of de vlier Sambucus Guincho Purple, met roze bloesem, zijn ook prachtige blikvangers in de tuin. De trompetboom (Catalpa) en bolacacia lenen zich in het bijzonder voor vormsnoei. Bedenk wel dat het snoeien op zn tijd aandacht vraagt.
Onderhoudsarm en het hele jaar groen zijn de meeste coniferen. De dwergvormen of kleine soorten, zoals de dwergden (Pinus mugo) en de Japanse cypres (Cryptomeria), doen het goed in kleine tuinen.

Garantie
Niets is zo lekker als fruit uit eigen tuin. Een fruitboom vraagt een zonnige en beschutte plaats. Afhankelijk van de beschikbare ruimte kunt u kiezen tussen halfstam en hoogstam. Sommige soorten moeten door kruisbestuiving bevrucht worden, wat betekent dat er een soort van een ander ras in de buurt geplant moet worden.
Er zijn echter ook veel zelf-fertiele rassen verkrijgbaar. De ouderwetse mispel bijvoorbeeld is niet afhankelijk van kruisbestuiving. Verder zijn er tegenwoordig allerlei fruitsoorten in dwergvorm te koop. Rassen die al het tweede jaar vruchten geven, vaak zelfbestuivend zijn en het zelfs in potten op het balkon goed doen.
Het planten van fruitbomen gebeurt op dezelfde wijze als bij gewone bomen, maar zorg ervoor dat de entplaats (de knobbel onderaan de stam) bij het planten 10 cm boven de aarde uit komt. Jonge fruitbomen moeten in de juiste vorm gesnoeid worden, waarna later voornamelijk onderhoudssnoei plaatsvindt. Koop fruitbomen bij voorkeur bij een goede kweker, die u kan informeren over de leeftijd van de boom, de raskeuze, vroege en late soorten, verzorging en onderhoud. Een goede kweker die de boom zelf bij u komt planten, zal garantie geven op de boom en deze vervangen wanneer hij niet goed aanslaat.

Uitdroging
De beste tijd om bladverliezende bomen te planten, is de periode tussen eind oktober en eind maart. Hoe vroeger in deze periode geplant, hoe langer de wortels de tijd hebben te groeien vóór zich weer blad vormt. Groenblijvende coniferen kunnen beter in maart of april geplant worden, om te voorkomen dat ze in de winter uitdrogen. De naalden verdampen namelijk ook s winters, waardoor ze in droge vorstperiodes snel verdrogen en uitvallen. Ook bij coniferen die al wat langer in de tuin staan, komt dit nogal eens voor. Door in het najaar veel water te geven en de grond rondom de stam van een mulchlaag te voorzien, kan dit voorkomen worden.
Bomen worden verkocht met wortelkluit, met kale wortel of in een pot (container). Deze laatste kunnen het hele jaar door geplant worden. Bomen met wortelkluit zijn vaak wat duurder omdat ze op de kwekerij al een aantal keren verplant zijn. Hierdoor hebben ze een mooi compact wortelstelsel met veel kleine haarwortels. Verwijder altijd de jute zak die om de kluit gebonden is, voordat u de boom gaat planten. Vaak zit er toch kunststof doorheen, wat niet verteert en de wortelgroei belemmert. Wanneer u een boom koopt met kale wortels, moet u ervoor zorgen dat de wortels tijdens het vervoer en vóór het planten niet uitdrogen. Wikkel er vochtige lappen en een plastic zak omheen. Graaf het liefst vóór de aankoop het plantgat zodat de boom zo min mogelijk schade door uitdroging ondervindt.

Bodemverdichting
Het belangrijkste voor een goede start is een ruim plantgat in goed waterdoorlatende grond. Te natte grond en bodemverdichting leiden tot stagnatie in de groei, onder andere veroorzaakt door bodemschimmels die de sapstromen verstoppen. Verbeter de structuur van zware kleigrond met grof zand of eventueel heel fijn grind. Lichte zandgrond kan verbeterd worden met tuin- en bladaarde of humus. Vooral in nieuwbouwwijken zal vooraf veel aandacht aan de grond moeten worden besteed. Naast onvruchtbare grond is daar vaak sprake van bodemverdichting, ook in dieper gelegen lagen.
Met uitzondering van een aantal coniferen hebben de meeste boomsoorten liefst geen zure grond. Om een optimale groei te bevorderen, is het beter per soort te informeren wat de beste grond is. Een dennenbos op zware klei is vragen om problemen. Het beste is die soorten te kiezen die passen bij de bestaande grondsoort.
Het plantgat moet zo breed uitgegraven worden dat alle wortels gemakkelijk uitgespreid kunnen worden en er vervolgens nog wat ruimte over is. De plantdiepte moet gelijk zijn aan die op de kwekerij. Dit is af te meten aan de verkleuring onderaan de stam. Maak de grond onder in het plantgat los, zodat de wortels er gemakkelijk doorheen kunnen groeien. Ruw om dezelfde reden de zijwanden van het plantgat op. Zo wordt voorkomen dat de wortels in een cirkel gaan groeien.

Boomspiegel
De boom moet de eerste twee jaar aan een boompaal vastgezet worden. De paal wordt vóór het planten van de boom aangebracht. Sla op het zuidwesten in het gat een paal van ongeveer 1,20 meter in de grond, tot de paal op kniehoogte boven het maaiveld uitsteekt. Wanneer de boom op deze hoogte vastgezet wordt krijgen de wortels het meeste steun en slaat de boom beter aan. Eventueel kunnen in zeer open gebieden twee palen gebruikt worden. De afstand van de paal tot de boomstam moet ongeveer 20 cm zijn.
Vervolgens kan de boom geplant worden. Het makkelijkst is om dit met zn tweeën te doen. De een houdt de boom op de juiste hoogte, terwijl de ander de aarde in het gat schept. In geval de bodemstructuur aangepast moet worden, omdat de grond te zwaar of te licht is, zorg dan dat u vóór het planten dit mengsel klaar heeft staan. De ruimte tussen de wortels moet goed opgevuld worden met aarde door de boom licht te schudden. Breng de aarde laag voor laag aan en druk deze goed aan zonder de wortels of schors te beschadigen. Doe dit tot het niveau van de grond gelijk is met die van de omgeving.
Geef de boom na het planten water en herhaal dit regelmatig wanneer het lange tijd droog is, echter niet bij vorst! Bind de boomband losjes in een achtvorm om de boomstam en de paal en zet hem aan de paal vast met stevige krammen.
Stikstof is erg belangrijk voor bomen. Gras kan dit veel sneller uit de grond opnemen dan een boom. Zorg daarom voor een mooie boomspiegel zonder gras en onkruid. Breng tenslotte een mulchlaag van bladeren of compost aan zodat de grond niet uitdroogt. Laat hierbij de stam vrij, in verband met de kans op schimmelvorming.
Bomen die pas aangeplant zijn, kunnen beter het eerste jaar niet bemest worden. Wanneer mest wordt omgezet, onttrekt ze namelijk zuurstof aan de grond. Zuurstof die de wortels zo hard nodig hebben om zich te ontwikkelen.

Aansprakelijk
Als eigenaar bent u aansprakelijk voor schade aan derden die aangericht wordt door takken en wortels van bomen die op uw grond staan. Schade aan bijvoorbeeld funderingen van woningen van buren maar ook schade of overlast aan de openbare weg. Takken en wortels mogen na één aanzegging worden verwijderd, tenzij dit sterfte van de boom tot gevolg heeft.

Bomenstichting
De Bomenstichting zet zich in voor het behoud van bomen door het verspreiden van informatie aan overheden, beheerders, onderwijsinstellingen en bedrijven. Ook als particulier kunt u met vragen terecht bij de Bomenstichting. Het telefoonnummer is: 030-2340778; het emailadres is bomenstichting@worldmail.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 13 februari 2002

Terdege | 116 Pagina's

Welke bomen in de tuin?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 13 februari 2002

Terdege | 116 Pagina's