Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Huisbezoek: het antwoord vragen op de prediking

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Huisbezoek: het antwoord vragen op de prediking

Vraaggesprek met ouderling C. L. M. van Noort

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Enige tijd geleden ging in de meeste - zo niet alle - gemeenten het nieuwe seizoen voor huisbezoek weer van start.

Reden voor „Daniël" om eens in een gesprek met een ouderling van een van onze gemeenten van gedachten te wisselen over deze bekende gewoonte in ons kerkelijk leven.

De heer C. L. M. van Noort - ouderling van de Gereformeerde Gemeente van Moerkapelle - was bereid tot een gesprek.

Ter introduktie: de heer Van Noort i.s 46 jaar. gehuwd en heeft twee kinderen, naast een zoontje, dat hen enkele jaren geleden ontvallen is. Hij is direkteur van de christelijke school in Moerkapelle. In 1979 werd de heer Van Noort diaken in Moerkapelle en in 1983 ouderling.

Sommige Daniëllezers kennen hem wellicht van de jongerenpolitick of het jeugdwerk, dan wel sinds kort als eindredakteur van „De Reformatorische School”.

De heer Van Noort vertelde ons. dat in Moerkapelle alle ambtsdragers op huisbezoek gaan. De dominee - ds. Rietdijk - de ouderlingen en ook de diakenen. Het hoort eigenlijk bij het ambt van predikant en ouderling. Dit blijkt onder meer uit het formulier van bevestiging van ouderling", „dat het hun ambt is met de dienaren des Woords opzicht te hebben over de gemeente, die hun bevolen is. naarstig toe te zien of een iegelijk zich behoorlijk gedraagt in belijdenis en wandel: die zich onstichtelijk gedragen te vermanen en te verhoeden, dat de sakramenten ontheiligd worden, zoveel mogelijk is”.

Voor een predikant is het van wezenlijk belang - ondanks de veelheid van taken - om huisbezoek te doen. Zonder kontakt met de gemeente kan er ten diepste geen geestelijke leiding gegeven worden. Er moet ccn voortdurende wisselwerking zijn tussen prediking en pastoraat. Een predikant mag daarom ook door een kerkeraad niet te snel vrijgesteld worden van huisbezoek.

Uiteraard moet er voor de dominee voldoende tijd beschikbaar zijn voor een gedegen en biddende voorbereiding voor de preken op zondag. Dat mag nooit de sluitpost worden in dc tijdsbesteding! Daar moet een kerkeraad nadrukkelijk op toezien! De diakenen gaan bij ons in Moerkapelle mee als hulpouderlingen in verband met de grootte van dc gemeente.

Wat is huisbezoek?

Bij het huisbezoek komen de ambtsdragers vragen naar het antwoord op de prediking. God spreekt in Zijn huis tot ons. Hij vraagt om een antwoord.

Hoewel de prediking heel direkt tot ons allen komt. ervaart men dat - helaas -

meestal als minder direkt. In het huisbezoek wordt die zogenaamde vrijblijvendheid niet ervaren.

Huisbezoek is zielsbezock. waarbij de pastorale bewogenheid van Christus gevoeld moet worden. Hen ambtsdrager is een vriend van de Bruidegom. Zoals ook in de prediking moet bij het huisbezoek vanuit het Woord naar Christus gewezen worden en mag de bekeerde mens niet centraal staan. Het gaat in het huisbezoek niet alleen om het zoeken naar vruchten van geloof cn bekering, maar ook of cr sprake mag zijn van groei in het geloofsleven.

1 Thessalonicenscn 5 is treffend van toepassing op liet huisbezoek, wanneer er door Paulus gesproken wordt van het vermanen van de ongeregeldcn, vertroosten van de kleinmoedigcn. ondersteunen van de zwakken.

De aanpak

Uiteraard staat jc als ambtsdragers een bepaalde aanpak voor ogen. Hoewel dit geen garantie is voor het slagen van huisbezoek, omdat elke situatie anders is. cn elk mens zijn aardigheden en eigenaardigheden heeft. Belangrijk is om tot een gesprek van hart tot hart te komen en/of dit gaande tc houden. Het gesprek begint met het informeren naar zaken van het dagelijks leven. Die horen er ook nadrukkelijk bij! Dal is geen opstapje naar hel echte gesprek! Hel hele leven staat onder de tucht van Gods Woord.

Als het vervolgens gaat om de vrucht op de prediking kan goed worden ingehaak! op de prediking van afgelopen zondag. Dat kan leiden lot een bespreking van vragen zoals: ..Heb je dc Heere weieens nodig? " en over de omgang met. en gesprek over het Woord en de prediking, het bezoek van de catechisaties en de verenigingen en niet te vergeten de plaats van he! gebed in het gezin en in het persoonlijk leven. Belangrijk is een goede voorbereiding. In de eerste plaats een biddende voorbereiding. Van beide kanten trouwens!

Ambtsdragers dienen zich vooraf op dc hoogte te stellen van dc samenstelling van het gezin. Wat is er bij de kerkeraad al bekend omtrent het gezin. Dc ambtsdragers moeten zich inleven in dc situatie van het gezin of de alleenstaande, waaraan een bezoek wordt gebracht. Hel is op huisbezoek erg belangrijk, dat het tot een echt gesprek kan komen. Meestal luki dat wel als het om maatschappelijke zaken gaat, maar als het over geestelijke zaken gaat. wil het gesprek nog weieens stroever lopen. Dit kan schroom zijn. Dan moet op een taktische wijze worden getracht dit weg te nemen, zodat er toch een open gesprek kan ontstaan. Het kan ook zijn. dat men om andere redenen een gesprek wil ontlopen. Men probeert de ambtsdragers te verleiden tot di.skus.sie. Ook moet worden voorkomen, dat hel bezoek het karakter krijgt van een soort één richtingverkeer of een „verhoor" van de zijde van de ambtsdragers. Alle krampachtigheid moei vermeden worden.

Het dient een gemeenschap-pelijk gesprek rond en vanuit het Woord van God te zijn met alle leden van het gezin, waarbij de ambtsdragers oren en ogen goed open dienen te houden en een gunnend en begripvol hart te tonen.

Jongeren tijdens het huisbezoek

In dc meeste gezinnen zijn de kinderen aanwezig, hoewel de leeftijdsgrens sterk varieert. De kinderen horen erbij. Dat moet ook blijken uit het huisbezoek. Ze moeien het merken, dat de ambtsdragers ook voor hen komen. Dal het Woord ook voor hen bestemd is. „Wie Mij vroeg zoekt zal Mij vinden", zegt de Hccrc Jezus. En Gods trouw rust zelfs op het late nageslacht! We moeten spreken over hun doop.

Het gesprek tijdens het huisbezoek vanuit het Woord moet eigenlijk passen in het levenspatroon van het gezin. Het is niet goed als je soms verbazing ziet op de gezichten van de kinderen als de ouders iets vertellen. Dat hebben ze blijkbaar nog nooit gehoord van vader of moeder.

Huiselijke gesprekken over geestelijke zaken zijn belangrijk voor de vorming van kinderen. Ik vergeet zelf nooit de gesprekken, die ik vroeger als kind heb meegemaakt over geestelijke zaken. Hoewel grote terughoudendheid gepast is. kan het weieens goed zijn, wanneer een ambtsdrager in het kort eens iets verteld uit eigen leven. Er kan zoveel onkunde bestaan omtrent de vraag hoe God Zijn volk bekeert. Het kan jongeren aanspreken aan de hand van ervaringen uit eigen leven te vertellen wat het Woord doen kan en doet in het leven van mensen. Hel moet wel leiden tot het Woord en niet gaan om ons. Belangrijk is de vraag wat de plaats van de Bijbel is in het leven van de jongeren. Leest men in de Bijbel aan de hand van ccn dagboek. Reserveert men daarvoor dagelijks tijd? ! Schriftonderzoek is heel erg belangrijk!

Belangrijk is het om jongeren bij het gesprek te betrekken.

Ais je overigens bemerkt, dat er bijvoorbeeld bij jongeren veel vragen leven, die in het kader van het huisbezoek niet tot hun recht komen, dan maak ik nog welccns een aparte afspraak met hen. „Ik wil bekeerd worden, maar hoe moet dat dan? " Zo'n hartekreet geeft aan wat er

leeft, en geeft richting aan het gesprek en spreekt van een stuk betiokkenhcid.

Onderwaardering van het huisbezoek

Je ervaart nogal eens een onderwaardering van het huisbezoek Dit begint soms al bij hel - om onbelangrijke redenen - afzeggen van hel tijdig aangekondigde huisbezoek.

Veel mensen vinden huisbezoek een „huisbezoeking". Ze zijn bli j als het achter de rug is. Sommigen hebben het gevoel, dat ambtsdragers keurmeesters zijn en dat zc gewogen worden.

Vergeten wordt, dat het één van de middelen is. waarvan Christus zich bedient om het welzijn van de gemeente te bevorderen.

Het richt zich in de eerste plaats op de enkeling cn dat is in het belang van het geheel van de gemeente. De gemeente wordt thuis bewerkt opdat ze vrucht zal dragen voor de Koning.

Tijdens het huisbezoek is voorzichtig omgaan met mensen belangrijk. Ambtsdragers past op huisbezoek ootmoed. Je komt mensen tegen die na jaren nog de littekens dragen van een harde en ontaktische liefdeloze beoordeling en mogelijk veroordeling. Momenten, die ze nooit vergeten cn die menselijkerwijs een barrikade betekenen, waardoor later ambtelijk kontakt ernstig bemoeilijkt wordt.

Moeilijkheden bij het huisbezoek

Bij het huisbezoek ontmoet je allerlei mensen. Enerzijds heb je te maken met de zogenaamde „praters". Dat kunnen mensen zijn. die de boot proberen af te houden, of die bij het begin van het gesprek in een zogenaamde eerlijkheid reeds zeggen geen geestelijk leven te kennen en

zich vervolgens als kenner van geestelijke zaken opwerpen in een hoogmoedige veroordeling van anderen. Alle ootmoed cn bescheidenheid wordt gemist. Voorts kom je op huisbezoeken de dode lijdelijkheid tegen cn hel zogenaamde gearriveerde christendom. Nood. die geen nood is en bezit, dal geen bezit is.

De zwijgers zijn op een andere manier moeilijk. Hoe krijg je deze mensen aan het praten, zodat ze iets vertellen van hun omgang met het Woord cn de God van het Woord. Hel is zeer vermoeiend - soms om moedeloos van te worden - als mensen, die van zondag tot zondag onder de prediking verkeren cn thuis het Woord lezen er tijdens huisbezoek met geen woord over kunnen (willen) spreken. Dan is er weieens het gebed in het hart „Heere geef u woorden om te spreken", voor de ander en voor jezelf. Het is bijna onmogelijk om door deze opstelling heen te breken. Dan is het nodig om mensen op grond van hel Woord te wijzen op het dwaalspoor, dat ze volgen of is er een vermaning op z n plaats. Moeilijk is het daarbij over te laten komen, dat het de liefde van Christus is. die blijft dringen. Nooit mag je het gebed aan het eind van het huisbezoek gebruiken om daarin je oordcel over een zaak of een persoon uit tc spreken. Daar is het gebed niet voor. Wel kan daarin op gepaste wijze aansluiting worden gezocht in wat daarvoor reeds is gezegd. Belangrijk is in het gebed alle gezinsleden aan de Heere op tc dragen in ieders persoonlijke omstandigheden.

De nazorg

Er wordt op de kerkeraad nagesproken over het huisbezoek. Dat is van wezenlijk belang. Een huisbezoek moet een plaats hebben in het

geheel van pastoraat cn prediking. Er moet in dc prediking op ingehaakt worden. Dc wij koude rli nge n kunnen dan hun zorg vervolgen.

Het systeem van wijkouderling kennen we in onze gemeente al een aantal jaren. Dc groei van de gemeente cn dc toename van het aantal zaken maakte dit gewenst. Zowel voor de ambtsdragers als voor de leden geeft dit duidelijkheid. Dit geeli bij wisseling ook een stuk kontinuïteil in de ambtsuitoefening. Het is goed in elke wijk een vertrouwenspersoon te hebben.

We hebben voor de taakuitoefening van de wijkouderling een taakomschrijving opgesteld. Daarin staat wat dc taak van dc wijkouderling is bij huwelijken. huwelijksjubilea, sterfgevallen. ernstige zieken, nieuw-ingekomencn, cn dergelijke. Wc kennen overigens ook wijkdiakenen.

De wijken hebben een omvang van ongeveer 30 a 40 pastorale eenheden. Tot voor kort bezochten we elk gezin bij huisbezoek één keer per jaar. Door de toenemende omvang van de taakuitoefening hebben we dc bezoeken thans gespreid over een periode van anderhalf jaar. zodat ieder twee keer in dc drie jaar wordt bezocht. Daarbij worden dc bezoeken twee keer achtereen door dezelfde ambtsdragers afgelegd om een vervolg van het gesprek mogelijk te maken.

In Moerkapelle is het niet dc gewoonte om mensen direkt te bezoeken als ze voor het eerst aan het Heilig Avondmaal zijn geweest. Op huisbezoek vragen wc wel naar de vrucht van het Heilig Avondmaal en de bevindelijke kennis van de Heere Jezus.

Elk geestelijk leven heeft een begin. Daar moeten wc niet direkt naar vragen. Het kan soms zo teer liggen. Wc halen ccn jong plantje toch ook niet uit de grond om tc zien of er al wortels aan zitten. Een ambtsdrager moet tijd cn wijze weten. Niet te snel de handen opleggen maar ook niet direkt vaststellen, dat iets niet van de Heere is. Probeer vast te stellen of het om God te doen is. Het vragen naar de Heere is het meest wezenlijke van dc vernieuwing.

Ik erken overigens, dal een gesprek kort na dc eerst avondmaalgang ook nuttig kan zijn. Soms kan men juist behoefte hebben aan een pastoraal gesprek omdat men cr zo vol van is of juist omdat men zo bestreden wordt.

Tenslotte

Laat jongeren geduld hebben met de zwakheden van de ambtsdragers. Het zijn ook mensen met hun beperkingen. Zij komen tijdens huisbezoek met het oog op dc belangen van de ander. Het Woord van God wordt thuis gebracht. Er wordt gevraagd om antwoord op de prediking.

Laten we oog hebben voor elkaar. Laten we hart hebben voor elkaar en elkaar dienen, zoals dit wordt beschreven in 1 Korinthe 13.

Het is net als met de spaken van een wiel. Dichtbij de as is de afstand tussen de spaken het kleinst. Als je dichtbij dc Heere leeft, een nabij leven kent. dan heb je zorg voor elkaar.

II. I. Ambacht

A. A. Verhoeven

B. S. van Groningen

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1990

Daniel | 32 Pagina's

Huisbezoek: het antwoord vragen op de prediking

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 9 november 1990

Daniel | 32 Pagina's