Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

KLEINE KRONIEK

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

KLEINE KRONIEK

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Veel of weinig kerkgangers

Dezer dagen was ik in een kring van predikanten, waarbij vogels van diverse pluimage te vinden waren. Het gesprek kwam op het teruglopend aantal kerkgangers in verschillende steden en dorpen. Daarbij werd naar voren gebracht, dat in de herv. geref. gemeenten de kerkgang over het algemeen zeer gunstig afsteekt bij andere gemeenten en dat herv. geref. predikanten ook in de avonddiensten veelal een ruim gehoor hebben. Vroeger werd een goede kerkgang meestal gezien als een teken van een opgewekt kerkelijk leven. Een midden-orthdox predikant maakte nu echter de opmerking, dat men zich op die vele kerkgangers in de herv. geref. gemeenten maar niet moest laten voorstaan. Het was geen gunstig teken wanneer de kerkgang zo trouw was. Het was veel gunstiger wanneer men maar enkele kerkgangers overhield. Want de Heere Jezus heeft immers hetzelfde beleefd. Die hield ook geen hoorders meer over, daar velen Hem verlieten, zodat Hij zelfs aan zijn discipelen vroeg: Wilt gijlieden ook niet heengaan?

Ja, wanneer men op deze wijze zijn teruglopend aantal kerkgangers wil gaan verdedigen, zal men nimmer de oorzaak zoeken bij zichzelf of bij de prediking die men brengt. Natuurlijk gaan er veel mensen uit gewoonte naar de kerk. En ik meen dat dit nog een goede gewoonte is. Maar ook onder het slinkende aantal kerkgangers bij zoveel middenorthodoxe predikanten, zijn er nog veel gewoontekerkgangers. Toch ben ik van mening, dat een prediking naar de Schrift, een prediking van wet en evangelie, een prediking van een rijke Christus voor een arme zondaar, een ernstige prediking die oproept tot bekering, ergens in het geweten van de mens aanslaat, zodat hij toch niet uit de kerk kan wegblijven. Om dan nog maar niet te spreken van die kerkgangers die verlangen om gevoed te worden uit het volle en rijke Woord van God. En die schuilen er onder de schare dikwijls nog meer weg dan men wel denken zou. Wanneer deze kerkgangers echter geen voedsel krijgen, blijven ze op de duur weg uit de kerk. Terwijl een prediking van „goedkope genade" de kerkgangers ook steeds minder doet worden, daar de mens niet meer in zijn geweten geraakt wordt.

Hoe men dan ook de achteruitgaande kerkgang wil goedpraten, ik ben nog steeds blij met een volle kerk. Wanneer de mensen niet onder schot komen, kunnen ze niet geraakt worden, placht één van mijn ouderlingen nogal eens te zeggen. En een ander hield het bij het wiswater. De kerk is als een viswater, waarin het net wordt uitgeworpen. Wie niet voor het net komt kan er niet in gevangen worden. Ik meen dat het een teken van verval is wanneer in zoveel gemeenten de kerkgang steeds minder wordt. Hoewel we niet moeten menen, dat een goede kerkgang ook altijd een teken is van een goed geestelijk leven. Het omgekeerde zou ik echter wel durven zeggen: een slechte kerkgang is een teken van geestelijk verval.

Het Woord of ...

Wat moeten we doen om de kerkgang te stimuleren? Ik zou op deze vraag dit willen antwoorden: Predik het volle Woord Gods, zodat de zondaar op het diepst vernederd wordt en de Heere God op het hoogst verheerlijkt. Predik de drie stukken van de weg der zaligheid in zijn volle diepte. Daarbij zal het nodig zijn, dat het Woord Gods de prediker zelf gegrepen heeft, dat hij verbroken is door de wet en vertroost is door het evangelie. Dan zal hij immers worstelen om het behoud der zielen. Ik bid u van Christuswege: Laat u toch met God verzoenen!

Maar tegenwoordig heeft men allerlei andere middelen, waardoor men de kerkgang probeert te stimuleren. Zo las ik dezer dagen in een krant het volgende bericht:

„Het hervormd kerkkoor van Bolsward heeft verleden jaar na Enschede als één van de eerste hervormde kerkkoren in ons land koormantels aangeschaft. Voor dit initiatief bestaat grote belangstelling bij andere hervormde kerkkoren in-den lande, o.a. in Boskoop.

Het koor van Bolsward heeft deze week zijn dankbaarheid voor de aanschaffing van de koormantels tot uitdrukking gebracht in een kerkconcert in de Martinikerk. Het koor voerde onder meer de cantate „Was Gott tut ist wohlgetan" van Pachelbel uit. Het kerkkoor uit Boskoop, dat overkwam om de koorkleding van Bolsward te bekijken, werkte aan dit concert mee, evenals Wolvega's mannenkoor.

Sinds het koor de koormantels heeft gekregen en onder leiding van de cantor-organist Gezinus Schrik geregeld aan de diensten deelneemt, is het in de Bolswarder Martinikerk tot een liturgische vernieuwing gekomen en daardoor tot een grote opleving in de zondagse kerkgang. Deze belangstel

ling en dit nieuwe medeleven van de gemeente komt ook tot uitdrukking in geldelijke offers. De gemeente, die het geld voor de koormantels al heeft bijeengebracht, wil nu trachten, de aanschaffing van een koororgel mogelijk te maken.

In de herfst wil de cantor-organist Gezinus Schrik beginnen met een serie cantate-uitvoeringen op zondagmiddag in de Martini-kerk te Bolsward. Het kerkkoor zal dan worden begeleid door het Frysk Orkest. In Leeuwarden worden al jaren lang op de eerste zondagmiddag in de maand gedurende het winterseizoen Bach-cantates uitgevoerd, die altijd grote aantallen belangstellenden trekken."

Het is toch wel bedroevend, dat men de armoede van de prediking moet bedekken met een koor en met koormantels, opdat er weer mensen naar de kerk zullen komen. En nu vraag ik me toch af wat voor zin het heeft dat men naar de kerk komt om die koormantels, daar het immers gaat om het Woord Gods, dat ons leert van jde weg der zaligheid en om de Heilige Geest, Die ons op die weg leidt. Ik vind dit alles een ontstellend teken van geestelijke armoede. En ik hoop dat men van al deze experimenten terugkeert om alleen maar te brengen het eenvoudige Woord Gods van de rijke Christus voor de arme zondaar. Dat is het brood des levens. Dat is het water waar we nimmermeer van dorsten.

Veel kerkgangers geen verdienste van een dominé.

Ds. M. Groenenberg wijst er in Herv. Utrecht op, dat veel kerkgangers niet beschouwd moeten worden als een verdienste van een dominé. Dat zou ik hem na kunnen zeggen, want het is de Heere Jezus, de Koning van de kerk, die zijn gemeente samenroept en vergadert door zijn Woord en Geest. Maar toch meen ik, dat Hij dit doet in de weg der middelen. En dat een predikant die ernst maakt met het evangelie en die bij de gemeente aandringt op waarachtige bekering, en die de volle boodschap van Gods genade brengt, een gehoor krijgt. Daarom zegt ds. Groenenberg wel enkele ware dingen, maar het geheel kan ik toch niet onderschrijven wanneer hij zegt:

„Het is niet makkelijk in bepaalde delen van ons land dominee te zijn. Er zijn dorpen, waar een kerkgang is van vijftien tot twintig kerkgangers. Soms in een grote kerk, die gebouwd is in een tijd, toen het dorp nog kerks was en ook soms afscheidingen de room van de melk niet hadden afgeschept. Maar in zo'n kerk arriveert dan een hoorcommissie. Hoorcommissies hebben vaak alleen maar geloof in volle kerken. Ze kennen geen variatie in hun oordeel. Ze komen in een kerks dorp. Kerk stampvol. Dat noteren ze als een verdienste van de dominee, hoewel de goeie man er niets aan doen kan. 't Is een gemeente, die doodeenvoudig komt. Dus een goede gemeente. Maar de hoorcommissie denkt: dat is de verdienste van de dominee.

Ze komen in een onkerks dorp. Er zitten twintig mensen. De dominee is dankbaar. Toen hij er kwam, waren er vijftien kerkgangers, nu twintig. 33% vooruitgang. Waar komt dat voor? De hoorcommissie - ziet echter alleen hoofdzakelijk lege stoelen. Die lege stoelen komen allemaal te staan op de debet-zijde van de gehoorde dominee, 't Is na-tuurlijk zijn schuld. Een goede dominee heeft een volle kerk! Onder al die lege stoelen bezwijkt het beroep. Men durft het niet aan. Terwijl juist deze dominee het veel moeilijker heeft gehad dan een ander. Vaak ook veel meer heeft bereikt in zijn onkerkse gemeente ergens in Noord-Holland of Groningen. Ik ken een gemeente in Noord-Holland, waar op een zondagmorgen 80 mensen in de kerk zaten. Een hoorcommissie zei niet: Dominee, wat hebt u veel mensen in de kerk!, maar stelde de pijnlijke vraag: hoe komt het, dat u zo weinig mensen in de kerk hebt! Een pijnlijke en domme vraag. Waaruit alleen maar bleek, dat men zich van te voren helemaal niet had gerealiseerd, naar wat voor soort streek of dorp men ging om të horen. En dat is toch nodig."

Ik zou nog eens willen zeggen, dat het van het allergrootste belang is, dat er predikanten zijn, die van God geroepen en geleerd zijn. Ik geloof, dat we daar gebrek aan hebben in onze kerk. Wat moeten we ook als gemeenten bidden of de Heere zulke predikanten in zijn wijngaard uit wil stoten. Dat er maar veel jonge mensen getrokken mogen worden tot de Heere om Hem ook te dienen in het ambt van predikant. Dat is een treffelijk ambt. En als men als predikant van Gods genade heeft leren leven, zal men ook die genade verkondigen en met veel aandrang de zielen die hem zijn toebetrouwd leiden tot die Borg en Middelaar, Die van God gegeven is tot een verzoening onzer zonden en tot eeuwige redding. En dan zal men zich wel eens mogen verwonderen over het feit, dat de Heere ons heeft willen gebruiken om een verloren mens tot de Heere Jezus te leiden.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.hertog.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 juli 1961

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's

KLEINE KRONIEK

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 15 juli 1961

Gereformeerd Weekblad | 8 Pagina's