Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Leesdienst

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leesdienst

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De leesdienst biedt ons nogmaals stof tot nadenken. Op een gegeven ogenblik is het zover. Er zal die zondag een preek worden gelezen in verband met ontstentenis van een voorganger. De kerkenraad heeft ruim van tevoren bepaald wie tot het lezen van een preek wordt geroepen.

3.Wie de preek moet lezen
Onzes inziens verdient het de voorkeur dat één der ouderlingen dit werk zal uitrichten in het midden van de gemeente, waarover hij mede het opzicht heeft. Echter, het is niet beslist noodzakelijk dat een ouderling leest. Om reden dat het niet tot het specifiek ambtelijke werk behoort waartoe de ouderlingen zijn geroepen. Het is immers –zover mij bekend- nergens vastgelegd dat alle ouderlingen bij toerbeurt dit werk moeten verrichten. Wel is het duidelijk dat de ouderlingen gezamenlijk zijn geroepen tot verantwoordelijkheid voor de eredienst in zijn geheel. Het is mitsdien een zaak van de kerkenraad om te beslissen wie onder haar opzicht leiding geeft aan de dienst, waarin een preek wordt gelezen. Laat ons hier duidelijk in zijn. Als het de kerkenraad is die geroepen wordt om te bepalen wie leest, is het niet een zaak van één man, die de dienst uitmaakt. Het mag wel wenselijk worden geacht wanneer de kerkenraad als één man tot een besluit komt in dezen. Uiteraard is het raadzaam om hierover in een kerkenraadsvergadering afspraken te maken. Daarbij is het in vele gemeenten gangbaar om de ouderling van dienst een leesdienst te laten houden ingeval er sprake is van een incidentele situatie. Daar is niets op tegen. De ouderling van dienst weet dat er te allen tijde iets kan gebeuren waardoor hij geroepen wordt een dienst geheel of gedeeltelijk over te nemen. Er zijn ook gemeenten waar in een voorkomend geval van onverwacht preeklezen deze taak als vanzelf rust op één der ouderlingen. Iedereen in de kerkenraad en in de gemeente weet dat hij een preek zal lezen als de dominee ziek is of de verwachte voorganger het moet laten afweten. Mits een en ander de goedkeuring van de kerkenraad heeft en de betreffende ambtsdrager zich niet opdringt, is hier niets tegen in te brengen. Indien er min of meer sprake is of komt van een structurele nood waarin de hulpdienst van het preeklezen uitkomst kan bieden, dan is het raadzaam om in een vergadering van de kerkenraad deze zaak open en geestelijk aan de orde te stellen. De raad der kerk is geroepen om geestelijk het beste voor de gemeente te zoeken. Dat houdt in dat zij zonder meer ook verantwoordelijk is voor de vraag wie leest en hoe er gelezen wordt.

Een tere aangelegenheid
De kwestie die we nu aanroeren, is teer. Vooral omdat zij nog wel eens ten onrechte getrokken wordt in de sfeer van de eer. Wanneer we geestelijk met deze zaak omgaan, zullen we eerlijk onder ogen moeten zien dat niet iedere ambtsdrager de gave heeft ontvangen om een preek te lezen ten aanhoren van de hele gemeente. Dr. K. Schilder, de bekende predikant van de Vrijmaking, wijst er in een artikel terecht op dat de kerkenraad niet alleen zijn best behoort te doen voor de geestelijke kant der zaak, maar dat zij ‘ook voor de uitwendige kant der zaak (het lezen en voordragen) die krachten in de gemeente moet zoeken, die het best kunnen lezen, door de beste uitspraak, de zuiverste klemtoonlegging en de helderste stem.’ Inderdaad, dat is een uiterlijk aspect, dat aan het preeklezen kleeft. Maar het is er wel. En het kan in de middellijke zin leiden tot bevordering van de dienst van het Woord of tot schade ervan.

Middellijk
Dr. Schilder haalt in dit verband prof. dr. F.L. Rutgers aan en citeert uit zijn ‘Kerkelijke Adviezen’ ‘dat lang niet iedere ouderling de gave heeft in het openbaar een preek goed voor te lezen. Dit is waarlijk geen gemakkelijk werk. Ik ken zelfs wel predikanten, die hun eigen preken goed kunnen voordragen en uitspreken, en die toch de gave niet hebben om een gedrukte preek in het midden der gemeente goed voor te lezen, zoals soms blijkt wanneer zij in een grote vergadering een gedrukt rapport of iets dergelijks moeten voorlezen. Daarom is bij de keuze van een preeklezer altijd de hoofdzaak dat de kerkenraad omziet naar personen, die een preek zó weten voor te lezen, dat de gemeente het goed kan verstaan en volgen, en dat zij door de toon van het voorlezen de inhoud des te beter begrijpt, zodat zij er inderdaad de meeste stichting van heeft.’ Het mag dan zogezegd de wat meer technische of praktische kant van de zaak zijn, we mogen niet op een overgeestelijke wijze deze dingen wegwuiven als niet ter zake doende. Het is voluit geestelijk om hier aandacht aan te besteden, opdat ook de leesdienst zij tot de glorie van Gods Naam en tot stichting van de gemeente.
Wanneer iedere ouderling de stichting van de gemeente beoogt en voorts bereid is zichzelf te verloochenen ten dienste van de ere Gods, dan zal hij het niet als een zaak van vernedering ervaren wanneer het preeklezen wordt opgedragen aan een ánder. Soms wordt daardoor zelfs voorkomen dat men vernederd wórdt … door anderen. Die zich ergeren omdat hij met geen mogelijkheid goed kan voorlezen of die een glimlach ten beste geven om de wijze waarop hij moeilijkere woorden uitspreekt. Hier geldt het woord van de Heiland: Een ieder die zichzelven verhoogt, zal vernederd worden en die zichzelven vernedert, zal verhoogd worden. Elke vorm van ontstichting dient zoveel als het ons mogelijk is te worden voorkomen. Het strekt beslist tot opbouw van de gemeente als er goed wordt gelezen in de leesdienst. Vervolgens komt dan de vraag aan de orde wat gelezen zal worden. Daarover Deo Volente een volgende maal.

Dit artikel werd u aangeboden door: Hersteld Hervormde Kerk

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 februari 2006

Kerkblad | 1 Pagina's

Leesdienst

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 10 februari 2006

Kerkblad | 1 Pagina's