TOELICHTING OP DE DORDTSE KERKENORDENING.

(Art. 59) De betekenis van de bejaardendoop. (vervolg)

Zo oordeelt Voetius, die ook nog teruggrijpt naar de al genoemde uitspraak van de Part. Synode van Delft van 1587. Voorts is deze regel, door de Dordtse Vaderen gesteld, als kerkrechtelijke uitspraak vanzelf ook gebonden aan de belijdenis, en dient daarvan te zijn een nadere specificatie. Nu geeft de Belijdenis in art. 35 N.G.B, aan, dat het H. Avondmaal verordend en ingesteld is door Christus om te voeden en te onderhouden degenen, die Hij reeds wedergeboren, en in Zijn huisgezin, hetwelk is Zijne Kerk, ingelijfd heeft. En verder spreekt ze uit: De goddeloze ontvangt wel het Sacrament tot zijn verdoemenis, maar hij ont-

vangt met de waarheid des Sacraments, gelijk Judas en Simon de tovenaar beiden wel het Sacrament ontvingen, maar niet Christus, Die door hetzelve betekend wordt, Welke den gelovigen alleen medegedeeld wordt. Ten laatste: wij ontvangen het heilige Sacrament in de verzameling van het volk Gods met ootmoedigheid en eerbied, onder ons houdende enige heilige gedachtenis van de dood van Christus, onze Zaligmaker, met dankzegging, en doen aldaar belijdenis van ons geloof en van de Christelijke Religie.

Daarom behoort zich niemand daartoe te begeven, zonder zichzelve eerst wel beproefd te hebben; opdat hij, etende van dit brood en drinkende uit deze drinkbeker, niet ete en drinke zichzelven het oordeel, 1 Cor. 11:29.

Daar zit dus ook al in, dat men voorzichtig moet zijn, dat de onherborene n, iet toe trede, opdat hij zich geen oordeel ete en drinke, niet onderscheidende het lichaam des Heeren, en dat er zo ook gevallen kunnen zijn waarbij ook de onbesproken begenadigde soms zich onthoude.

En zo is het ook met de Heid. Catechismus, die ook weer uitdrukkelijk zegt in Zondag 30, antw. 81, dat alleen toegang hebben, degenen, die zichzelven mishagen vanwege hunne zonden, en nochtans vertrouwen, dat deze hun om Christus wil vergeven zijn, en dat ook de overblijvende zwakheid met Zijn lijden en sterven bedekt is, enz. Maar de hypocrieten, en die zich niet met een waar hart tot God bekeren, die eten en drinken zichzelven een oordeel.

Hier wordt ook al duidelijk onderscheid gemaakt tussen de waar gelovige en de hypocriet en schijngelovige, die het wezen der zaak mist, en maar een uiterlijke belijdenis opgeeft. Dezulken worden gewaarschuwd om niet toe te treden, waar ze zichzelf een oordeel eten en drinken.

Die waarschuwing zal met name ook in de voorbereidingspredikatie geschieden en dat mede ten aanzien van de volwassen gedoopten. Daarmede zal dvts ook de kerkelijke praxis, voorgestaan in art. 59 D.K.0. moeten overeenkomen en men dus met oordeel des ondersoheids zal te werk gaan, en men zioh hoeden zal voor een drijven naar het H. Avondmaal en voor overdrijving in de vorm.

Daar wijst voorts ook al op de noodzakelijkheid van de week van zelfbeproeving en de voorbereidingspredikatie. Ja, ook 't Avondmaalsformulier wijst uitdrukkelijk op de zelfbeproeving naar de drie stukken, en waarschuwt ook zo uitdrukkelijk dat alleen toe zullen treden, zij die de genade Gods in zich bevinden, als het daar luidt: Allen die dan alzo gezind zijn, die wil God gewisselijk in genade aannemen en voor waardige medegenoten der tafel Zijns Zoons Jezus Christus houden. Daarentegen die dit getuigenis in hunne harten niet gevoelen, die eten en drinken zichzelven een oordeel. Waarom wij ook naar het bevel van Christus en van de Apostel Paulus, allen die zich met deze navolgende zonden besmet weten, vermanen van de tafel des Heeren zich te onthouden; en verkondigen hun, dat ze geen deel in het rijk van Christus hebben enz.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen