Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Guido de Brès - De Nederlandse Geloofsbelijdenis - 3 (artikel 2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Guido de Brès - De Nederlandse Geloofsbelijdenis - 3 (artikel 2)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

De natuurlijke Godskennis
Guido de Brès schrijft in artikel 2 van zijn geloofsbelijdenis over de middelen waardoor God door de mensen gekend kan worden. Kort samengevat komt het hier op neer: uit de natuur en uit de Schriftuur. Guido de Brès noemt de natuur ’een schoon boek, in hetwelk alle schepselen, grote en kleine, gelijk als letteren zijn’. De schepping wijst erop dat er een God moet zijn. De hemelen vertellen Gods eer, en het uitspansel verkondigt Zijner handen werk (Psalm 19:2). Guido de Brès verwijst dan naar Romeinen 1:20. Zijn eeuwige kracht en Goddelijkheid worden door middel van de natuur aan de mensen geopenbaard. De schepping getuigt van Gods heerlijkheid, majesteit, goedheid, kracht en wijsheid. Tot het kennen van God uit de natuur behoort ook de openbaring van God in het geweten van de mens. Elk mens heeft een ingeschapen Godskennis, een besef van God en Zijn wil. Paulus wijst er in Romeinen 2:14 en 15 op dat de heidenen, die geen geschreven wetten kennen, van nature de dingen doen die der wet zijn. De wet is in hun hart geschreven. Het geweten heeft dus de functie van een wet, die het onderscheid aangeeft tussen goed en kwaad. Niemand is te verontschuldigen. Iedereen kan weten dat er een God is.

De vrucht van de algemene openbaring
De algemene openbaring van God in de natuur leidt slechts tot een natuurlijke religie. Dat komt omdat het verstand, het hart en de wil van de mens totaal verdorven zijn door de zondeval. Daardoor is deze natuurlijke religie niet meer dan afgoderij en bijgeloof. De natuurlijke godskennis zorgt ervoor dat de heidenen hun goden hebben. Paulus had in Athene de vele afgoden gezien. Hij sprak de mensen toe op de Areópagus en wees hen op het altaar van de onbekende god (Hand. 17:23). Omdat de inwoners van Athene door bijgeloof bang waren om een god te vergeten, hadden zij voor de zekerheid een altaar voor de onbekende god opgericht. Het kenmerk van al die afgoden is dat ze vrees inboezemen. Van liefde en vertrouwen is geen sprake.

De rol van de wetenschap
We leven in een tijd waarin men geen rekening wenst te houden met God, Die de aarde geschapen heeft. De ontwikkeling van de natuurwetenschap en de filosofie (= wetenschap die zich bezighoudt met het wezen van de dingen) hebben hierin een grote rol gespeeld. Gisbertus Voetius (1589-1676) verzette zich om die reden tegen allerlei nieuwe inzichten, omdat deze volgens hem zouden leiden tot atheïsme. Hij bestreed onder meer René Descartes. De filosoof Descartes kwam in 1637 tot de stelling ’Cogito ergo sum’ (Ik denk, dus ik ben). Voetius heeft scherp ingezien dat op deze wijze het verstand (de rede) het geloof zal verdringen. We weten waar het toe heeft geleid. Het ongeloof viert hoogtij. En niet alleen in de wetenschap.

De evolutieleer
Charles Robert Darwin (1809-182), een Engels natuuronderzoeker, bioloog en geoloog, is bekend geworden door zijn leer van de evolutie (= de leer van de geleidelijke ontwikkeling, waarbij uit eenvoudig gebouwde soorten steeds ingewikkelder soorten ontstaan). Darwins werk zorgde voor een revolutie binnen de wetenschap, maar had ook invloed op maatschappij, filosofie en religie. De uitwerking van zijn leer is onder andere dat de mens gezien wordt als een diersoort, onderdeel van de natuur, in plaats van de kroon op de schepping. De nader uitgewerkte theorie van Darwin is tegenwoordig de basis van alle biologische kennis. Deze theorie moet ook op christelijke scholen voor voortgezet onderwijs onderdeel zijn van het lesprogramma. De landelijke examens zijn gebaseerd op de evolutietheorie. Het geloof in de schepping wordt door het gros van de Nederlanders als een fabeltje gezien. En dat ondanks het feit dat de evolutietheorie nog steeds niet bewezen is. Die theorie bestaat namelijk uit allerlei aannames. Christelijke wetenschappers (de zogenaamde creationisten) wijzen hier dan ook op. De creationisten gaan uit van de scheppingstheorie (creatie = schepping).

Creationisme
De evolutietheorie berekent de ouderdom van de aarde aan de hand van fossielen. Onder fossielen verstaat men alle resten en sporen van planten en dieren die in gesteenten bewaard zijn gebleven. De evolutionisten bepalen de ouderdom van de fossielen op basis van de koolstofmethode. Creationisten hebben bewezen dat deze methode op veel onzekerheden is gebouwd. Er zijn namelijk ook vele zeer jonge fossielen bekend. Creationisten wijzen er verder op dat het toch wel bijzonder is dat fossielen uit verschillende geologische tijdperken in eenzelfde geologische laag gevonden zijn. En om niet meer te noemen: er worden geen overgangsfossielen (bijvoorbeeld fossielen die een tussenvorm hebben die wijst op de overgang van een vis naar een vogel) gevonden. Volgens de evolutietheorie groeit uit het ene dier het andere dier. Dan zou je toch verwachten dat van die tussenvormen ook overblijfselen gevonden worden.

Intelligent ontwerp
Er zijn wetenschappers die vragen hebben bij de evolutietheorie. Ze zien ook wel dat de evolutietheorie van toevalligheden aan elkaar hangt. Mens en dier zijn dermate complexe wezens dat ze niet door toevallige evolutie ontstaan kunnen zijn, omdat het systeem enkel zoals het is kan werken. Een simpeler vorm of een vorm waarbij een van de delen afwezig is werkt óf helemaal niet óf niet optimaal. Deze wetenschappers spreken over een ’intelligent design’ (= intelligent ontwerp). Er moet volgens hen wel sprake zijn van een intelligent ontwerp dat ooit van buitenaf in het systeem is ingebracht. Deze wetenschappers laten in het midden hoe dat ontwerp tot stand is gekomen. Daar kunnen ze immers geen wetenschappelijke uitspraken over doen. Ze spreken ook niet over een god als schepper, maar vinden alleen dat de wetenschap tekortschiet om hier met grote zekerheid uitspraken over te doen. De creationisten denken hier anders over. Zij geloven in de Schepper.

Een schepping van miljoenen jaren
Binnen het creationisme zijn weer veel stromingen te duiden. Zo zijn er wetenschappers die geloven in een schepping over een periode van miljoenen jaren. Zij worden ’oudeaardecreationisten’ genoemd. Ze proberen de wetenschap met het geloof in de schepping te combineren. Men gelooft dan dat de zes scheppingsdagen geen dagen van 24 uur zijn geweest, maar dat er sprake was van zes ’perioden’. Iedere periode zou dan een tijdvak van enkele miljoenen jaren omvatten. De zondvloed zou wellicht een plaatselijke natuurramp zijn geweest. Op deze wijze probeert men de Bijbel in overeenstemming te brengen met de moderne wetenschap.

De bijzondere openbaring
De geloofsbelijdenis filosofeert niet over God. Het gaat niet zozeer om een verstandelijke, maar om een hartelijke, bevindelijke geloofskennis. Die gaat uit van de waarheid dat God Zich openbaart door middel van Zijn Woord. Dat Woord kan ons alleen wijs maken tot zaligheid. Deze bijzondere openbaring is noodzakelijk voor ons behoud. Zij leert ons God niet alleen kennen als Schepper, Onderhouder en Regeerder, maar ook als Zaligmaker. Van de kennis van God uit de Schriftuur geldt: En dat gij van kinds af de heilige Schriften geweten hebt, die u wijs kunnen maken tot zaligheid, door het geloof hetwelk in Christus Jezus is (2 Tim. 3:15). Guido de Brès wijdt vijf artikelen aan de Heilige Schrift. We hopen daar een volgende keer iets over te schrijven.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 juli 2011

De Wachter Sions | 8 Pagina's

Guido de Brès - De Nederlandse Geloofsbelijdenis - 3 (artikel 2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 juli 2011

De Wachter Sions | 8 Pagina's