Zoveel hoofden...
Een trein van blik
Na lezing van het artikel "Een trein van blik" vraag ik me af of de heer Bierman wel weet waar hij over praat. Volgens de heer Bierman is het openbaar vervoer dé oplossing van het vervoersprobleem. Ik heb de opmerking van de heer Bierman vergeleken met die van de heer Blötevogel. De heer Bierman: Een ander die je rijdt, een functionaris die koffie serveert en op enkele meters afstand een toilet. Volgens dhr. Blötevogel is het zo: Om in de trein te komen moet je grof geweld gebruiken, het ding zit tot aan z'n nek toe vol. Moet ik daaruit opmaken dat de heer Bierman nooit in de spits rijdt en zeker geen Ie of 2e klas? Zit de heer Bierman misschien ook nooit in de trein wanneer de NS weer eens bussen in moet zetten? Meneer zit zeker nooit in bus, trein of metro wanneer de jeugd zich van het openbaar vervoer meester maakt. Wat zou er gebeuren wanneer we aan de impuls van de heer Bierman gehoor zouden geven en ons massaal met het openbaar vervoer op weg zouden begeven. Zouden de treinen dan nog kunnen rijden of zou er van station tot station een lange treinenfile staan? Waar denkt de heer Bierman de mensen te plaatsen die nu hun brood via de auto verdienen? We kunnen toch niet allemaal bestuurder bij het openbaar vervoer worden. En als het personeel van het openbaar vervoer voor eigen belang weer eens gaat staken, dan ligt het hele openbare leven stil.
Mw. G.M. Karaivanof-Oosterling, Rozenburg
Ik ben anders (slot)
Het is ons inmiddels wel duidelijk geworden dat ons ingezonden stukje over "ik ben anders" (4) bij sommige lezers als hard en meedogenloos is overgekomen dan wel door anonieme briefschrijvers verkeerd is uitgelegd. Het is zeker niet onze bedoeling om de problemen van de werkelijk homofiel geaarde medemens te bagatelliseren. Ons medeleven gaat dan ook uit naar deze mensen, aan wie ons stukje ook niet gericht was. Wij kunnen ons namelijk niet indenken dat mensen die werkelijk zo zijn, en daarmee worstelen, zich op deze manier in contact laten brengen met gelijkgeaarden. Wij wilden er o.a. op wijzen dat het vele praten en schrijver erover verkeerd is. Injes. 3 staat duidelijk dat het vrij uitspreken van de zonde kwaad is (zie ook E£ 5:12). Juist het contact en het spreken erover kan kwade gevolgen hebben. De tekst uit Romeinen was niet bedoeld om wie dan ook te beschuldigen van uitleving, zoals gesuggereerd wordt, maar om erop te wijzen dat de begeerte op zichzelf al zonde is. Iets vanuit Gods Woord benaderen heeft niets met wereldvreemd zijn te maken, want dat zou betekenen dat de Bijbel hierin ook te kort zou schieten. Gods Woord heeft in elke situatie een duidelijk en open antwoord. Wij van onze kant beschouwen het als zinloos om op evt. verdere reacties in te gaan.
Rianne en Linda Schmohl, Berkenwoude
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 12 juni 1996
Terdege | 71 Pagina's