Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Blank en zwart - werk onder de jeugd

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Blank en zwart - werk onder de jeugd

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is begrijpelijk dat het verplaatsen van de inboorlingen naar andere streken kwaad bloed zet. De negers voelen dat ze moeten wijken voor de ranchers, die de beste stukken grond opkopen. Om de verplaatste negers in hun toegewezen gebieden het leven mogelijk te maken, moet er zeker voor water gezorgd worden. Waar geen geregeld water aanwezig is, kan geen samenleving mogelijk zijn. De natuurlijke poelen en wellen drogen in de winter, tussen maart en november, uit; dan valt er geen regen. Op vele plaatsen laat het Bestuur nu diepte-pompen slaan. Dez& pompen krijgen een diepte van ruim zeventig meter, maar de capaciteit is beperkt. In het heetste en droogste seizoen kan het vee dan ook maar eens in de twee dagen worden gedrenkt. Vroeger, toen er rondtrekkende stammen woonden, ging dat wel, maar nu er een bevolking blijvend zich gevestigd heeft, brengt dit grote moeilijkheden mee. Het is een primitieve toestand, de mensen een paar keer per dag met een emmer water te zien slepen over een afstand van drie km. Er zijn ook mensen, die men met een grote kalabas zien sjouwen, om die gevuld met water naar de hutten te dragen.

Men kan het zich goed indenken, dat verscheidene mensen wel twee of drie malen gingen verhuizen. Dat valt niet mee, want dan moeten er weer nieuwe hutten worden gebouwd en nieuwe grond worden ontgonnen. Dat dit verbittering werkt is vanzelfsprekend. De blanke wordt dan ook over het algemeen door de zwarte gehaat, en zodoende kan men ook van een rassenprobleem spreken.

Een sterk staaltje hiervan is wel het volgende:

De inlandse dominee Mzamo ging met Van Woerden een winkel binnen om een kop thee te drinken. De bediende achter de toonbank zei tegen Van Woerden: „Wilt u die neger naar de toonbank voor de zwarten sturen? Daar kan hij zijn thee drinken." Vreselijke toestanden, nietwaar?

Nu iets anders. In het Schotse Jeugdblad schreef Ds. Alfred Macdonald, de plaatsvervanger van Ds. Fraser, het volgende:

„Afrika is altijd een belangrijk land geweest. Over Egypte, een deel van Afrika, wordt, zoals je je zult herinneren, gesproken in de Bijbel. Een ander deel van Afrika, waarover je leest in Gods Woord, is Ethyopie. Weet je enige dingen, die God zegt, betreffende Ethyopie en Egypte?

Voor jullie klinkt Afrika waarschijnlijk heel ver weg. Toch wordt hier 's zondags, wanneer de kinderen naar de diensten komen, de afstand helemaal vergeten. De heel jonge meisjes en jongens kunnen geen engels lezen noch in het engels zingen, dus hebben ze een dienst in hun eigen taal (Sindebele); voor de oudere jongens en meisjes echter is de godsdienstoefening precies eender dan die welke jullie thuis in jullie kerken hebben (in het engels).

De ouders hier letten niet erg goed op hun kinderen en staan er niet op, dat ze naar kerk gaan, dus moeten wij om te preken naar hun „huizen" gaan. De huizen, waarin zij wonen, zijn ronde gebouwtjes. Ongeveer een twaalftal van deze gebouwtjes samen vormt een kraal. Verscheidene van deze kralen kunnen zich heel dicht bij elkaar bevinden.

Zondagavond j.1., nadat de dienst in de kerk afgelopen was, legden we een paar mijl in de richting van deze kralen af. Bij een naburige kraal zagen we een vuur en toen we er heen gingen om te zien wat er aan de hand was, bemerkten we een meisje, dat een maal aan het bereiden was, met verschillende jonge kinderen, die naast haar zaten.

Deze jonge kinderen volgden ons terug naar de kraal, waar we de dienst zouden houden, en ze zaten heel stil en rustig om te horen spreken over God en de Heere Jezus Christus, om te vernemen, dat de dag zal komen, waarop we allemaal zullen staan voor die God, Die wij prediken.

Onder de oudere jongens en meisjes bestaat er een begeerte om veel Bijbelkennis te verkrijgen, en hoewel dit goed is, verlangen we te zien, dat ze zich door de Heilige Geest ongerust maken over hun zielen.

Misschien zullen jullie in het vervolg meer over de zending in Afrika lezen; ondertussen moet je wel bedenken, welk een ernstige zaak het zal zijn als jullie de Heere en Zaligmaker Jezus Christus verwerpen, terwijl Afrikanen Hem zullen aannemen."

Tot zover Ds. Alfred Macdonald, in het stukje, gericht aan de jeugd van Schotland.

Verscheidene kinderen doen ook mee aan de Bijbelse raadsels en schrijven brieven met de oplossingen er bij. In het julinummer van dit jaar werden 32 kinderen genoemd, die brieven hadden geschreven. De kinderen werden allemaal bij name genoemd en als onderschrift stond er te lezen: „Met groot genoegen en veel belangstelling lazen we de brieven van bovengenoemde personen, die ons vanuit het zendingsveld in Ingwenya (Zuid-Rhodesia) toegezonden werden, waar een flink aantal inheemse jongens en meisjes neerzaten om (onder examenvoorwaarden) de Bijbelse en Catechetische opgaven te beantwoorden, zoals die in een laatste nummer van „The Young People's Magazine" stonden afgedrukt. Wat een mooie namen hebben ze! Konden we ze maar uitspreken zoals dat in Afrika gedaan wordt."

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 1960

Daniel | 8 Pagina's

Blank en zwart - werk onder de jeugd

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 4 november 1960

Daniel | 8 Pagina's