Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Prof. dr. Johan Polder: ,,De hulpvragen komen, de levensvragen ook''

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Prof. dr. Johan Polder: ,,De hulpvragen komen, de levensvragen ook''

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zijn inaugurele rede gaf Johan Polder de titel ‘Veelkleurig grijs’. Vanuit de overtuiging dat vergrijzing niet alleen sombere kanten heeft. Wel zal de samenleving een omslag moeten maken. „Als je levensverwachting toeneemt, wil dat wat mij betreft niet zeggen dat je die jaren alleen maar hoeft te besteden aan het Zwitserleven.”

Op zijn bureau ligt ‘Van Gezond naar Beter’, het kernrapport van de Volksgezondheid Toekomst Verkenning 2010. De achterliggende tijd was prof. Johan Polder daar druk mee. De reformatorische gezondheidseconoom, verbonden aan de Universiteit van Tilburg en het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu, is een van de twee schrijvers van de jongste verkenning. Mede op grond daarvan bepaalt de minister van volksgezondheid zijn keuzes voor de toekomst. De spectaculaire stijging van de levensverwachting in de achterliggende jaren heeft alle deskundigen verbaasd. Toch tasten ze volgens Polder niet geheel in het duister. „Er lijkt een verband te bestaan met de verruiming van de medische zorg sinds 2000. In haar laatste periode als minister heeft Els Borst de budgettering binnen de ziekenhuiszorg grotendeels afgeschaft. Daardoor gingen de zorgkosten enorm omhoog. Het verrassende is nu dat ook de levensverwachting sterk is gestegen. Er is zo goed als zeker een verband tussen die twee.” Sinds 1950 nam de levensverwachting met ongeveer zeven jaar toe. De helft van die toename valt te verklaren uit betere medische zorg, met als belangrijkste elementen antibiotica en vaccinaties. De sterfte aan harten vaatziekten nam enorm af door cholesterol- en bloeddrukverlagende medicijnen, cardiovasculaire chirurgie en dotterbehandelingen.

Prognoses
Bij de publicatie van de eerste Volksgezondheid Toekomst Verkenning (VTV), in 1993, gingen de opstellers nog uit van een stijging van de levensverwachting met anderhalf jaar in de komende twee decennia. Die voorspelling bleek veel te pessimistisch. Dat gold ook voor de prognoses in de latere VTV-rapporten, die om de vier jaar verschijnen. „De prognose uit het rapport van 2006 voor 2025 was in 2010 al behaald.” Binnen afzienbare tijd zal op 65- jarige leeftijd de resterende levensverwachting op 25 jaar liggen. Op grond van de huidige gegevens wordt de helft van de meisjes die dit jaar geboren zijn honderd of ouder. „Sinds 1850 komen er in de landen aan de top elk jaar twee maanden aan levensverwachting bij. Morgen is de levensverwachting in een land als Nederland dus vier uur langer dan vandaag.” Polder beseft dat resultaten uit het verleden geen garantie voor de toekomst bieden. „Om de huidige lijn voort te zetten, zullen we dat wat in de achterliggende dertig jaar bij harten vaatziekten is bereikt, de komende jaren bij andere doodsoorzaken moeten realiseren. Met name kanker. Is dat reëel? Daar kun je vraagtekens bij zetten. Maar de stijging van de levensverwachting zal hoe dan ook aanzienlijk zijn.''

Doelmatigheid
Van overheid en samenleving vraagt dat principiële keuzes. Volkomen helder is voor de Tilburgse gezondheidseconoom dat de pensioenleeftijd fors omhoog moet. „Alle gezonde handen zijn nodig om de economie draaiend te houden. En zorg te verlenen. Als het om het laatste gaat, zit je wel met een akelig dilemma. In een hoogconjunctuur hebben we wel het geld maar niet de mensen voor de zorg, in perioden van laagconjunctuur wel de mensen maar niet het geld.” De mogelijkheden om de arbeidsproductiviteit in de zorg te verhogen, zijn beperkt. „Er wordt vaak gezegd dat we de doelmatigheid moeten vergroten, vanuit de economische gedachte dat tijd geld is. Kun je veel doen in weinig tijd, dan vergroot je de productiviteit. Op grond daarvan zijn arbeidsprocessen gerationaliseerd. Mijn stellige overtuiging is dat dit in de zorg niet kan. Daar heeft tijd een wezenlijk andere dimensie. Tijd en aandacht zijn essentiële onderdelen van de zorg. Auto’s kun je sneller gaan wassen, mensen niet. Tenzij je ook daarvoor een wasstraat ontwikkelt, maar willen we dat? Wie in z’n streven naar doelmatigheid het doel niet voor ogen heeft, houdt matigheid over.”

Slimme technologie
Momenteel wordt druk geëxperimenteerd met nieuwe technologie. „Straks hoef je oma niet de hele dag in de gaten te houden, want ze heeft allerlei slimme dingen aan haar lijf hangen. Als ze omvalt, belt de televisie of het schilderij in haar kamer naar de verzorging. Prachtig, maar je moet daar geen wonderen van verwachten. Ik blijf erop hameren dat we in de zorg de menselijke maat moeten behouden.” De vraag naar zorgverleners zal de komende jaren snel toenemen. Een belangrijk arsenaal is in de optiek van Polder te vinden onder de 65-plussers. „Een groot deel van onze bevolking leeft na pensionering nog vijftien jaar in een behoorlijk goede gezondheid. Nu is dat voor veel mensen de fase van het grote genieten: wereldreizen, cursussen, golfspel, noem maar op. Daar zit iets moois in, maar als het daarbij blijft is het wel erg kaal. Gezond oud worden, mogen we als een zegen zien en ervaren. Maar als je levensverwachting toeneemt, wil dat wat mij betreft niet zeggen dat je die jaren alleen maar hoeft te besteden aan het Zwitserleven. De overheid, die een grondwettelijk recht op gezondheidszorg biedt, mag daar best enige plichten tegenover stellen. Ouderen bezitten de kroon der grijsheid. Laten zij hun levenswijsheid ten dienste stellen aan de samenleving.” Tweede boodschap van Polder is dat de overheid moet investeren in zorg en technologie waardoor mensen langer zonder beperkingen leven. „Daarmee druk je de zorgvraag en blijven ze langer productief.” heoretisch is de meeste gezondheidswinst te behalen onder laag opgeleiden, in de praktijk blijkt dat lastig te zijn. „Het is heel moeilijk om mensen uit een bepaalde cultuur met bijbehorende levensstijl te halen, alle verhalen over pracht- en krachtwijken ten spijt.”

Realistisch
Het is volgens de Tilburgse hoogleraar een misvatting dat de vergrijzing een toename van de gezondheidskosten per individu geeft. „Het gros van de kosten wordt gemaakt in het laatste levensjaar, ongeacht de leeftijd. Het echte probleem is het lage geboortecijfer, waardoor het werkzame deel van de bevolking steeds kleiner wordt.” De zorgkosten tonen een vaste stijging van zo’n vier procent per jaar. „Je hebt dus dezelfde economische groei nodig om die ontwikkeling bij te benen. Van de stijging in de zorgkosten wordt één procent bepaald door demograie: vroeger bevolkingsgroei, nu vergrijzing. De ontwikkeling van de medische technologie is goed voor twee procent. Die kun je gedeeltelijk remmen door budgettering, maar we weten inmiddels dat dat negatieve efecten heeft op de levensverwachting. De laatste procent wordt bepaald door het zogenaamde Baumol-efect. Omdat de arbeidsproductiviteit in de zorg achterblijft bij het bedrijfsleven, en de lonen gekoppeld zijn, wordt de zorg ieder jaar duurder. De invloed van Baumol is dus even groot als die van de vergrijzing. Daar is ook weinig aan te veranderen. Ik vergelijk de zorg wel eens met een strijkkwartet. Als je het met z’n drieën gaat doen, blijft er niks van over. Je kunt de muziek ook niet sneller gaan spelen. Vandaar dat ik altijd tegen de ambtenaren op het departement zeg: ‘Houd nou gewoon rekening met een groei van vier tot vijf procent, dan ben je realistisch bezig’.”

Eenzaam
Ook de burger zal z’n nuchtere verstand moeten gebruiken. „Of de premie moet omhoog, of de eigen bijdrage. Meer smaken zijn er niet. De ‘babyboomers’ hebben de welvaartsontwikkeling van de jaren zestig meegemaakt. Een groot deel van deze mensen bezit een eigen huis, inmiddels vrij van hypotheek. Als ze dat wegdoen, kunnen ze heel wat zorg inkopen. Daar gaat het onvermijdelijk naartoe, en wat mij betreft is daar niks mis mee. Belangrijk is wel dat we het ook voor de onderkant van de samenleving goed blijven regelen.” De toename van de levensverwachting heeft naast de economische een immateriële kant. Typerend is voor Polder de uitspraak van Hervé Juvin in zijn boek ‘Hoe de wereld verandert doordat wij steeds ouder worden’. „‘Wij in onze tijd hebben het lange leven gewonnen, maar de eeuwigheid verspeeld’. Dat zegt een seculier iemand. Allerlei zingevingsvragen zullen door de vergrijzing versterkt op ons af komen.” De reformatorische econoom ziet een prominente taak voor de kerken in het bieden van mantelzorg en de bestrijding van eenzaamheid. „Want de hulpvragen komen, de levensvragen ook. In ieder mens leeft diep van binnen het besef dat er meer moet zijn dat dit leven. Als ze ons daarnaar vragen, hebben wij dan iets te zeggen?”

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 september 2010

Terdege | 84 Pagina's

Prof. dr. Johan Polder: ,,De hulpvragen komen, de levensvragen ook''

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 september 2010

Terdege | 84 Pagina's