Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Afvaardiging naar meerdere vergaderingen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Afvaardiging naar meerdere vergaderingen

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op zich is het onderwerp ‘afvaardiging naar meerdere vergaderingen’ niet zo heel spannend, en ik zou gewoon kunnen vertellen waar deze praktijk vandaan komt en hoe afvaardiging bedoeld is en zou moeten werken. Echter, het onderwerp is best spannend te maken en is het inmiddels ook geworden bij de uitdagingen waar de Christelijke Gereformeerde Kerken voor staan, maar ook vanwege de veranderende tijden en visies. En die spelen niet alleen in de CGK een rol.

Simpel beginsel

Het beginsel van de afvaardiging is vrij simpel. Allereerst is het direct verbonden met de aard van een gereformeerd kerkverband. De Bijbel kent een dergelijk verband van kerken niet maar beschrijft wel hoe plaatselijke nieuwtestamentische gemeenten elkaar ondersteunen. Het kerkverband is dan ook niets anders dan een georganiseerde vorm van ondersteuning. Die wederzijdse ondersteuning kan financieel maar ook geestelijk zijn. Zo kunnen gemeenten elkaar helpen de leer te bewaren en te verspreiden. Basis voor het kerkverband is een gezamenlijke overtuiging over de leer van de kerk. Als er op dat punt verschil van mening is, ontstaan al snel fundamentele discus-sies bijvoorbeeld over wat de boodschap van de preek en bij zending en evangelisatie moet zijn. Uitgangspunt is wel steeds dat de kerk plaatselijk is en dat de Schrift geen enkele kerk verplicht om lid van een kerkverband te zijn, maar geestelijke eenheid brengt wel bij de plicht en roeping elkaar te dienen. Plaatselijke kerken treden vrijwillig tot een kerkverband toe en stemmen door toetreding met de bestaande regels in. Toetreding betekent in het gereformeerde kerkrecht ook dat een gemeente vrijwillig een deel van haar zeggenschap afstaat doordat ze instemt met de regel dat besluiten die bij meerderheid genomen worden ook door de minderheid geaccepteerd worden. Daarbij is het volgens gereformeerd kerkrecht wel de afspraak dat de kerken elkaar zoveel mogelijk vrijheid laten en elkaar alleen in wezenlijke zaken binden.

Vanuit dit beginsel komen de kerken bij elkaar in meerdere vergaderingen, dat wil dus zeggen vergaderingen van meer dan één kerk. De gereformeerde kerken hebben in de zestiende eeuw afgesproken op een meerdere vergadering alleen die zaken te bespreken die op een mindere vergadering niet afgehandeld kunnen worden of die het geheel van het kerkverband betreffen, en daarbij gekozen voor een model van classis, particuliere synode en generale synode. Doel was effectief vergaderen en hiërarchie voorkomen.

Ook is gekozen voor het model van afvaardiging en dat slechts uit praktische overwegingen. Het vergadert namelijk lastig als bijvoorbeeld op een synode zo’n 180 kerkenraden over allerlei zaken moeten overleggen. Met 52 CGK’ers is dat al een hele klus, laat staan met misschien wel tweeduizend van zulke mensen. Dit model betekent ook dat zij die afgevaardigd worden het besef moeten hebben dat zij zowel namens als ten dienste van het geheel van de kerken in een classis, een particuliere synode of generale synode vergaderen. Afgevaardigden krijgen daarom geen standpunten mee en geen stemadvies, en ook geen opdracht dan alleen deze dat zij voor Gods aangezicht vergaderen, luisteren, spreken en biddend besluiten. Ik zou daar nog heel mooi en heel vrome dingen over kunnen schrijven maar dat ga ik dus niet doen.

Wat ik wel ga doen is een aantal uitdagingen rondom dit thema te bespreken. Doel is de bezinning verder te helpen en de kerken daarmee te dienen.

Praktisch

Doordat meerdere vergaderingen doorgaans overdag plaatsvinden, is niet elke ambtsdrager - bijvoorbeeld vanwege werk - in staat afgevaardigd te worden. Bij een generale synode die zeker drie keer een week duurt, wordt de keuze van afgevaardigden nog beperkter. Gelukkig zijn er soms ook jongere, cq. minder oude broeders die de tijd kunnen vrijmaken, maar het algemene beeld is toch die van een vergrijsde mannenvereniging. De predikanten laat ik buiten beschouwing want die zijn bijna allemaal in een andere positie. Door overdag te vergaderen laten we wel heel wat kennis en ervaring ongebruikt want er zijn nogal wat ouderlingen en diakenen die de vergaderingen en dus de kerken goed zouden kunnen dienen als er maar op andere tijdstippen vergaderd zou worden. Ik wil daarmee niets nadeligs zeggen over hen die wel afgevaardigd worden, maar wel aandacht vragen voor een vergadermodel waarbij we mijns inziens heel wat talenten in de grond stoppen. Als de wil er is, kunnen we met elkaar best een betere weg vinden, bijvoorbeeld door digitaal te vergaderen over die zaken die een persoonlijk samenkomen niet noodzakelijk maken.

Mannetjes

Een andere uitdaging – die overigens niet nieuw is – betreft het kiezen van mensen met een bepaald standpunt in plaats van ambtsdragers met wijsheid en ervaring. Ik noem dat het kiezen van mannetjes. Al decennia lang wordt bij het bekend worden van de afvaardigingen naar meerdere vergaderingen gekeken naar hoe de verhoudingen tussen zwaren en lichten zijn. Ik vermoed dat ook bij de verkiezing van afgevaardigden de kerkelijke ligging soms eerder de doorslag geeft dan kerkelijk inzicht. Gelukkig zijn er uit de geschiedenis van kerkelijke vergaderingen tal van momenten aan te wijzen waarop zware broeders toch anders stemden dan hun stemmers hadden verwacht, en andersom. Er wordt immers aan het begin van een vergadering gebeden om de leiding van de Heilige Geest en wie dat gebed serieus neemt kan de eigen achterban wel eens teleurstellen. Het ‘mannetjes kiezen’ probleem zal zich in de aanloop naar de volgende synode ook weer voordoen. Is het besluit over vrouw en ambt nog terug te draaien, cq. te handhaven als we voldoende voor-of tegenstanders afgevaardigd krijgen? Zijn er nieuwe kansen nu een aantal standaard-afgevaardigden het na de laatste synode wel gehad heeft en voorlopig geen zin meer heeft aan kerkelijke vergaderingen? Als dit soort vragen rondgaan, is dat funest voor de kerk.

Getallen

Nu ik het tellen van ‘voor-, en tegenmannetjes’ genoemd heb, werp ik ook maar de vraag op of het model van getrapte verkiezingen nog wel werkt bij de grote en gevolgenrijke thema’s waar kerkelijke vergaderingen mee te maken hebben. Zijn 52 mensen die voor het geestelijk wel en wee van zo’n 75.000 kerkleden verantwoordelijk zijn wel voldoende? Ik weet heel goed hoe dit kerkrechtelijk, principieel, historisch etc. ligt, maar een kerk die reformatorisch wil zijn en dus rekent met de vrijheid van de christenmens, het priesterschap van alle gelovigen, en die allergisch is voor heerschappij anders dan die van Christus, zou best eens kunnen nadenken of het huidige model van afgevaardigden niet beter kan. Ik zeg niet: ‘of het nog wel van deze tijd’ is want dit veelgebruikte non-argument past niet bij een kerk voor wie niet de tijd waarin wij leven maar het Woord van God de norm is. Wel zeg ik dat een reformatorische kerk de moed moet hebben om - net als de reformatoren destijds - nieuwe wegen in te slaan om de kerk ermee te dienen.

Vrouwen, jongeren en niet-cgk’ers.

Onlangs kwam in het kader van de nieuwe kerk van vrijgemaakten en nederlands-gereformeerden het idee naar voren dat meer jongeren, vrouwen en mensen van kleur naar synodes afgevaardigd zouden moeten worden. Los van het feit dat dit voorstel de wereldse gedachte voedt dat de kerk bestaat uit groepen die niet door geloof, maar door leeftijd, kleur en gender bepaald worden en wier belangen behartigd moeten worden door een synode, spreekt uit dit voorstel vooral de gedachte dat het bij afvaardiging om macht gaat. Afgevaardigden zijn er om invloed uit te oefenen en hun macht in te zetten voor bepaalde groepen in de kerk. Toch zit in dit voorstel wel een kern van waarheid en een boodschap die serieuze overweging verdient namelijk: hebben afgevaardigden voldoende oog voor, en weet van de grote variatie aan kerkmensen en voor hun speciale noden en wensen? Ik zeg niet dat dit niet zo is, maar de strijd voor elk synodelid is wel zich te verdiepen in meningen en situaties van hen die anders denken, soms ook anders zijn, maar net zo goed als hijzelf gereformeerd christen willen zijn.

Nog weer iets anders ligt dat bij de discussie over de afvaardiging van ambtsdragers uit gemeenten waar kerkenraden bestaan uit cgk’ers en niet-cgk’ers. Kunnen de laatsten afgevaardigd worden naar een meerdere vergadering? De laatste synode heeft die vraag negatief beantwoord en volgens mij geheel onterecht. Principe van afvaardiging is dat de kerkenraad bepaalt wie afgevaardigd wordt. Die afgevaardigden moeten voldoen aan de eis dat zij ambtsdragers zijn want we hebben gekozen voor het model dat meerdere vergaderingen bestaan uit ambtsdragers. Die afgevaardigden krijgen van hun kerkenraad geloofsbrieven mee en die worden ingeleverd bij de meerdere vergadering: je kunt me geloven dat ik wettig afgevaardigd bent want hier is het bewijs van mijn kerkenraad. Volgens mij treedt bijvoorbeeld een classis in de rechten van een kerkenraad, als iemand die NGK is maar wel ambtsdrager is in een kerkenraad van een samenwerkingsgemeente die nota bene volgens besluiten van CGK-synoden tot stand gekomen is als een combinatie van kerken, geen toegang heeft tot een meerdere vergadering. Dat kun je leuk vinden of niet, objectief gezien – en zo willen wij de dingen toch zien – gaat het om iemand die wettig is afgevaardigd en die daarom recht op toegang en deelname heeft.

Nog spannender wordt het als een kerkenraad een vrouwelijke ambtsdrager afvaardigt. Nu zou het ongepast zijn als kerkenraad zo’n vrouwelijke ambtsdrager af te vaardigen, maar als je het kerkverband toch al bruuskeert door zusters ambtsdrager te maken, waarom zou je dan de confrontatie niet ook zoeken door een zuster af te vaardigen naar een classis? Volgens mij moet de classis zo’n zuster dan ook tot de vergadering toelaten want zij is wettig afgevaardigd, zeker als ze ook nog eens CGK is. Nu hoor ik al mensen roepen: maar dat is toch te gek. En ja dat is ook te gek, maar het kan wel. Zolang kerken die tegen synodebesluiten in vrouwelijke ambtsdragers hebben gewoon lid van het kerkverband zijn, hebben zij het recht ook vrouwelijke ambtsdragers af te vaardigen en hebben de meerdere vergaderingen die vrouwelijke afgevaardigden te accepteren. Nu hoop ik niet dat ik mensen op een idee breng. Ik verwacht dat ook niet want als ik dit soort slimmigheidjes kan bedenken, kan een ander dat ook. Ik hoop wel dat bovenstaande ons tot bezinning brengt over gereformeerd kerkrecht en de omgang daarmee.

Conclusie

Het werd toch spannender dan ik zelf had gedacht. Nu – aan het eind gekomen – denk ik ook dat we met elkaar eens goed moeten nadenken over ons model van kerk-zijn. In het begin zei ik al dat dit model niet in de Bijbel voorkomt en dat geeft ruimte. Ik spreek ook bewust over ‘het model waarvoor we gekozen hebben’ want dat is het. Een model van kerk-zijn en dat kan dus ook anders. De reformatoren hadden trouwens ook verschillende modellen. Bij Luther zit de kerk anders in elkaar dan bij Calvijn. Wij zouden in hun spoor gaan als we de tijd zouden nemen na te denken en met elkaar te spreken over de kerkelijke structuur die vandaag vanuit de Schrift het beste is. Dat heeft trouwens alleen zin als je met elkaar op dezelfde basis wilt staan, namelijk de basis van Schrift en belijdenis. Als je het daar over eens bent, kom je er samen ook wel uit.

Herman Selderhuis


Prof. Dr. H.J. Selderhuis is sinds 1997 hoogleraar kerkgeschiedenis en kerkrecht aan de TUA.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 mei 2023

Ambtelijk Contact | 20 Pagina's

Afvaardiging naar meerdere vergaderingen

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 mei 2023

Ambtelijk Contact | 20 Pagina's