Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De ware vrolijke wetenschap

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De ware vrolijke wetenschap

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

In deze rubriek iedere maand een opiniërende bijdrage van een kritische denker die betrokken is bij het onderwijs. Het artikel is bruikbaar voor bespreking in docenten- of managementteam. Deze maand: Prof. dr. Marc J. de Vries Hoogleraar christelijke filosofie van de techniek en hoogleraar bèta-didactiek aan de Technische Universiteit Delft

Valt er in de wetenschap wat te lachen? Ogenschijnlijk niet. Wetenschap is een hoogst ernstige zaak. Daarin wordt vooral gediscussieerd en niet gelachen. Dat geldt helemaal bij een wetenschap waarin verschillende theorieën met elkaar concurreren. Dan kunnen soms de emoties hoog oplopen, maar die gaan meestal niet gepaard met humor. Voorbeeld bij uitstek: de discussie over schepping en evolutie. Wat daarbij allemaal aan emoties moge meespelen, gelachen wordt er niet. Kenmerkend voor wetenschap in het algemeen?

Welk beeld van wetenschap scheppen we eigenlijk in het onderwijs? Krijgen leerlingen de indruk dat daarin humor voorkomt? Waarschijnlijk denken leerlingen bij wetenschap vooral aan mensen die heel serieus aan het werk zijn. Als het gaat om de geschiedenis van wetenschap, wordt al snel het beeld opgeroepen van schilderijen of foto’s van ernstig kijkende mannen. Blijkbaar geeft hun werk weinig aanleiding tot lachen. Te midden van al die ernst en somberheid komen we ineens een op het eerste gehoor heel ander geluid tegen. De bekende filosoof Friedrich Nietzsche (1844-1900) schreef een boek onder de titel De vrolijke wetenschap.

Toch humor in de wetenschap? Je zou het van iemand als Nietzsche niet verwachten als je hem alleen kent van foto’s, want daar staat hij nu niet bepaald vrolijk op. Zijn boek maakt je ook niet echt vrolijk. Volgens de meeste uitleggers is Nietzsches boodschap dat de wetenschap pijnlijke waarheden oplevert, maar dat we daarmee ontspannen moeten omgaan. Een van die onaangename boodschappen is de dood van God. Nietzsche was daar zelf ook niet blij mee. Religie is immers een belangrijke bron van moraal. Maar we moeten er het beste van maken. We kunnen heel goed zélf moraal voortbrengen. Wetenschappers moeten hoe dan ook hun werk met warmte en betrokkenheid blijven doen. Is dat niet eveneens humor: de lach in de traan?

NIETIGE MENSJES

Als christen word je natuurlijk al helemaal niet vrolijk van het idee dat je “vrolijke” wetenschap moet bedrijven tegen de achtergrond van de boodschap dat God dood is. Eerder is er aanleiding om te lachen om de gedachte dat kleine, nietige mensjes in staat zouden zijn om God te doden, zoals Nietzsche suggereert. In Psalm 2 lezen we dat God daar Zelf ook om lacht.

In het modernisme werd de wetenschap (samen met de technologie) een middel voor de mens om Gods banden van zich af te werpen. Van zo’n gebruik van wetenschap word je niet vrolijk. Dat beeld van wetenschap willen we in de reformatorische school zeker niet voorstaan.

Toch moeten we altijd oppassen om het ongewild toch niet op te roepen. Als we het in de schoolvakken zo voorstellen dat in de wetenschap alleen maar vooruitgang wordt geboekt en dat er nooit een theorie sneuvelt, presenteren we wetenschap op een manier die heel dicht tegen dat modernisme aanleunt.

Hoe dan wel? Misschien dat humor daarin een weg kan wijzen. Voor een christen is er immers allerlei reden om in de wetenschap vrolijk te zijn en te lachen. Niet omdat we van God af zijn en nu in vrijheid, zoals Nietzsche suggereert, ons eigen ding kunnen doen. Nee, juist omdat God springlevend is en Zich nog steeds manifesteert in de werkelijkheid die wij in de wetenschap onderzoeken.

Maar laat God Zich dan zien door onze meetinstrumenten? Kan bijvoorbeeld de fysicus zeggen: ‘Ik heb God waargenomen en kan daarom een theorie over Hem ontwikkelen?’ Soms hebben filosofen, en dan met name de logici, de verleiding om God te bewijzen. Hoe sympathiek die pogingen ook zijn, en er zijn christenfilosofen die het op een heel knappe manier gedaan hebben, toch is het niet ongevaarlijk om God in onze argumenten te willen vangen. God is veel hoger dan ons denkvermogen aankan.

VEELKLEURIGE WIJSHEID

Toch word je er wel degelijk vrolijk van als je dankzij de wetenschap steeds meer zicht krijgt op de rijke verscheidenheid en tegelijk de hoge mate van ordening in de werkelijkheid, waarin zich iets aftekent van Gods veelkleurige wijsheid en Zijn trouw. Zeker, door de werkelijkheid lopen de scheuren en barsten van de zonde, maar wie goed kijkt, ziet nog altijd Gods goede bedoeling met Zijn schepping.

Wie een filmpje bekijkt van een wevervogel die heel handig een knoop legt in een takje om zo zijn nest te bouwen, krijgt op zijn minst een glimlach op zijn of haar gezicht. Ongelofelijk hoe zo’n beestje met zijn snavel en pootje hetzelfde voor elkaar krijgt als wij met twee handen. Dat is nou echt humor. Wij denken dat we zo handig zijn en dat we om die reden de kroon op de schepping zijn, maar dit vogeltje beschaamt onze hoogmoed.

Ons kroon-op-de-schepping-zijn ligt ook niet in onze vermogens tot wetenschap en technologie, hoe indrukwekkend die ook zijn. Ze ligt in onze unieke relatie tot God. Wij zijn de enige schepselen die welbewust God de eer kunnen geven in wat we doen. Een vogel kan de prachtigste en veelzijdigste melodietjes fluiten, maar heeft er geen weet van dat God Zichzelf daarin verheerlijkt.

De mens is de enige die dat wel kan weten. Des te erger dat wij daar zo dikwijls niet van willen weten. Daarvan vergaat je het lachen. Zo komt er van Gods goede bedoeling met ons niets terecht. Die goede bedoeling kan gelukkig toch terugkeren wanneer wij de ware vrolijke wetenschap leren, namelijk die waarin God weer in beeld is. Nee, niet in onze waarnemingen van de werkelijkheid, maar wel in onze interpretatie daarvan dat God de grote Schepper en Onderhouder is, Die deze wondere werkelijkheid nog altijd in stand houdt.

VERSLINGERD

Humor kan een middel zijn om iets te relativeren. Het kan bevrijdend zijn als in een gespannen sfeer iemand ineens in de lach schiet vanwege de ernst. Misschien moeten wetenschappers wat meer leren lachen om zichzelf. Juist het christelijk geloof kan tot zo’n relativering aanleiding geven. God redt het ook wel zonder onze ernstige wetenschap.

Neem jezelf niet te ernstig in de wetenschap. Het wordt alleen maar frustrerend als je in alle ernst je helemaal verslingerd hebt aan een theorie die op een gegeven moment door een betere wordt vervangen. Als je dan niet kunt relativeren, blijven er alleen tranen van teleurstelling over.

Een belangrijk argument om humor een plaats te gunnen in de wetenschap, is dat humor een beroep doet op andere menselijke eigenschappen dan het verstand. Vaak wordt de indruk gewekt dat wetenschap een puur rationele kwestie is. Nu zal niemand ontkennen dat de ratio een uiterst belangrijke rol speelt in de wetenschap, maar niet de enige. Sinds de “sociale omwenteling” in de wetenschapsfilosofie weten we dat niet-rationele elementen altijd meespelen, of we dat nu leuk vinden of niet.

Je zou zelfs met enig recht kunnen beweren dat wetenschap zonder emoties niet kan functioneren. Wij zijn niet van die afstandelijke waarheidsvinders. We zijn mensen van vlees en bloed die op een gegeven moment gewoon een gevoel van voldaanheid willen hebben van ons werk. We zijn toch geen robots? God heeft ons geschapen als wezens met verstand, gevoel en wil. Die mogen alle drie in de wetenschap voluit meedoen.

WEGMOFFELEN

Terug naar school. Hoe kunnen we de plaats van emoties, en daarmee ook van humor, in ons onderwijs een plek geven?

Niet door alles te relativeren. Zeg van de evolutietheorie niet: het is maar een theorie en lach er maar een beetje om. Humor is er niet om ernst weg te moffelen. Wijs liever op het lachen van God om de hoogmoed die regelmatig onze inspanningen begeleidt.

Laat de waarde van het wetenschappelijk onderzoek, die uiteindelijk de basis voor onze schoolvakken vormt, staan. Maar wijs de leerlingen tegelijk op de beperkingen ervan. Neem het serieus, maar niet te serieus.

Maar de wet van Ohm is toch de wet van Ohm? Daar valt toch niets om te lachen of te relativeren? En zo staan de schoolvakken toch bol van de waarheden? Jawel, maar het dramatische voorbeeld van de overgang van de klassieke mechanica naar de kwantummechanica en de relativiteitstheorie laat zien dat zelfs de theorieën met de beste reputatie een keer kunnen sneuvelen.

Zou Isaac Newton (1642-1727) erom hebben kunnen glimlachen als hij geweten had dat zijn prachtige theorie zo zou eindigen? We weten dat hij een christen was en zich ten volle bewust was van zijn beperktheden als wetenschapper. Hoe ernstig hij er op afbeeldingen ook uit mag zien, zichzelf relativeren kon hij.


BESPREKEN

Onderstaande vragen zijn bedoeld als handvatten om dit essay in groepsverband te bespreken.

Mag humor een rol spelen in het geven van de schoolvakken? Welke mogelijkheden ziet u om humor in te brengen in uw schoolvak? Wat zou de toegevoegde waarde daarvan kunnen zijn?

Speelt humor een rol in uw eigen beeld van wetenschap? Waardoor is dat beeld vooral bepaald? Is het een eerlijk beeld van techniek als het gaat om de plaats van humor daarin?

‘Wie kennis vermeerdert, vermeerdert smart’, zegt de Prediker. Wat zou hij daarmee bedoelen? Betekent dit dat wetenschap als vorm van kennisvermeerdering alleen maar tranen met zich meebrengt in de visie van de (door de Geest geïnspireerde!) Prediker?

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 2020

De Reformatorische School | 48 Pagina's

De ware vrolijke wetenschap

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 2020

De Reformatorische School | 48 Pagina's