Hoe ziet ons onderwijs van de toekomst er uit?

Lucas Bal (8 jaar), groep 5, Eben-Haëzerschool, ’s-Gravenzande

‘Ik vind het wel een beetje moeilijk om te zeggen wat er anders kan op school. Eigenlijk gaat er al heel veel goed.

Handvaardigheid vind ik echt superleuk. Dat komt omdat ik het heel leuk vind om met mijn handen te werken. Dat vind ik ook heel belangrijk voor de toekomst. Ik zou best twee keer per week handvaardigheid willen hebben. We maken nu in de klas een winterdoos. Daar doen we dan wol in, dat is dan de sneeuw en de achterkant verven we blauw. Dat is de lucht.

Ik vind het ook erg fijn dat we mogen samenwerken. Dat vind ik heel belangrijk, ook voor de school van de toekomst. Als je samenwerkt – ik noem dat groepswerk – zie je elkaars voorbeeld en kun je veel van elkaar leren.

Bij ons op school mag je niet rennen en hardop praten op de gang. Dat staat in de grondwet. Het gebeurt soms wel en dat is niet zo goed. Dan kun je je niet goed concentreren terwijl dat wel belangrijk is. In de toekomst moeten de kinderen de grondwet dus nog beter lezen.

Engels is ook heel belangrijk, denk ik. In groep 8 krijgen ze soms al repetities. Dat lijkt me nu nog heel moeilijk, maar misschien wordt het wel supermakkelijk als we meer Engels krijgen. Ik denk dat ze op de grote school ook heel veel Engels krijgen.’

Anna Verhoef (12 jaar), klas 1 hv, Wartburg College Rotterdam, locatie Revius

‘Nou, ik weet wel iets wat ik zou willen veranderen: de gymlessen. Die vind ik erg leuk, vooral omdat je dan lekker actief bezig bent en veel beweegt. Je leert ook samenwerken. Veel spellen die we doen, zijn teamsporten. Je hebt elkaar echt nodig. Dus voor de school van de toekomst zou ik wel willen dat er meer gym wordt gegeven en je dus meer leert samenwerken. Maar ik zou ook meer verschillende lessen willen krijgen, waarin je echt nieuwe dingen leert.

Ik vind het ook belangrijk dat er genoeg docenten zijn. We hebben nu best vaak geen gym omdat er docenten ziek zijn. Als ik directeur zou zijn, zou ik een paar extra gymdocenten aannemen.

Ook zou ik willen dat een school er gezellig en fleurig uitziet. Als de muren vrolijke kleuren hebben, dan hebben docenten en leerlingen meer plezier in hun werk.

Dat geldt ook voor de vakken. Ik zou het liefst keuzevakken willen die je als leerling zelf kunt kiezen.

Dan heb je eigenlijk alleen maar gemotiveerde kinderen.

Ten slotte vind ik het belangrijk dat de docenten zich blijven ontwikkelen. Dus dat ze steeds weer nieuwe dingen leren om hun vak aantrekkelijker te maken en te houden. Maar ook dat ze weten wat de leerlingen nodig hebben en hoe hun leerlingen leven. Dat ze echt op de hoogte blijven van alle ontwikkelingen.’

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen