Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Niet oordelen, wel jezelf durven zijn

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Niet oordelen, wel jezelf durven zijn

Juf Alberdine vond haar ideale plekje in de schilderswijk

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Respect voor andersdenkenden is de verbindende schakel in de onderwijsloopbaan van Alberdine Anneveld (32). Die voerde via een reformatorische pabo naar een multi-etnische school in de Haagse Schilderswijk. ‘Oordeel niet over anderen, laat elkaar in waarde, maar wees ook jezelf’, is het devies van haar en haar school.

Na een kleine omzwerving woont Alberdine weer op de plek waar ze opgroeide: de oude dorpskern van het inmiddels flink uit de kluiten gewassen Zoetermeer. Haar uit Almere afkomstige man kon er gelukkig wennen. De vier kinderen van het gezin staan ingeschreven bij de reformatorische school op vijf minuten afstand van het huis. Voor Alberdine een bewuste keuze: ‘Ik houd er niet van als het christelijke beperkt blijft tot de naam op de gevel’. Toch was ze nooit een refo-meisje. Ze bezocht een middelbare school in Den Haag.

‘Ik wilde het onderwijs in, maar dat ik naar Driestar hogeschool zou gaan, was geen vanzelfsprekendheid’, blikt ze terug. ‘Ik wilde christelijk leraar worden en deze school was voor mij het dichtst bij huis. Je moet dan op gesprek komen. Best intimiderend als je zestien jaar bent. Je voelt: ik ben een beetje anders, misschien niet zo welkom. Al moet ik zeggen dat dat vooral rond de toelating was. In de groepen heb ik altijd openheid ervaren. Als mijn visie op de doop, het kind of de nadruk op zonde iets anders was, was er bij de docenten gelukkig ruimte om daarover te praten.’

Diversiteit

Na twee jaar studie -achttien is ze dan nog- kan ze aan de slag als leerkracht in groep 7 op de Rehobothschool in het nabijgelegen Moerkapelle. Haar studie maakt ze in deeltijd af. ‘Met name in die deeltijdklas heb ik het naar m’n zin gehad. Daar waren de studenten wat ouder en serieuzer. Er werd stevig gediscussieerd over allerlei thema’s, maar met ruimte voor verschillen. De diversiteit in zo’n deeltijdklas leert je kritisch naar jezelf te kijken, jezelf te verwoorden en je eigen visie uit te leggen.’

Het lesgeven op de Rehobothschool is af en toe best spannend. ‘De toepassing van Bijbelvertellingen was doorgaans wat zwaarder dan ik van huis uit gewend was. Ik paste me aan, uit respect voor de identiteit van de school. Maar je moet wel jezelf kunnen zijn. Gelukkig kon dat in Moerkapelle. Daar was een team waarin een heel goede sfeer hing en fijn met elkaar werd samengewerkt. Eigenlijk heb ik alleen spanning ervaren als het bestuur of toezichthouders in de klas kwamen meeluisteren.’

Prinsen en prinsesjes

Als Alberdine trouwt, gaat ze in de Haagse nieuwbouwwijk Wateringseveld wonen. De christelijke school net om de hoek lijkt een ideale nieuwe werkplek. ‘Dicht bij huis, hé?’, lacht Alberdine als ze eraan terugdenkt. ‘Maar dat viel tegen… Ik heb het maar kort volgehouden. De geboorte van ons derde kindje was een welkome reden om ermee te stoppen. Achteraf was het niks voor mij. Die manier van onderwijs, daar haalde ik echt geen voldoening uit. Daar ben ik geen juf voor geworden.’

Twee dingen staan de pasgetrouwde leerkracht tegen. ‘Aan de ene kant de enorme nadruk op de cijfertjes. Een helemaal blanke school, met allemaal hoogopgeleide, werkende ouders; allemaal tweeverdieners. De kinderen waren hun prinsen en prinsesjes. Er lag daar zo’n immense druk om te presteren. CITO-scores leken het allerbelangrijkste te zijn. Met als doel dat de kinderen vooral een goede baan zouden krijgen. Natuurlijk zijn scores belangrijk. Maar er is toch meer? Je wilt kinderen toch veel breder vormen en iets meegeven?’

De christelijke identiteit van de school blijkt tegen te vallen. ‘Ik ben daar tot de conclusie gekomen dat als het christelijke alleen op de gevel staat, het voor mij geen meerwaarde heeft. Toen de school op zondag ging meedoen aan de Wateringseveldloop, heb ik mijn directeur daarop aangesproken. Zijn antwoord was dat daar nu eenmaal behoefte aan was. Natuurlijk kun je ook op zo’n school iets betekenen als christelijke leraar. Ik heb bewondering voor mensen die daarvoor kiezen. Maar voor mij voelde het als vechten tegen de bierkaai.’

Stevig zijn

Veel korter dan gepland, zit Alberdine thuis. Een vriendin uit haar Haagse PKN-gemeente belt. Op de Koningin Beatrixschool, midden in de Schilderswijk, zoeken ze per direct een invaller. ‘Ik ben gegaan, al had ik er niet zo’n positief beeld bij. Ik had verhalen over agressiviteit gehoord. De eerste dag was ook heel pittig. Ik kreeg een term naar het hoofd geslingerd die ik echt niet durf te herhalen. Dan sta je wel te kijken: oké, gaat dat hier zo? Ze proberen je hier wel uit. Ik moest leren om heel stevig te zijn. Met respect, maar veel duidelijker dan in Moerkapelle of Wateringseveld.’

Toch worden de zes invalweken verlengd, en uiteindelijk zelfs omgezet in een vast contract. ‘Je krijgt ook zóveel van deze kinderen terug. Al heel snel voelde ik een sterke liefde voor ze. Ik ontdekte: de kinderen die de grootste mond geven, schreeuwen het hardst om aandacht en liefde. Er zitten er hier vanuit meer dan dertig verschillende etnische achtergronden. Soms nog maar net in Nederland. Ze hebben een klein sociaal netwerk, wonen dicht op elkaar, kunnen niet zo makkelijk naar buiten. Anderen leven juist grotendeels op straat. Vaak is armoede hier oorzaak van veel problemen. Een simpele knuffel kan al zoveel voor deze kinderen betekenen.’ Op de Beatrixschool zijn de leerkrachten kerkelijk meelevend en missionair bewogen, vertelt Alberdine. ‘Dat is echt te voelen. Er heerst een bepaalde sfeer, een zekere mate van rust. Mensen die vanuit de wijk de school binnenkomen, proeven een bepaalde vrede. We hebben een open toelatingsbeleid. Toch zijn we echt een christelijke school. Op het schoolplein zie je veel moeders met een hoofddoek. We hebben heel veel moslimkinderen. Christelijke kinderen vormen in sommige klassen een absolute minderheid. Toch luistert iedereen naar het Bijbelverhaal. De kinderen respecteren het volledig dat we christelijke liederen zingen. Ze accepteren dat we over de boodschap van de Bijbel in gesprek gaan’.

Kerst en Pasen

Zoals Alberdine als jonge studente op de reformatorische pabo door een toelatingsgesprek heen moest, voert de Beatrixschool ook toelatingsgesprekken. Zowel met sollicitanten als met geïnteresseerde ouders. ‘Ouders moeten weten en respecteren dat we christelijk zijn. Ze tekenen daar ook voor. We vieren Kerst en Pasen. Onze missie is dat elk kind hoort over de Heere Jezus. En natuurlijk bidden we voordat de lessen beginnen. Misschien vouwen niet alle kinderen hun handen of sluiten hun ogen, maar iedereen weet dat het moment van het gebed gerespecteerd wordt.’ Er is weleens gedoe over ontstaan, maar het waren islamitische ouders die zich hun handtekening herinnerden en het voor de school opnamen. ‘We hebben echt een goede plek in de wijk. Ouders kiezen voor ons, omdat ze normen en waarden zien die ze zelf ook belangrijk vinden. Ze begrijpen dat we als christenen geen water bij de wijn doen – dat doen ze zelf thuis ook niet. Dat we zo met elkaar kunnen omgaan, heeft direct met respect te maken. Als ik met kinderen over het Bijbelverhaal praat, heb ik ook aandacht voor kinderen die iets vanuit hun eigen islamitische of boeddhistische levensovertuiging naar voren brengen. Dat mag. Die ruimte moet er zijn.’

Niet klakkeloos

Elkaar in waarde laten, is niet alleen nodig voor het onderling respect, maar ook een kans voor het leren. ‘Het is juist de diversiteit die op onze school tot echt en mooi gesprek leidt. De kinderen luisteren op een andere manier naar mijn Bijbelverhalen dan ze in Moerkapelle deden. Die wisten al wat er kwam. Hier willen ze heel concreet weten wat ze eraan hebben en vragen zich af of het klopt met wat ze thuis hebben geleerd. Ze nemen het niet zomaar klakkeloos aan. Toch is er soms een heel mooie uitwerking. Laatst kreeg ik een appje van een moeder die thuis nooit iets doet aan het geloof. Haar nichtje lag in het ziekenhuis. Of we met de kinderen voor haar wilden bidden.’

Op dit moment geeft Alberdine les in een taalklas. Samen met een onderwijsassistent heeft ze zestien kinderen van 8 tot 12 onder haar hoede; allemaal nog maar kort in Nederland. Een even grote taalklas is er voor kinderen van 6 tot 8. Voordat deze kinderen instromen in reguliere klassen, zijn ze eerst intensief met het Nederlands bezig. Ook daarna blijven taalachterstanden regelmatig een stempel drukken op de resultaten van de Beatrixschool. ‘Over het algemeen liggen de scores heel anders dan in Wateringseveld’, realiseert de juf van de taalklas zich. ‘We doen veel voor kansengelijkheid, en goede scores zijn belangrijk voor een school. En toch houd ik vol dat onderwijs meer is dan dat. Juist hier.’ De Beatrixschool is een unieke school op een bijzondere plek. Anderen kunnen iets leren van de ervaringen die daar worden opgedaan, vindt Alberdine. ‘Respect tussen verschillende etnische en godsdienstige achtergronden is bij ons iets vanzelfsprekends’ geeft ze aan. ‘Natuurlijk is er hier ook wel eens sprake van groepsvorming, vooral als er te veel kinderen vanuit eenzelfde achtergrond in één klas zitten. Maar over het algemeen weten kinderen wat het is om in een minderheidspositie te zitten. Ze leren op een goede manier om te gaan met verschillen. Samen ga je daarbij door leermomenten heen. Bijvoorbeeld in de discussie over George Floyd en het politiegeweld in de VS. Het is goed om er aandacht voor te hebben dat racisme voor veel kinderen bij ons op school iets heel bedreigends is. Maar ik geef ze geen gelegenheid om in de slachtofferrol te kruipen. Zij zitten ook te lachen als ze op het jeugdjournaal iemand met een Twents accent horen.’

Vergeving

Leermomenten zijn er op de Beatrixschool te over. ‘Het respecteren van vrouwen bijvoorbeeld. Sommige kinderen krijgen vanuit hun eigen achtergrond niet als vanzelf mee dat een juf net zoveel respect verdient als een meester. Met name oudere jongens willen dat nog weleens laten merken als ze boos zijn. Maar bij ons is respect veel meer dan fysiek afgedwongen respect.’

Een bijzonder leermoment deed zich voor toen er een fiets gestolen was. ‘Ik had al door dat een paar jongens uit mijn klas er iets mee te maken moesten hebben. Ze kregen zelf ook door dat ik ze in de peiling had. Ineens stond de fiets weer op het plein. We hebben er toen in het bijzijn van de wijkagent met deze jongens over door gesproken. Thuis hadden ze er misschien genadeloos van langs gekregen. Bij ons was er ook plaats voor boosheid en straf. Maar de nadruk lag op vergeving en opnieuw beginnen. Heel praktisch geef je kinderen zoiets mee vanuit het christelijk geloof. En dat blijft heel belangrijk voor ons. We realiseren ons dat het heel goed mogelijk is dat ze na groep 8 niets meer over Jezus horen.’

Dit artikel werd u aangeboden door: De Reformatorische School

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 juni 2021

De Reformatorische School | 48 Pagina's

Niet oordelen, wel jezelf durven zijn

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 juni 2021

De Reformatorische School | 48 Pagina's