Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Ds. Labee over: Vijandschap en haat [1]

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ds. Labee over: Vijandschap en haat [1]

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hoe komt het toch dat het ene kind van God meer vijandschap en haat moet ondervinden dan het andere kind van God?

Oorzaak

Er zijn meerdere vragen binnengekomen rond ‘vijandschap en haat’ die we op deze en de volgende achterpagina aan de orde willen stellen. Eigenlijk zijn de beide woorden nauw aan elkaar verwant! Het bittere woord ’vijandschap’ kunnen we verdelen in ‘vijand’ en ‘schap’. Het eerste is afgeleid van het oude woord ‘vijen’ dat ‘haten’ betekent. ‘Schap’ is afgeleid van ‘scheppen’. Letterlijk is vijandschap dus het ‘scheppen van haat’.

Voor we er iets over schrijven, moeten we wijzen op de óórzaak van vijandschap en haat. Ons gebed is dat de Heere geve dat al onze lezers er persoonlijk door Gods Geest aan ontdekt mogen worden. Van nature zijn wij na Genesis 3 allen ‘kinderen des toorns’ die ‘geneigd zijn God en onze naaste te haten’ (HC Zondag 2, antwoord 5). Wat een ernst: mensen die geschapen zijn om God te loven en Hem en onze naaste lief te hebben zijn ‘haters’ geworden. Dat is precies het tegendeel van de hoofdsom van Gods heilige wet: ‘Gij zult liefhebben den Heere uw God met geheel uw hart en met geheel uw ziel en met geheel uw verstand. Dit is het eerste en het grote gebod. En het tweede, aan dit gelijk, is: Gij zult uw naaste liefhebben als uzelven. Aan deze twee geboden hangt de ganse Wet en de Profeten’ (Matth. 22:37-40).

Sinds we - in ons verbondshoofd Adam - satan toevielen, zijn we allen vanuit de wortel van ons ‘vleselijke’ bestaan ‘haters’ van God en van onze naaste. De apostel Paulus, die het persoonlijk ook zo heeft moeten leren, schrijft aan de gemeente te Rome: ‘Daarom dat het bedenken des vleses vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich der wet Gods niet; want het kan ook niet’. Onderwijzend en huiveringwekkend is daarbij kanttekening 22 op dat woord vijandschap: ‘Dat is, vijandelijk gezind tegen God; niet dat de vleselijke mens altijd voorheeft God te haten als een vijand, maar omdat hetgeen waarin hij een behagen heeft, Gode vijandig en hatelijk is, en hij zichzelven daardoor hatelijk maakt voor God’.

Onderscheid

Als nu een ‘vleselijk’ kind van Adam wordt gemaakt tot een ‘geestelijke’ mens, dan is dit het geheim: de vijandschap die God naar Zijn welbehagen zette tussen satan en het Vrouwenzaad. In de moederbelofte horen we daarvan: ‘En Ik zal vijandschap zetten tussen u en tussen deze vrouw, en tussen uw zaad en tussen haar Zaad; Datzelve zal u den kop vermorzelen, en gij zult Het de verzenen vermorzelen’. Wat een wonder als nu een zondaar van onder de wet gebracht wordt onder de genade! Afgesneden van de eerste Adam en ingeplant in de laatste Adam. Dan begint eigenlijk de ‘haat’ van de wereld. En die ‘wereld’ kunnen soms eigen huisgenoten zijn of collega’s en zelfs Avondmaalgangers. De Zaligmaker spreekt van die haat: ‘Indien gij van de wereld waart, zo zou de wereld het hare liefhebben; doch omdat gij van de wereld niet zijt, maar Ik u uit de wereld heb uitverkoren, daarom haat u de wereld’ (Joh. 15:9).

De maat van die haat is inderdaad zeer verschillend, voor zover wij dat kunnen bezien. Mozes heeft wat over zich heen gekregen in die lange woestijnreis. En Jozef moest een donkere put in en later mee naar het verre Egypte. Naar het ‘waarom’ van die onderscheiden leidingen van de Heere kunnen we alleen maar gissen. Als een wijze Vader schikt de Heere de een van Zijn kinderen meer haat en vijandschap toe. Laat dít woord van hun oudste Broeder hen vertroosten: ‘Indien u de wereld haat, zo weet dat zij Mij eer dan u gehaat heeft’ (Joh. 15:18).

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 augustus 2020

De Saambinder | 20 Pagina's

Ds. Labee over: Vijandschap en haat [1]

Bekijk de hele uitgave van donderdag 27 augustus 2020

De Saambinder | 20 Pagina's