Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De onvervangbare onderwijzer

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De onvervangbare onderwijzer

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als een vaderlijk onderwijzer geeft de wijze koning Sálomo zijn leerlingen onderwijs. Hij is zelf ook niet zo’n brave leerling geweest (Spr. 5:13, 14), maar met zijn levenswijsheid spreekt hij zijn kinderen en leerlingen gevoelvol toe.

Sálomo weet zich op zijn leerlingen betrokken en noemt hen ‘zonen’. Hij roept de leerlingen op het onderwijs ter harte te nemen en hij heeft ook wijze lessen voor de onderwijzers: ‘Leer den jongen de eerste beginselen naar den eis zijn wegs’ (Spr. 22:6). Het gaat Sálomo om de onderwijzer, de leerling én de lesstof.

In het boek ”Geloof in het onderwijs” gaat het ook over deze drieslag. Vanwege zijn grote betrokkenheid schreef dr. R. Toes dit boek om de voortgaande bezinning op het christelijk-reformatorisch onderwijs te stimuleren. Hij verdeelt zijn boek in drie onderdelen: het tijdloze, het tijdbetrok- kene en het tijdkritische element van het onderwijs. Bij elk element stipt hij drie typeringen aan. In twee eerdere artikelen is al stilgestaan bij twee typeringen die horen bij het tijdloze van het onderwijs, namelijk een visie vanuit de eigen identi- teit en het onderwijzen. In dit slotartikel zal het gaan over de onderwijzer.

Richting en balans

Waar gaat het in het onderwijs om? Staat de onderwijzer, de leerling of de lesstof centraal? Het antwoord op deze vraag geeft richting aan de onderwijsvisie. En er moet een zekere balans zijn tussen deze drie. Sommige orthopedagogen en on- derwijskundigen leggen echter een grote nadruk op de leerling en zetten het kind centraal. Is dat een begaanbare, Bijbelse weg? Wat hebben onze leerlingen nodig in deze wereld vol onzekerheden? Een on- derwijzer die stabiliteit en structuur biedt, maar ook richting geeft.

In ons denken zijn we beïnvloed door de Verlichting en de Romantiek. Daarnaast hebben de roerige jaren zestig voor een enorme omslag gezorgd. De bevrijdings- beweging uit deze jaren ging uit van de maakbare mens waardoor de inhoud van het onderwijs op de tweede plaats kwam te staan. Er ontstond een enorme dwang om uit ieder individueel kind te halen wat er in zit. Leerlingen werden verantwoor- delijk voor hun eigen leerproces. Maar zijn onze leerlingen wel in staat om die verant- woordelijkheid te dragen?

Sommige wetenschappers gaan er vanuit dat een kind met een ‘goed ontwikkelings- potentieel’ wordt geboren. Dat staat in schril contrast met het Bijbelse uitgangs- punt dat onze kinderen in ongerechtigheid geboren en in zonde ontvangen zijn.

Helaas ging deze ontwikkeling, volgens Toes, gepaard met de teloorgang van goed en inhoudelijk onderwijs. Het gezag van en de waardering voor de onderwijzer kwam onder druk te staan. Maar het is juist door opvoeding en onderwijs dat het kind onder Gods onmisbare zegen in staat gesteld wordt zijn eigen persoonlijke en unieke identiteit en talenten te ontwikkelen. De onderwijzer heeft juist een belangrijke taak en daarom verdient de onderwijzer waardering.

Een onderwijzer is gezagsdrager, dat is een principieel uitgangspunt. Het is de op- dracht van de hoogste Gezagsdrager aan de onderwijzer om de erfenis der eeuwen over te dragen op zijn leerlingen. De onder- wijzer doet er toe en er mag middellijk veel van hem of haar worden verwacht. Daarom moet hij of zij goed gekwalificeerd en vak- bekwaam zijn. De onderwijzer heeft zich de lesstof zelf eigen gemaakt en kan van- daaruit de inhoud van de lessen tot leven brengen, kan eenvoudig uitleggen, motive- ren, enthousiasmeren en leert verbanden te leggen. De onderwijzer brengt de basis- kennis bij. Dat begint op de basisschool en loopt door tot de volwassenheid.

Deze kennis moet iedere dag consequent geoefend worden. Uiteraard moet er reke- ning gehouden worden met de leeftijd en eigenheid van de leerling. Zoals de wijze Sálomo het zei: ‘naar de eis zijns wegs’.

Open en vriendelijk

Dit alles vraagt een goede pedagogische grondhouding. Een goede onderwijzer kent de leerlingen, zorgt voor een goede sfeer, schept duidelijkheid en openheid en is vriendelijk en toegankelijk. Een onder- wijsgevende kent het evenwicht tussen de liefde voor het vak en de liefde tot de leerlingen.

De weerbarstige praktijk van elke dag kan echter soms zo heel anders zijn. Dan is er opzien tegen die drukke en bewerkelijke groep. Dan lijkt het werk soms meer een ploegen op rotsen. En wat is er te zien van het gestrooide zaad van het Woord? Dat maakt de onderwijzer afhankelijk en nede- rig. Wie is tot deze dingen bekwaam?

Om het prachtige werk van onderwijzer te mogen doen, is het gebed onmisbaar nodig. Zoals M.M. Natzijl ‘het gebed van een onderwijzer’ aan zijn pabostudenten leerde tijdens zijn schrijflessen:

Maar ik, wie ben ik toch, o Heer’

die kind’ren wel Uw wegen leer

maar zelf daar afdwaal keer op keer.

Dat onze onderwijzers in die afhankelijk- heid het mooie en verantwoordelijke werk voor de klas mogen doen.

(slot)

Reacties: p.kieviet@versluijsschool.nl

Dit artikel werd u aangeboden door: De Saambinder

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 maart 2021

De Saambinder | 24 Pagina's

De onvervangbare onderwijzer

Bekijk de hele uitgave van donderdag 11 maart 2021

De Saambinder | 24 Pagina's