Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Globaal bekeken

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Globaal bekeken

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

In een lezenswaardig themanummer van Protestants Nederland over ‘Herman Bavinck, orthodox calvinist en modern wetenschapper’, schrijft dr. James Eglinton over de vriendschap van Bavinck met zijn studiegenoot Christiaan Snouck Hurgronje. Het is een ‘hechte vriendschap ondanks de grote kloof in geloof en religie’:

In de loop der jaren gingen hun levens in twee zeer verschillende richtingen uiteen: Bavinck vertrok naar Kampen en Amsterdam om daar te doceren en ontwikkelde zich tot een uitnemend dogmaticus. Snouck Hurgronje ging in Duitsland studeren, reisde naar Mekka en werd daarom moslim, omdat die stad verboden was voor niet-moslims. Hij werd zelfs besneden als onderdeel daarvan. Hij woonde jarenlang op Java, waar hij trouwde met meerdere moslimvrouwen en moslimkinderen kreeg. Hij keerde na een aantal jaren terug naar Nederland, waar

Ondanks al deze grote verschillen en achtergronden zijn Bavinck en Snouck Hurgronje regelmatig in contact met elkaar gebleven. Beide mannen hebben het ideaal van de zogeheten ‘kritische vriendschap’ gekoesterd. Zonder zo’n vriendschap, zo stelden zij, heb je alleen maar gelijkdenkenden als gesprekspartners. Maar dan worden je eigen ideeën minder uitgedaagd. Daarom hebben zij elkaars werk regelmatig gelezen en kritisch met elkaar besproken.

Een scherp denker moet in gesprek blijven met iemand in wie hij vertrouwen kan hebben, zonder de eigen veronderstellingen van de ander te delen, zo vond het tweetal. Bavinck heeft ooit hun verhouding beschreven als die van ‘tegenstanders die tevens vrienden zijn’. Hun gesprekken over de islam, de secularisatie, het Schriftgezag en de waarheid van het christelijk geloof laten duidelijk zien hoe groot hun onderlinge afstand was.

In mijn biografie laat ik ook zien hoe Bavinck waarschijnlijk niets wist over het dubbelleven van zijn vriend. Hij kon zich niet voorstellen dat Christiaan moslim werd om Mekka binnen te kunnen komen. Ze waren dus niet even open over alles. Maar toch konden ze uitstekend met elkaar opschieten, tot zelfs aan het eind van hun leven. De dag voor de dood van Bavinck schreef Snouck Hurgronje naar zijn vrouw, Johanna Bavinck-Schippers (1868-1942) dat hij ‘nog geheel onder den indruk was’ van zijn laatste bezoek. ‘Weemoedig, maar stichtelijk tevens. Anders dan vroom heb ik mijn goeden vriend trouwens niet gekend.’


Op 9 april hoop Gijsbert Leertouwer, ambtsdrager in hervormd Dordrecht en redactielid van De Waarheidsvriend, te promoveren aan de VU te Amsterdam. De titel van zijn dissertatie is Democratische legitimiteit in het onderwijsbestuur. Juridische varianten van een educatieve democratie in het funderend onderwijs. Van harte gelukgewenst! Enkele stellingen bij het proefschrift:

• Een democratische rechtsstaat die als kernwaarden vrijheid en gelijkheid zegt te hebben, gaat mank wanneer hij alleen voor het waarborgen van gelijkheid een algemene wet hanteert.

• Dat sommige burgers mogelijk meer kaas hebben gegeten van burgers dan van burgerschap, rechtvaardigt niet de veronderstelling dat het staatsburgerschap in betere handen is bij hen die graag een vorkje prikken in elitaire slow food restaurants.

• Het als risicovol afkeuren van een recht op eigen bubbel, bijvoorbeeld voor een bijzondere school met een strikt toelatingsbeleid, is even begrijpelijk als het verbieden van bubbelbaden vanwege veiligheidsrisico’s.

• In de profielschets voor professionele bestuurders moet niet bovenaan staan het vermogen om leiding te geven aan bevlogen personeel, maar de vaardigheid om met opvliegende burgers om te gaan.

• Om een tekort aan schoolleiders te bestrijden zou de negentiende-eeuwse, aristocratische wettelijke regeling voor de hoofdonderwijzer (‘vrije woning zoo mogelijk met een tuin’) een aantrekkelijk perspectief zijn voor moderne arbeidsvoorwaarden.

• Hoe betrekkelijk de aanduidingen conservatief en progressief kunnen zijn, blijkt uit het feit dat de partijen die al sinds de negentiende eeuw voorstanders zijn van de meest democratische rechtsvorm het democratiseringsstreven vanaf de jaren ’60 het meest hebben tegengewerkt, terwijl de partijen die zich vanaf de jaren ’60 het meest beijveren voor democratisering zich tot op heden het minst bekommerden om de meest democratische rechtsvorm.

Dit artikel werd u aangeboden door: de Gereformeerde Bond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 april 2021

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's

Globaal bekeken

Bekijk de hele uitgave van donderdag 8 april 2021

De Waarheidsvriend | 24 Pagina's