Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Meditatie

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Meditatie

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

En als zij alles voleindigd hadden, wat naar de wet des Heeren te doen was, keerden zij weder naar Galiléa, tot hun stad Nazareth. Luk. 2:39

Geliefde lezer,

Jozef en Maria zijn in Jeruzalem geweest om te doen wat naar de wet gedaan moest worden na de geboorte van een kind. De eerstgeborene moest de Heere voorgesteld worden, want al wat mannelijk is dat de moeder opent, zal den Heere heilig genaamd worden. Hoe wonderlijk zijn toch Gods inzettingen. Hier is de ware Vervulling: Jezus! Nu zien we waarom al die eerstgeborenen onder de wet van Mozes, uit de mensen en uit de beesten, door de eeuwen heen de Heere geheiligd moesten worden. Alles wees naar Hem, Die de Eerstgeborene zou zijn onder vele broederen. Hij Die volmaakt voor de Heere geheiligd, afgezonderd zou worden, namelijk de Zoon des mensen, Jezus.

Maar Jozef en Maria hebben ook een offer moeten brengen om verzoening te doen voor de onreinheid van de kraamvrouw. Daarom kwamen de arme Jozef en Maria het offer der armen brengen: twee duifjes. Hoe duidelijk wordt hier al aangewezen dat Christus als de grote Vervulling van de profetie en als de grote Vervuller van de ceremoniën op aarde is gekomen. Hij moest als Dienstknecht van Zijn Vader onder de wet komen. Maar wanneer de volheid des tijds gekomen is, heeft God Zijn Zoon uitgezonden, geworden uit een vrouw, geworden onder de wet, Opdat Hij degenen die onder de wet waren, verlossen zou, en opdat wij de aanneming tot kinderen verkrijgen zouden (Gal. 4:4,5).

Geliefde lezer, er is een volk dat onder de wet is, dat verlost moet worden. Een volk dat zichzelf onder het juk van de wet gebracht heeft. Ze wandelden in de staat der rechtheid in vrijheid. Daar was de wet geen knellende band of juk waaronder ze verkeerden, maar een lieflijke verbintenis waarin de mens gewillig diende. Maar door onze val in Adam zijn we gekomen onder de wet als een juk. We kunnen de eis van de wet niet vervullen, we kunnen de straf van de wet niet dragen. De vloek van de wet rust op ons. En er is een volk dat daar achter gebracht wordt. Door de ontdekkende werking van Gods Geest komen ze erachter. Ze leren wat die wet inhoudt. Ze gaan zien dat er een Wetgever is, Die ook Rechter zal zijn. Daar wordt het benauwd in de ziel, daar wordt het duister. Daar worden de banden des doods en de angsten der hel ingeleefd. Wel, voor een volk dat zich niet verlossen kan en dat naar het welbehagen Gods verlost moet worden, is deze gewillige Dienstknecht gekomen. Hij is gekomen onder de wet, opdat Hij degenen die onder de wet zijn verlossen zou!

Vervolgens lezen we: Keerden zij weder naar Galiléa, tot hun stad Nazareth. Nazareth was hun stad, de stad waar Jozef en Maria woonden voordat zij naar Bethlehem gingen om daar beschreven te worden. Ze zijn dus teruggekeerd naar de landstreek Galiléa, naar hun stad Nazareth. We lezen in het Evangelie van Matthéüs dat zij vanuit Egypte in Nazareth gekomen zijn. En daar gekomen zijnde, nam hij zijn woonplaats in de stad genaamd Nazareth; opdat vervuld zou worden wat door de profeten gezegd is, dat Hij Nazaréner zal geheten worden (Matth. 2:23).

Het woord Nazaréner is afgeleid van het woord dat ’spruit’ betekent. Zo hebben de profeten gezegd dat Hij Nazaréner, Spruit geheten zou worden. Zie, een Man, Wiens Naam is SPRUITE, Die zal uit Zijn plaats spruiten, en Hij zal des HEEREN tempel bouwen (Zach. 6:12).

Hij zal als een wortel uit de dorre aarde omhoog spruiten. Zo is Zijn woonplaats Nazareth een vervulling van de profetieën. Hij moest naar de profetie in Bethlehem geboren worden, maar in Nazareth als de Spruit voor Zijn Vader opgroeien.

Maar vervolgens blijkt ook dat Hij aan de vernedering en verachting wordt overgegeven. Want Hij moet de stad Davids, Bethlehem, verlaten. In die stad van de koning David was voor Hem geen plaats in de herberg. Hij moest die stad verlaten om in het verachte Nazareth te wonen. Nazareth was een verachte plaats in het Galiléa der heidenen (Jes. 8:23). Galiléa grensde aan de heidense gebieden. Er woonden daarom ook veel heidenen. Ook waren er veel gemengde huwelijken tussen Joden en heidenen. Daarom noemden de Joden ook Nazareth wel Nazareth der heidenen. O, op die heidense grensstad, die heidense grensstreek keken de Joden neer. Dat was geen reine streek in hun ogen. Zij die meenden door het strikt onderhouden der ceremonieën het leven te kunnen verdienen, moesten van dat onreine, met de heidenen vermengde en vervuilde Nazareth niets hebben.

We denken aan de geschiedenis van de wijzen uit het oosten. Ze zijn in Jeruzalem aangekomen en hebben de vraag gesteld: Waar is de geboren Koning der Joden? De overpriesters en schriftgeleerden kenden de Schriften wel zo goed, dat zij konden verklaren dat Hij in Bethlehem geboren zou worden. Maar dat Hij naar Nazareth moest, het verachte Nazareth, dat hebben ze nu niet kunnen verklaren! Dat deze Koningszoon in geen andere weg Koning zou worden, dan door in Nazareth Zijn intrek te nemen, dat hebben ze nu net niet geweten. Ze hebben wel gehoopt dat er een koning zou komen uit het huis van David, die hen van het juk van de gehate Romeinen zou bevrijden. Maar dat er een Koning zou komen Die de Zijnen niet van de gevolgen der zonde, maar van de zonde zelf zou bevrijden, daar waren zij blind voor. Dat daarvoor de vernedering noodzakelijk was, om de schuld der zonde weg te nemen, was voor hen verborgen.

Maar daar moet Gods kind nu ook achter komen. Die man waarin geen bedrog was, Nathánaël, heeft tot Filippus gezegd: Kan uit Nazareth iets goeds zijn? (Joh. 1:47). O, we zullen onze afkomst moeten leren kennen om dat nu te gaan verstaan. We zullen onszelf moeten kennen als onreine inwoners van het Nazareth der zonden. We zullen onszelf moeten leren kennen als dat vermengde volk, dat moet belijden zichzelf vermengd te hebben met de heidenen. Dan alleen zal deze Jezus de Nazarener waarde kunnen krijgen.

De inwoner van Jeruzalem die in een wettische weg nog in leven kan blijven zal het niet verstaan. De inwoner van Bethlehem die zich nog kan beroemen op zijn vorstelijke voorgeslacht zal het niet verstaan. Maar aan de inwoners van de verachte plaatsen van onreinheid, aan dat vermengde, heidense, ellendige en nooddruftige volk, dat ligt onder het juk van de wet, zal Hij Zich bekend maken als de Middelaar Die Zichzelf voor hen wilde vernederen, en dat tot zaligheid van hun zielen. Lezer – waar woont u?

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Meditatie

Bekijk de hele uitgave van donderdag 7 januari 2021

De Wachter Sions | 12 Pagina's