Enkele kanttekeningen bij de volkstelling, die op 31 Mei 1947 te Ooitgensplaat gehouden werd
De gemeente Ooitgensplaat was tijdens de laatste volkstelling' samengesteld uit het gedeelte van die naam, de Langstraat, een gedeelte van Achthuizen en het Hol. Het grootste gedeelte der bevolking woonde in Ooitgensplaat, want daar waren gevestigd 1085 mannen en 1050 vrouwen, welke aantallen in 1879 resp. 705 en 725 waren. In de loop der laatste 70 jaren nam deze groep dus met 50% toe. In de Langstraat woonden in 1947 in totaal 236 personen. In 1879 bedroeg dit aantal 206. In dit gedeelte is de bevolking dus niet zo sterk toegenomen. De grootste groei vertoonde echter het gedeelte van Achthuizen, want in 1879 woonden daar 201 mensen, welk aantal in 1947 tot 528 gestegen was.
De totale bevolking der burgerlijke gemeente telde bij de laatste volkstelling 3156 zielen, die samengesteld was uit 1613 mannen en 1543 vrouwen. De overeenkomstige cijfers uit 1899 waren resp. 2562, 1298 en 1264. Hieruit blijkt, dat de bevolking in de loop van een halve eeuw met bijna 24% is toegenomen. Vijftig jaar geleden woonden in Ooitgensplaat 472 mannelijke en 51 vrouwelijke hoofden van gezinnen, welke aantallen in 1947 682 en 59 bedroegen. Bij de eeuwwisseling werden 9 mannen en 28 vrouwen geregistreerd als alleenwonend, een aantal, dat 1%% der toenmalige bevolking uitmaakte. In 1947 werden in die groep opgenomen 24 mannen en 40 vrouwen, hetgeen overeenkomt met een percentage van ruim 2 van het aantal inwoners tijdens de laatste volkstelling.
In 1899 werd in deze gemeente 523 huisgezinnen van 2 of meer personen aangetroffen. In deze gezinnen waren 1414 eigen-, stief- en pleegkinderen ondergebracht. Een halve eeuw later waren deze cijfers 741 gezinnen met 1609 inwonende kinderen. In deze gemeente blijkt het aantal inwonende kinderen niet zo sterk gedaald te zijn, want in 10 gezinnen kwamen in 1899 gemiddeld 27 en in 1947 nog 22 kinderen voor.
Thans moeten we onze aandacht richten op de samenstelling der bevolking volgens de leeftijdsgroepen. In onderstaand staatje is dit gedaan en zijn de leeftijdsgroepen in procenten aangegeven.
BevoUsingsopbonw van Ooitgensplaat
Leeftijd 31-12-1879 31-12-1930 31-5-1947
0-10 jaar 27.5 23.5 20.6
10-20 jaar 20-30 jaar 20.5 15 21 15 19 15
30-40 jaar 40-50 jaar 15 11 10.5 15 12.5 10 15 12.4 11.5
50-60 jaar 60-70 jaar 8.5 4.5 7.5 5.5 9.4 6.5
60-70 jaar 70-80 jaar 4.5 2 5.5 4 6.5 4.2
80 jaar en
ouder 0.5 1.4
Wij zien ook hier een daling van he percentage der jeugdigen, maar alvorens een conclusie te trekken moeten eerst eens de indexcijfers nagegaan worden. Wij zullen daartoe het jaar 1879 als basis jaar aannemen; reden waarom in onderstaande tabel alle cijfers van dat jaar met het getal 100 aangegeven zijn en aan de hand van die cijfers die der andere jaren bepaald zijn.
Indtexcijfers der bevolking van Ooitgensplaat
Leeftijd 0-10 jaar 31-12-1879 100 31-12-1930 116.3 31-5-1947
0-10 jaar 100 116.3 100.3
10-20 jaar 20-30 jaar 100 100 138.7 139.4 122.4 133.1
20-30 jaar 30-40 jaar 100 100 139.4 155.8 133.1 150.8
30-40 jaar 40-50 jaar 50-60 jaar 100 100 100 155.8 132.5 127.8 150.8 148.0 153.1
50-60 jaar 100 127.8 153.1
60-70 jaar 70-80 jaar 100 100 161.0 277.8 191.7 293.3
80 jaar en ouder 100 153.6 237.0
totale bevolking 100 136.9 133.6
Uit deze cijfers blijkt, dat de totale bevolking in de periode 1930 tot 1947 gedaald is. Deze achteruitgang van 3230 inwoners tot 3156 Inwonenden is nog het gevolg van de evacuatie. Verder merken wij op, dat in 1947 de leeftijds- keren. Ze zullen dan verlost worden van de vijanden die op hunne ziel loerden, verlost worden van de macht van het ongeloof, vertwijfelingen en vreze. Zc zullen verlost worden van de boze aanvallen van de aartsvijand, de duivel, ni wien strikten zij zo dikwijls waren verward. Ze zullen verlost worden van alle zielsduisternissen, waardoor zij m verzoeking kwamen om het lieve Wezen te verdenken en harde gedachten van Hem te koesteren. O, wie zal die veilossing met mond of pen sclietsen, als het logge en wellustige vlees die grote hinderpaal voor het geestelijke leven daar roerloos liggen zal, om nooit meei te ontwaken. Als de verduistering van het verstand, de bekrompenheid van do geest niet meer gevoeld zal worden. Als het smartelijke lichaam met zwakheden en pijnen, niet meer bestaan zal. O, dan zal de aardse tabernakel verbroken worden en de ziel uit dit oud en vervallen huis in de woonstede Gods worden overgebracht, gezet in het volle licht en de eeuwige glorie van die stad, die door de heerlijkheid Gods verlicht wordt en het Lam is hunne kaars.
En om nu de bedrukte Sionieten van de aarde te troosten, zegt Hij hun aan dat hunne verlossing zeer nabij is. De tekst zegt. De omzwevende gevangenen zal haastelijk losgelaten worden, o volk, het zullen geen eeuwen aanlopen, wie weet geen jaren, dat deze verlossing werkelijkheid voor u worden zal. He zal haastelijk geschieden. De Heere zal Zelf haasten als de koornschoof rijp is hem binnen te halen. Zie hoe de nijvere landman zich haast als de tijd daar is om de garven in zijne schuur te verzamelen. Hoeveel meer Hij Die Zelf verlangt Zijn Bruid te mogen omhelzen en haar de volle blijken van Zijne liefde te doen gewaar worden. Hij roept haai toe vanaf de Mirreberg: Zie Ik kom haastelijk en Mijn loon is met Mij.
Volk, wees dan niet ongeduldig. Moet ge Zijn Raad uitdienen op het ziekbed, in armoede, in banden en tegenheden. Hij legt uwe tranen in Zijne fles en telt uw omzwerven. Hij wacht Zelf met verlangen op de tijd dat ge gebracht wordt waar Hij is. Vraagt maar veel met David: Ik ben, o Heer', een vreemdeling hier beneên. Laat Uw gehoon oii reis mij niet ontbreken.
Wacht op die losmaking en zoek u hier los te maken van alles, wat u aftrekt van Dien groten Heere, Die alleen uw harte waardig is. Dan zal de losmaking van de aarde en de uwen makkelijk vallen, want die dienstknechten zijn zalig die op hunnen Heere wachten, opdat, als Hij komt en klopt, zij Hem terstond mogen opendoen. Ds H. groepen van 030 jaar minder toegenomen zijn dan de totale bevolking, teiwijl de groep van 3040 jarigen vergeleken met 1930 gedaald is. Hierbij zullen wij ook wel moeten denken aan gevolgen der evacuatie. Vele jongeren, die waarschijnlijk minder gehecht waren aan de vroegere woongemeente, die z geleden had door de inundatie, keerden blijkbaar niet meer terug, in tegenstelling met de ouderen, die met hechteie banden aan Ooitgensplaat verbonden waren. Desniettemin is de bevolkingsopbouw niet ongunstig te noemen, want het percentage jongeren (tot 20 jaar) bedroeg in 1947 nog 40% van de totale bevolking, welk cijfer in Middelharnis 34 en in Goedereede zelfs 29 bleek te zijn.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 november 1949
Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 12 november 1949
Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's