Het �mirakel� van Weert
Onlangs word in de Zuidelijke Roomse pers met grote ophef gewag gemaakt van de verschijning van de Maagd Maiia aan een jongeman van 18 jaar. Dos Donderdagsavonds per rijwiel van
Dos Donderdagsavonds per rijwiel van eeii kaartavond huiswaarts kerend, werd Lijn aandacht geboeid door een zachte viüuv/onstem. Hij knielde neer bij een boom. Hier verscheen hem de gestalte van de maagd Maria met gekruiste armen en een bloem in haar hand. De gi'S,taite welke in een zee van licht was gehuld, was niet groter dan een halve meter. Zij heeft, volgens het verhaal van de jongeman, hem iets medegedeeld, wat hij nog niet verder mag vertellen. Hem is beloofd, dat zij hem wederom zal verschijnen.
Zodra de geruchten van deze ontmoeting zich verspreidden, heeft deze gebeurtenis grote belangstelling getrokken. Het is voor ons, protestanten, niet zo gemakkeiyk te begrijpen, van hoe grote betekenis in het specifiek Roomse muiden zulk een verschijning wordt geacht.
Het zal de lezer bekend zijn, dat er veihalen van zulke verschijningen in andere landen bekend zijn, zoals in Lourdes (Frankrijk), waar Maria aan een jong meisje Bernadette zou verschenen zijn. Deze plaats is daardoor tot een bedevaartsplaats gemaakt, waarheen jaarlijks duizenden zieke Roomsen zich begeven om genezing van hun kwalen te zoeken.
En nu zal Nederland ook zo „begenadigd" worden?
Het is nog te Vroeg om conclusies te trekken. In Roomse kerkelijke kringen iioudt men zich nog gereserveerd. De jongqman, die heel gewoon zijn werk als schildersgezel weer verricht, heeft immers medegedeeld, dat hem wederom oen verschijning te beurt zal vallen? Wanneer? Dat wéét hö wel, maar hij mag het niet zeggen. Maar hij heeft beloofd dat hij de dagbladen tijdig zal waarschuwen. Want, ge begrijpt het, de Roomse pers' interesseert zich bovenmate voor het geval. Ofschoon du bisschop van Roermond de wens uitgesproken had, dat er voorlopig geen ruchtbaarheid aan gegeven zou worden, heeft men het grote nieuws in grote opmaak bekend geniaakt, zelf in een extra editie.
Maar, als de aangekondigde verschijning (en wel op het aangeduide tyd- ^Up) nu eens uitblijft? Dan wordt het eea moeilijke zaak voor de kerkelijke lioogwaardigheidsbekleders om deze „verschijning" voor echt te erkennen.
De bevolking heeft zulk een kanoniekverklaring echter niet afgewacht. Van heinde en verre is men naar de plaats der verschijning toegestroomd, om te bidden bij de boom, waaraan intussen een Mariabeeld is opgehangen. De korenvelden in de omtrek zijn platgetreden. De boom moest omrasterd worden. Ieder wil zeker een takje van deze ge
Ieder wil zeker een takje van deze gewijde boom hebben. We zullen afwachten of Nederland in Weert een tweede Lourdes zal hebben. Wij hopen het niet. & is reeds afgoderij genoeg in ons land.
Wij kunnen ons nu wel met een ach! en een wee! van deze zaken afmaken. Nutter schijnt het ons, onszelf reken
Nutter schijnt het ons, onszelf rekenschap te geven van deze verschijnselen. God heeft op velerlei wijzen tot de vaderen gesproken, maar heeft tot ons in de laatste dagen tot ons gesproken door de Zoon. Wij zijn gezegend met de volle openbaring van het Woord van God onder de nieuw-testamentische dag.
Daarin openbaart God zich genoegzaam tot onze zaligheid. Het is slechts het boze en ongelovige hart dat op wil klimmen in de hemel en afdalen in de afgrond om daar een openbaring van God na te speuren, terwijl nabij ons het Woord is. Voor deze afwijkingen behoeven wfl niet naar Rome te blikken. Wij kunnen die in eigen kring, ja in
Wij kunnen die in eigen kring, ja in eigen boezem vinden. Dit praktikale, vroom aandoende, ongeloof speurt overal buiten het Woord naar een houvast. Wat bij Rome vorm en gestalte heeft
Wat bij Rome vorm en gestalte heeft aangenomen in het zoeken van steuns«l in overlevering en heiligenverering, in het schepsel, óók in het schepsel van Gods genade — dat kunnen wö in verfijnde zin bfl onszelf terugvinden. De genade in Maria verheerltjkt (immers, zij Vf&s een „begenadigde" onder de Vrouwen) is voor Rome voorwerp van aanbidding. Rome, maar ook wij, zijn geneigd, om wat vrucht is van genade tot grondslag van genade te leggen. En daarmede wordt gelegd een ander fundament dan gelegd is ,nl. Jezus Christus. Als we aan het Woord niet genoeg nebben als grondslag voor ons geloof, dan zoeken wij het bij de afgoden. Wat in Weert gebeurt, is geen aanlei
Wat in Weert gebeurt, is geen aanleiding voor ons, protestanten, om ons tegenover Rome te verheffen, maar maant ons veel eer om ernstig ons nart, ons leven en onze daden te onder- ^peken, en weder te keren tot het „Sola tide" onzer reformatorische vaderen.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 19 november 1949
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 19 november 1949
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's