De krijgstocht tegen de Runder-t.b.c.
Bij de minister van Landbouw is op het ogenblik een plan in studie, om binnen vijf jaar de gehele Nederlandse veestapel vrij van tuberculose te maken. Onderzoekingen hebben uitgewzen, dat 7 procent van nieuwe t.b.c.-gevallen in enige grote ziekenhuizen afkomstig blijken van runder-tuberculose. Deze ziekte treedt onder schoolkinderen daar op, waar de meeste gevallen van runder-tuberculose voorkomen.
Niet slechts voor de volksgezondheid, ook voor het welzijn van 's lands economie is het elimineren van deze ziekte van grote betekenis. De Verenigde Staten van Amerika en Denemarken zijn thans zo goed als vrij van rundertuberculose. Andere landen zijn er na aan toe Indien het aan de minister voorgelegde plan verwezenlijkt wordt, zal ons land over vijf jaar in een zelfde gunstige positie verkeren. Het plan de campagne is op initiatief
Het plan de campagne is op initiatief van de stichting voor de landbouw en met medewerking' van het ministerie door een commissie opgesteld en in samenwerking met de op dit gebied werkzame organisaties vervolmaakt. De centrale gezondheidscommissie voor dieren, die de grootste aanval op de rundertuberculose zal leiden, hoopt spoedig aan het werk te kunnen gaan.
Per jaar zal de bestrijding volgens het plan twintig millioen gulden vergen, waarvan de openbai'e kas en de rundveehouders ieder de helft zouden moeten opbrengen. Gedacht is aan een centrale heffing van 25 cent per 100 kilogram inelk. De totale melkproductie in Nederland bedraagt ruw g'eschat vier en een half milliard liter per jaar, waardoor het veehoudersaandeel in de bestrijding ruimschoots gedekt zou kunnen worden.
Men onderscheidt in de veehouderij ,,reageerders", dat zijn runderen, die „positief" op onderzoek naar tuberculose reageren en „open lijders", welke laatste de haarden van besmetting vormen. Reageerders kunnen open lijders worden. Vandaar, dat men het offensief tegen beide categorieën met kracht wil inzetten. Nauwkeurig onderzoek van alle run
Nauwkeurig onderzoek van alle runderen wordt dus een eerste vereiste. In Nederland bestaan reeds verschillende reactie-vrije bedrijven, hetgeen zeg gen wil, dat de tuberkelbacil daar niet voorkomt. Door de levendige veehandel in den lande — er zijn hier maar liefst 10.000 veehandelaren — blijft echter altijd gevaar voor besmetting bestaan.
Door de veehouders zelve worden dikwijls maatregelen genomen om de gevreesde ziekte te weren. Tuberculose vee is ongeschikt voor export, het vlees wordt bij slachting dikwijls geheel of gedeeltelijk afgekeurd.
Het is voor de boeren dus een bestaamsvoorwaarcJe, onbesmet vee te hebben.
Dit bleek onlangs nog duidelijk, toen Nederland melk kon gaan leveren aan de Amerikaanse troepen in Duitsland. Als voorwaarde werd gesteld, dat deze melk van tuberculose-vrij vee moest zijn. Daarom is toen alle besmette vee van Rozenburg-IJsselmonde weggehaald Dit eiland is thans geheel t.b.c.-vrij en als de voortekenen niet bedriegen, zullen de leveranties, waarover thans met een Amerikaanse commissie onderhandeld wordt, wel doorgang vinden.
De export van vee zal zeker ook bevorderd worden, zodra Nederland een tbc-vrije veestapel heeft, zo menen deskraidigen. Daarom ook achten zij het van het grootste belang, als binnen vijf jaar de laatste „reageerder" verdwijnt.
Het plan de campagne
In het thans aan de Minister voorgelegde „plan de campagne" wordt voorgesteld aan alle melkveehouders, die niet over reactievrije bedrijven beschikken, een korting van twee procent op de inkomsten van de melk te geven. Dit geld zou worden ingehouden door de zuivelfabrieken. Deze twee procent zou dan moeten worden bezien als waarborgsom. Bedrijven met minder dan 10 procent
Bedrijven met minder dan 10 procent reageerders zouden binnen een jaar na de start van de campagne al hun besmet vee moeten opruimen. Binnen twee jaar zou dan het zieke vee van bedrijven met 10 tot 20 procent reageerders verdwenen moeten zijn. Bedrijven met 20 tot 30 procent ziek vee moeten na drie jaar zuiver zijn, die met 30 tot 50 procent binnen 4 jaar en die met een hoeveelheid besmet vee, die meer dan de helft van het aantal runderen uitmaakt binnen vijf jaar. Indien een veehouder in de voor hem
Indien een veehouder in de voor hem gestelde categorie aan de gestelde tijdsnorm voldoet, krijgt hij zijn twee pro cent terug'. Dan is de waarborgsom dus een soort spaarpot geweest. Zo niet, dan komen de ingehouden gelden ten goede aan de tbc-bestrijding.
Het onderzoek naar ziek vee zal per provincie geschieden. De opbrengst van de heffing van een kwartje per 100 kilogram melk zal per provincie besteed worden. Door middel van nauwkeurige tuberculinatie zal de staat van gezondheid van ieder dier worden opgemaakt. Men rekent er op, dat men twee millioen dieren per jaar met tuberculine zal moeten onderzoeken. ledere ,,reageerder" zal een merkteken krijgen. Indien een veehouder besluit zijn zieke dieren buiten de ,,vrije markt" om op te ruimen, dan zal hij hiervoor een vergoeding ontvangen. Van de melkkwartjes en het overheidsgeld, zo berekent men, zou ongeveer 125 gulden per dier, dat buiten vrije verkoop wordt opgeruimd, beschikbaar zijn. Dit geld wordt uitbetaald, indien op een bedrijf met ingang van de staltijd inderdaad uitsluitend gezonde dieren worden aangetroffen.
Indien het plan doorgang vindt, zal de Nederlandse veestapel binnen vijf jaar vrij van tuberculose kunnen zijn. Naar mening van landbouwdeskundigen wegen de redenen van volksgezondheid enerzijds en de belangen van de veeteelt en handel in vee anderzijds zozeer tegen elkaar op, dat zij het half om half dragen der kosten van deze campagne door boeren en publieke kas rechtvaardig achten.
Bestrijding van de vebge- verge levgsziekte lingsziekte in bieten
Voederbietenkuilen of restanten van kuilen kunnen een grote rol spelen by het eerste optreden van de ziekte in bietenvelden. De bladluizen, vergelingsdie de vergelingsziekte verspreiden, kim.nen nl. in deze kuilen overwinteren. Herhaaldelijk is geconstateerd, dat deze luizen in het voorjaar in grote getale voorkomen en zich uit de kuilen naar de in de omgeving liggende bietenvelden begeven. Alle kuilen dienen derhalve zo spoe
Alle kuilen dienen derhalve zo spoedig mogeiyk te worden opgeruimd. De restanten kan men vernietigen door begraven, onderploegen of bedekken in de mesthoop onder mest. Het is niet voldoende om het restant bieten in de schuur te rijden, want daar blijven de bladluizen in leven, vermeerderen zich zelfs sterker bij de hogere temperatuur en kunnen door open deuren e.d. naar buiten komen. De noodzaak van opruimen is uiteraard in het bijzonder aanwezig, indien de kuilen door luizen besmet zijn.
Kuilen die vrij van luis zijn, kunnen rustig blijven liggen. Men controlere ech ter deze kuilen herhaaldelijk. Mochten toch nog luizen geconstateerd worden, dan is het zaak alles snel op te ruimen. Een tijdige en grondige opruiming van de bietenkuilen dient niet alleen het eigen belang, maar helpt tevens mede aan de inperking van deze voor de landbouw zo schadelijke ziekte. Deze waarschuwing geldt niet voor loof- en pulpkuilen, waarin nog nooit bladluizen zijn aangetroffen.
Indien tevens wordt gezorgd, dat niet te laat wordt gezaaid en dat een flink aantal planten per ha blijft staan, dan kan de vergelingsziekte tot een zo laag mogelijk percentage worden beperkt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 5 april 1950
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's