Rondom de Landbouwschool

In tropische hitte hield de Vereniging van Hoofden van Land- en Tuinbouwscholen op 4 Juli haar algemene vergadering te Maastricht. Van heinde en ver waren de collega's opgekomen, velen vergezeld van hun dames. Tijdens onze vergadering hebben de dames een boottocht gemaakt op de Maas, in deze warmte een wel zo aangename bezigheid als vergaderen. Toch heerste op onze bijeenkomst een zeer opgewekte stemming. Alle collega's waren blij met elkaar eens van gedachten te kunnen wisselen, terwijl verscheidene zaken ons onderwijs betreffende uitvoerig werden besproken. Na de vergadering is ons gehele gezelschap officieel ontvangen door het gemeentebestuur van Maastriclit, terwijl we daarna gelegenheid hadden, het prachtige stadhuis, dat tussen 1601 en 1659 gebouwd is door Pieter Post, te bezichtigen.

Voor hen, die het Paleis op de Dam te Amsterdam kennen was enige ovei eenkomst te bespeuren met dit stadhuis, hetgeen niet te verwonderen is, aangezien Pieter Post, een leerling was van Jacob van Campen, de bouwmeester van het Paleis op de Dam. De tweede dag hebben we besteed met

De tweede dag hebben we besteed met eerst onder leiding van een gids van V.V.V. de stad Maastricht te bezichtigen. De gids bracht ons ten slotte in de grotten van de Sint Pietersberg. De E.N.C.I. (de eerste Nederlandse Cementindustrie) heeft concessie, de Sint Pietersberg af te graven om de kalksteen te gebruiken voor de bereiding van cement. Per week wordt door de E.N.C.I. 40.000 ton cement afgeleverd. Een gedeelte van de verschillende gangen heeft de E.N.C.I.. verhuurd aan een champion kwekerij. De gezamenlijk oppervlakte van deze verhuurde gangen bedraagt 40.000 m2 of 4 ha. Aangezien hierin een constante temperatuur heerst van plm. 120 gr C. worden uitsluitend eerste kwaliteit champions geteeld, die worden verkocht voor ƒ 2.50 per kg. Een gedeelte van de wekelijkse productie van plm. 3000 kg wordt in het binnenland geconsumeerd, de rest wordt geëxporteerd. Deze export komt niet voor lionderd procent onze deviezenpositie ten goede aangezien voor de teelt gebruik wordt gemaakt van het Deense ,,broed", dit geeft de beste resultaten. De championteelt heeft plaats in broeiende paardenmest, die door verschillende plaatsen in Nederland wordt geleverd en momenteel f 28.50 per ton kost. Bij een geslaagde championteelt kan gerekend worden op 60 kg champignons per ton mest, terwijl p. .strekkende 5 m voor plm. ƒ 2.50 aan broed nodig is. Dat dit bodrijf van grote betekenis is blijkt wel hieruit, dat 55 arbeiders er dag en nacht werk in vinden. Het plukken bv. heeft altijd des nachts plaats en de oogst wordt reeds in de vroege morgen vervoerd. Het werken in deze grotten schijnt niet ongezond te zijn. Toen we weer buiten kwamen, zagen we een vrouw boontjes plukken, het was Grete Blankerts, die in de grot is geboren en er haar 62 jaar in goede gezondheid in heeft doorgebracht. Haar moeder en grootmoeder, die oolc altijd in die grot hebben gewoond zijn beiden 92 jaar geworden .

Na ons bezoek aan de grotten hebben we per autobus een rytoer gemaalct door het mooiste gedeelte van Zuid-Limburg waarbij wij genoten hebben van de schone vergezichten bij Slenaken, Eperheide en Epen. In Gulpen bezochten we de forellenkwekerij van de Ned. Heidemaatschappij. Hier worden drie soorten forellen gekweelit, nl. de inlandse beekforel; de in 1934—'35 uit Amerika ingevoerde regenboogforel, en de beekridder, die in 1947—'48 uit Polen is ingevoerd.

De eitjes worden kunstmatig bevrucht met de hom en het resultaat van deze kunstmatige bevruchting bedraagt 9591. De ontwikkeling van ei tot forel werd ons daar van a tot z getoond. Op een leeftijd van 8 ä 9 mnd. wordt een gedeelte van de jonge forellen uitgezet in de verschillende beken, ten behoeve van de zoetwatervissers.

In de tot de kwekerij beliorende vijvers zwemmen, altijd in stromend water, plm. 300.000 forellen, die dagelijks tus sen de 500 en 600 kg voer verorberen. Een 60 tot 70.000 forellen worden jaarlijks voor de consumptie aan verschillende hotels afgeleverd; deze hebben dan een leeftijd van 2 tot 2% jaar.

Van Gulpen zijn we gereden naar Margraten, waar we op het oorlogslterkhof eerbiedig de nagedachtenis van de 20.000 Amerikaanse soldaten hebben geëerd, die hier hun laatste rustplaats vonden. Een gezamenlijke lunch in een der vele hotels te Valkenburg was het slot van dit tweedaags samenzijn met onze collega's. Volgend jaar zullen we onze algemene vergadering in Groningen houden.

Het Rijkskabelschip „Poolster"

De Poolster, het Rijkskabelschip, is een klant van de Rotterdamse haven. Een trouwe Idant durven wij niet beweren, want zo zie je hem en zo is liij weer maanden weg, zonder dat iemand weet, wanneer hij terugkomt. Dat is echter geen trouweloosheid aan onze stad, noch van de bemanning, noch van het vaartuig zelf. Dat in- en uitvliegen uit de Coolhaven, waar de Poolster komt uitrusten, houdt verband met het werk: de kabels van de Nederlandse P.T.T.-dienst. Wanneer het in de zomer mooi weer is en er valt niets anders te doen, dan vist het schip onderzeese schatten op en wel in de vorm van verlaten zeekabels, die tussen Domburg en Engeland liggen en reeds vervangen Zijn door een hypermodern type. Dat is een allergenoegelijkst werk voor een landrot, die daar aan boord maar wat rondslentert en zijn tijd doorbrengt met niksen. De bemanning redeneert er wel wat anders over, want als de dreg, die over de zeebodem wordt gesleept, eenmaal beet heeft, wil dat nog helemaal niet zeggen, dat de „zeepaling" is gevangen. Want die zeekabel weegt maar even 10 kg per strekkende meter en wanneer men zich even realiseert, dat die kabel soms op 40 m diepte ligt, moet er toch behoorlijk aan worden getrokken, voor hij boven is. Dan komt pas het gevaarlijke werk van de mannen, die met do werkboot aan de boog van het schip die kabel doorzagen, het ene eind van een boei voorzien en weer in zee laten glippen en het andere eind aan boord laten hieuwen, over een van de boegrollen. Daarachter staat de electrisch gedieven kabelmachine, waar de kabel met een paar slagen omheen wordt gelegd, vervolgens komen de geleidcroUen en daarachter volgt het ruim, waar de paling in wordt opgeschoten.

Een buitenstaander zou zeggen, dat de kous af is, wanneer eenmaal een tamp van de kabel binnenboord is gehaald. Maar zo is het nu net niet. Want in al de jaren, die hij op de zeebodem rust, is er het nodige zand met idem zoveel „gewipte asjes" van de overvarende schepen op komen te liggen, dat er met een trekkracht van totaal 18 ton nog geen centimeter meer binnenbooi-d komt en men moedeloos de zaak maar afzaagt om elders zijn geluk opnieuw te beproeven. Wanneer wij nog vermelden, dat de Poolster, weliswaar een uitstekend en modern ingericht zeeschip — het werd verleden jaar in Groningen gebouv/d — slechts 47 m lang en 7 m breed is, een diepgang heeft van slechts 2.10 m en een vlakke bodem bezit, dan is het duidelijk, dat de jongens aan boord onder elkaar spreken over een „drijvende zeepkist." Want iedere klap van een golf is raak en het hoeft maar een beetje te waaien, of men kan haast niet meer op zijn benen staan.

Kabelvissen is maar „bijwerk'.. Hoofdzaak is het leggen van nieuwe kabels en het repareren van bestaande kabels in de Nederlandse wateren. Vandaar de geringe diepgang. En vandaar ook het ongeregelde verblijf van het vaartuig in onze haven. Het gebeurt vaak genoeg, dat men een karweitje heeft opgeknapt en huistoe vaart, dat onderweg de ra dio-telefoon komt vertellen, dat ergens anders een kabelstoring is opgetreden Dan wordt er niet gepraat over pas.sagieren of zo maar dan gaan de mannen linea recta naar de opgegeven bestemming en doen weer hun werlc. Een beetje wilde vaart in de Nederlandse wateren, ziedaar waar het Rijkskabelschip Poolster van leeft.

Opening van de Jacht

Krachtens een beschikking van üt Ministor van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening, gepubliceerd m de Nederlandse Staatscourant No. 128 van 5 Juli 1950 IS de jacht op de volgende wildsoorten geopend gedurende de da ai achter vermelde tijdvakken-

Klein wild: Patrijzen: van 1 September t.m. ;« December 1950; Fazanten-hanen: van 1 October 1950 t.m. 31 Januari 1951; Fazanten-hennen: van 1 October t.m 31 December 1950. In de Wieringermeerpolder wordt de jacht op fazantenhanen en -hennen een maand vroeger geopend, dus met ingang van 1 September 1950. Houtsnippen: van 1 October 1950 t m 31 Januari 1951. Hazen: van 1 October t.m. 31 Deconi ber 1950; Korhanen: van 1 t.m. 31 Decembd 1950.

WaterwUd:

Alle soorten ganzen, behalve biandganzen, rotganzen en Canadaganzen van 7 Augustus 1950 t.m. 15 Pebruaii 1951. Alle soorten eenden, behalve bergeenden, eidereenden en krooneenden- van 24 Juli 1950 t.m. 31 Januari 1951 (van 24 Juli t.m. 6 Augustus 1950 n, deze jacht slechts geopend van een half uur vóór zonsopgang tot 8 lun en van 16 uur tot een halfuur na zonsondergang.) Watersnippen: van 7 Augustus 1950 t.m. 31 Januari 1951; Goudplevieren: van 15 Octobei' t m 15 December 1950.

Het vangen van alle soorten eenden, behalve bergeenden, eidereenden en krooneenden, door middel van eendenkooien is toegestaan van 7 Augustus 1950 t.m. 31 Januari 1951.

Het vangen van waterwild door middel van netten, waarvan het gebruik is geoorloofd is toegestaan van 7 Augustus 1950 t.m. 15 Februari 1951 in alle provincies ten aanzien van alle soorten ganzen, behalve brandganzen, rotganzen en Canadaganzen en van 15 October tni 15 December 1950 in de provincies Ginning en, Friesland, Drente en Noord Holland ten aanzien van goudplevicren.

In die provincies, waar de zeehor.lt'ii tot het wild zijn gerekend, is de jacht daarop geopend van 1 September 1950 t.m. 30 April 1951.

In geheel Nederland wordt de jacht niet geopend op eenden (ongeacht de soort), die wegens hun onvolledige bevedering niet in staat zijn tot vJiegen, edelherten, damherten, reekalveren (geboren in 1950), dassen, steenmarters, boommarters, otters (waar zij tot wild zyn gerekend) korhennen, zwanen, brandganzen, rotganzen, Canadaganzen, eidereenden, bergeenden, kioon-eenden, duikers, Itemphanen, wulpen, scholeksters, grutto's, tureluurs, meerkoeten en waterhoentjes.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen