In verzoeking
Sedert vijftien jaren bekleedde de heer Dobby, die gehuwd was en voor een gezin met acht kinderen had te zorgen, een betrekking op het kantoor der rrjks- belastingen te Glasgow in Schotland, waarvan hij een jaarlijks inkomen genoot van ongeveer twee duizend gulden. Op een Zaterdagavond tegen het ein
Op een Zaterdagavond tegen het einde van November, heerste er, tengevolge van onvoorziene omstandigheden, een buitengewone drukte op het kantoor. Men had reeds tot kwart over elven onafgebroken gewerkt, toen de directeur, de heer Krabbe, in het lokaal kwam, waar de ambtenaren aan de arbeid waren, en de conciërge gelastte, de kachels nog eens te voorzien. Toen de heer Dobby dit vernam, keek hij even van zijn werk op en zeide op bescheiden toon, maar niet zonder bevreemding: „Over een uur is het Zondag.”
„Welnu, wat zou dat?” antwoordde de heer Krabbe, wien de opmerking blijkbaar niet beviel. Zijn stem een weinig verheffend, liet hij er op volgen: „Heren, dit werk moet noodzakelijk af- gemaakt. Als gij echter te vermoeid zijt, zullen wij te middernacht uitscheiden. Maar dan wacht ik allen morgenochtend om tien uur weer, om de arbeid voort te zetten. Wie op dat uur niet aanwezig is, zal Maandagmorgen zijn plaats door een ander ingenomen vinden, want zulk een ambtenaar zou ik hier niet kunnen gebruiken, maar hem hier of daar een lagere plaats moeten geven.” Geen der beambten vond het geraden
Geen der beambten vond het geraden tegen dit ongewoon bevel in verzet te komen. Dobby ging met een bezwaard hart naar huis. Had hij verkeerd gedaan, door van de Zondag te spreken ? En hoe zou hij morgen doen? Duidelijk kwam het gebod hem voor de geest: „Gedenkt de Sabbatdag, dat gij die heiligt.” Hij nam zich voor de volgende dag niet naar zijn kantoor te gaan. Het volgende ogenblik dacht hij echter weer aan zijn betrekking, die hij verliezen zou, want hij kende de heer Krabbe genoeg om te weten, dat hij aan zijn bedreiging gevolg zou geven. Was het wonder, dat de man in zijn voornemens aan het wankelen werd gebracht? Thuis gekomen, sprak hij tot zijn vrouw met geen enkel woord van hetgeen er was voorgevallen.
Hij begreep, dat zij in dezelfde moeilijkheid zou worden gebracht bij de keus tussen gehoorzaamheid jegens God en verlies van de betrekking, of gehoorzaamheid aan de ontvangen last, waartegen ook zij bezwaar moest hebben. Het was een onrustige nacht voor de heer Dobby, en toen de morgen aanbrak, was hij nog niet tot een bepaald besluit gekomen. De weg naar het belastingkantoor
De weg naar het belastingkantoor voerde langs de kerk, tot welke hij behoorde. In de regel begaf hij zich tegen tien uur daarheen, heden zou hij zich op hetzelfde uur op zijn kantoor moeten bevinden. Nog altijd besluitloos, waarheen hij gaan zou, verliet hij met zijn vrouw en de beide oudste kinderen zijn woning. Toen hij het kerkplein naderde, scheen
Toen hij het kerkplein naderde, scheen het hem toe, alsof er voor zijn ogen het beeld verrees van een gezin, dat van honger omkwam. Zichzelven zag hij daarbij met een versleten jas en gelapte schoenen door de straten lopen om een betere betrekking te vinden, dan de strafpost, waarmede hij bedreigd was, en die niet genoeg opleverde om tien mensen van het nodige te voorzien.
Maar tegelijkertijd gevoelde hij zich gesterkt in het vertrouwen, dat God hem helpen zou, indien hij getrouw bleef in het bewaren van Zijn geboden. Zonder langer te aarzelen, trad hij de kerk binnen en toen de godsdienstoefening was afgelopen, keerde hij met zijn vrouw en kinderen naar huis terug, met de stellige overtuiging in het hart, dat hij zijn betrekking verloren had. Hoewel zijn geweten gerust was, viel het hem niet gemakkelijk de angstige zorg te verzetten, die de gedachte aan de naaste toekomst bij hem moest opwekken. Na andermaal een slapeloze nacht te hebben doorgebracht, begaf de heer Dobby zich de volgende morgen met een kloppend hart naar zijn kantoor. Hij vond er zijn plaats onbezet en er was niemand, die hem ook maar het geringste verwijt deed. Het scheen zelfs of zijn medebeambten, die de vorige dag aan de last van hun chef hadden voldaan, hem met een bijzondere voorkomendheid en achting bejegenden.
De heer Krabbe zag hij eerst des Dinsdags, maar ook deze sprak met geen woord van zijn wegblijven op Zondagmorgen. Men kan zich dus voorstellen in welk
Men kan zich dus voorstellen in welk een dankbare en opgeruimde stemming de heer Dobby die avond naar huis ging.
Zijn vrouw vernam dit voorval eerst een jaar later. Toen had haar man dan ook alle reden om ’t niet langer voor haar verzwegen te houden. Het was in het begin van Mei, toen de inspecteur Reginald Krabbe de belasting-contro- leur Dobby bij zich liet ontbieden. „Mijnheer,” zo sprak hij, „gij hebt zeker gehoord van de plaats, die te Greennock is opengevallen en waaraan een inkomen van drie-en-dertighonderd gulden is verbonden. Zoudt gij lust hebben er heen te gaan, wanneer u deze betrekking werd aangeboden?” „Ik zou geen ogenblik aarzelen deze
„Ik zou geen ogenblik aarzelen deze betrekking dankbaar te aanvaarden, mijnheer, en ik geloof, dat ik mijn plicht zou doen en het vertrouwen, dat men in mij stellen mocht, niet teleurstellen.”
„Ik denk er juist zo over, mijnheer Dobby. En als de verantwoordelijkheid u niet te groot toeschijnt, dan verheug ik mij u de betrekking te kunnen aanbieden. Wij moeten daarvoor een ambtenaar hebben, aan wiens trouw en eerlijkheid niet te twijfelen valt, en ik weet bij ervaring, dat gij een man zijt, op wiens nauwgezet geweten men zich kan verlaten.”
Op die avond veroorloofde de heer Dobby zich de zeldzame weelde, een omnibuskaartje te nemen om zgn vrouw te eerder met de aanstaande overplaatsing naar Greennock in kennis te kunnen stellen. De Heere had alles wel gemaakt. ----- O-----
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 augustus 1950
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 9 augustus 1950
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's