Uit het Kijkvenstetr
liamdverhulzing — Het Regeringsvierslaig — De vreemdeUngschap.
In een nota over de werkgelegenheid heeft de Regering deze zomer de leden van de Tweede Kamer ingelicht nopens de emigratie. De Regering is van oordeel dat indus
De Regering is van oordeel dat industrialisatie in ons land dringend nodig is en tevens de emigratie moet bevorderd worden, daar er anders in de naast Komende jaren grote werkloosheid dreigt. Zolang de wederopbouw direct na de bevr^ding vele arbeiders hier werk gaf, is de emigratie min of meer belet, maar sedert het midden van 1947 is er volle medewerking van overheidswege verleend. De scheepsruimte is ook iets beter geworden nu het Indiëavontuur ten einde liep. Er zgn naar diverse landen vertrokken:
in 1946 673 personen in 1947 7365 personen in 1948 14012 personen in 1949 14020 personen
Inbegrepen alle gezinsleden. Als men nu weet, dat er veel kinderrijke gezinnen vertrekken, dan zegt een aantal van 14000 personen voor de werkloosheidsbestrijding nog niet zo heel veel. Verwacht wordt dat als er voldoende vervoersgelegenheid kan gevonden worden in 1951, alléén naar Australië en Nieuw Zeeland circa 26000 personen zullen kunnen vertrekken. Eigenaardig is, dat mensen, die nog geenszins werkloos waren, gingen emigreren en de eigenlöke werkloze niet wil vertrekken, of niet geschikt is voor de emigratie wegens gezondheid, zijn verleden of gemis aan vakbekwaamheid. Het vertrek van een nog werk hebbende werd dan alleen toegestaan als diens patroon bereid waa In de ledige plaats een werkloze aan te nemen.
Met Frankrijk ontstonden moeilijkheden. Men heeft daar geen industriearbeiders nodig en de georganiseerde boeren aldaar maken bezwaar tegen de overeenkomst van Nederlandse boeren.
Australië en Nieuw Zeeland zijn de enige landen die ook ongeschoolde arlieiders opnemen. Naar Canada vertrokken in 1948 en
Naar Canada vertrokken in 1948 en 1949 6899 en 6856 personen. Naar Amerika 3100 en 2600.
De Regering is voornemens de emigratie nog krachtiger te bevorderen. Dat mag dan ook wel, want wat er tot heden gedaan is zet niet veel zoden aan de dijk in een zo bevolkt land als het onze. De werkloosheid is, vergeleken met verleden jaar, weer met 50% toegenomen. Misschien zullen de oorlogstoebereidselen hier te lande op de werkloosheid een gimstige invloed hebben; overigens kan oorlogsbedrijvigheid geen welvaart scheppen.
Er is in dit alles tweeërlei aspect. Velen verlaten manmoedig het land om zich door hard werken elders een bestaan te verwerven, mede ziende op hun kinderen. Zij trekken vol moed er op uit. Anderen, die door weinig of geen banden hier gebonden zijn, gaan ook gemakkelijk weg. Maar er zijn er toch ook, die de noodzaak voelen om heen te gaan, doch die veel liever in hun vaderland zouden willen blijven. Voor hen is het heengaan zwaar; zij scheiden wellicht voor goed van hun familie, hun land, hun kerk. En zij weten dat zij ginds toch vreemdeling zullen blijven, omdat hun hart te veel aan Holland hangt. Het jonge geslacht zal er dan wel inburgeren. Dat gehecht zijn aan zijn geboortegrond is een edele trek. Het wijst op een bewust leven in gebondenheid aan de plaats en taak die God ons gaf. Het is immers geenszins toevalligheid dat wij hier en niet elders wonen. En zo is er dan ook iets smartelijks in als wij van onze omgeving worden losgemaakt om in verre landen in een gans andere samenleving ons brood te zoeken.
Jaren der vreemdelingschappen! Jacob wist er ook van, hg telde honderd ea dertig zulke jaren, zo zeide hij tot Farao. En de dagen zgner jaren waren Weinig en kwaad. Men zegt, dat hij met dat „kwaad" zichzelf bedoeld heeft. Dat zou heel goed kunnen zijn. En David klaagt in Ps. 119: Ik ben êen vreemdeling hier benêen, laat Uw geboön op reis mij niet ontbreken! Kijk, dat hoort er nu heus bij. Want ons aller leven is een reis, een pelgrimage, een woestrjnreis. Maar vinij dragen er zo geringe kennis van. Leer ons onze dagen tellen, dat w^j een w^s hart bekomen.
De ganse aarde is de mens gegeven. Wij mogen zeker emigreren. Een ieder zie evenwel toe wat hij doet. Want bij een rijke boterham in het nieuwe land kon wel eens komen een magere ziel. Soms verstoken van de middelen der genade, (waarop wij hier te lande dikwijls zo slordig zijn.) Wie over heengaan denkt, denke vooral ook daar aan.
De kerken onderhouden relatie met diverse streken om zoveel mogelijk gelijkgezinden bij elkander te doen wonen. Dat 13 prijzenswaard. Want de mensen zijn krachtens scheppingsdrang op elkander aangewezen. Sociaal georiënteerd. En dat geldt óók van ons geestelijk leven, dat geldt óók in de kerk. Omdat de kerk uit mensen bestaat. Ben je nu geheel eenzaam in de wijde Canadese landouwen en krijg je daar een ademtochtje van Boven, dan kan je de ouderen er' niet zo gemakkelijk bijroepen, naar Ps. 66: Komt, luistert toe, gij Godgezinden, gij die den Heere van harte vreest
Ga uit Uw land en uit Uw maagschap. Het beste is als wij er een duidelijke aanwijzing toe krijgen. WAARNEMER.
Bromfietsen niet meeir in de autobuizen der Maastunnel
De Hoofdcommissaris van Politie te Rotterdam maakt bekend, dat gebleken is, dat het verkeer in de autobuizen van de Maastunnel ernstig in gevaar gebracht en belemmerd wordt door de aanwezigheid van rijwielen met hulpmotoren. In verband hiermede zal het van heden af verboden zijn met dergelijke voertuigen de hoofdrijbanen van de Maastunnel en de op en afritten daarvan te berijden. Dit verbod zal aan het begin dezer wegen worden aangegeven.
Berijders van rijwielen met hulpmotoren kunnen gebruik maken van de rijwielpaden van de Maastunnel. In verband met het ontbreken van een speciale ventilatie mogen de motoren daar echter niet worden gebruikt, zodat men de voertuigen door trappen moet voortbewegen.
Telegrammen naar OostIndonesië
Het is weer mogelijk telegrammen naar geheel OostIndonesië te verzenden. De kantoren te: Amboina, Dobo, Ge
De kantoren te: Amboina, Dobo, Geser, Larat, Namlea, Neira, Banda, Piru, Saparoea, Saumlaki, Tepa, Tual, Wahaai en Wonreli zijn echter nog niet telegrafisch bereikbaar.
Men dient er rekening mede te houden, dat de telegrammen aan ernstige vertraging onderhevig kunnen zijn. O GIFT VAN PRINSES WItHBLMINA
Gift van prinses wiThblmina aan hebv. kerk van gabderen
Prinses Wilhelmina heeft aan de commissie van de kerkvoogdij van de Ned. Herv. Kerk te Garderen een gift geschonken voor de stichting van een verenigingsgebouw.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 september 1950
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 september 1950
Eilanden-Nieuws | 12 Pagina's