De Openbare onderwijzers en de Chr. B.L.O.-school
De schoolstrijd is nog niet uit, al kwam in 1920 de zgn. Bevrediging tot stand. De palstaanders voor de Openbare School zorgen er wel voor, dat hij voortduurt, zij het met andere middelen. Zo is ook de strijd rondom de Chr. B.L.O.-school te Middelharnis weer een episode in de geestelijke worsteling om de ziel van de kinderen van ons volk.
Het zijn met nanae de openbare onderwijzers, die zich hierbij geducht weren en in het bijzonder de voorzitter en secretaris van de afdeling der Ned. Oud Vereniging, de heren Van Nimwegen en Dirkx, van wie algemeen bekend is, dat zij fanatieke strijders zijn tegen het Chr. onderwijs. Nu de Chr. B.L.O.-school gestart is en blijkt, dat al hun pogingen om door middel van een zgn. compromia-school een specifiek christelijke school onmogelijk te maken mislukt zijn, hebben zij in enige publicaties in de „Flakkeese Nieuwsbode" en in „Het Schoolblad" (landelijk orgaan der iST.O. V.) hun opgekropt gemoed gelucht en in bewoordingen, die blijk geven van felle antipathie tegen het chr. onderwijs en zijn dienaren, hevige aanvallen gelanceerd op de stichters, vergezeld van een aantal beweringen, die zo de plank mis zijn, dat het mij gewenst lijkt, daarop nader in te gaan.
In een „Ingezonden" in de „Flakkeese Nieuwsbode" van 1 Dec. zeggen zij, dat aan deze schoolstichting een „onverkvnkkelijke voorgeschiedenis" verbonden is. Ik heb deze van het begin af meegemaakt, maar kan verklaren, dat het onverkwikkelijke blijkbaar alleen aan Openbare zijde bestaat. Dat de heren de illussie hebben gehad het Chr. onderwijs voetstoots bereid te vinden in een compromis-school samen te werken met R.- Katholieken en vrijzinnigen, van welke laatsten nu weer ten duidelijkste de mentaliteit blijkt t.o.v. de Chr. School, is alleen een bewijs van weinig begrip voor onze overtuiging, dat wfl nu eenmaal, zolang er mogelijkheid van eigen schoolstichting bestaat, niet minder dan integraal Chr. onderwijs geen genoegen nemen. De Chr. Scholenbond als zodanig heeft dan ook nimmer besloten aan een compromis-school mede te werken. In genoemd stuk en vooral ook in een artikel in „Het Schoolblad", dat kennelijk door het afd. bestuur van Plakkee is geïnspireerd, wordt herhaaldelijk beweerd, dat wö afgegaan zijn op een advies van Prof. Wateriak, waarvoor wordt verwezen naar een artikel in „Trouw" van genoemde hoogleraar. Ik kan verklaren, dat Prof. Waterink niet onze speciale adviseur is geweest. Alleen wtjs ik erop, dat het .standpunt van d« Schol«nbond: „geen compromis school" algemeen gehuldigd wordt in onze kringen; dat het als vanzelfsprekend beschouwd wordt en werd door de Schoolraad, door het Hoofdbestuur der Vereen, van Chr. Onderwijzers, door prominente persoonlijkheden op het gebied van het Chr. Onderwijs, w.o. oo Prof. Waterink en dat er derhalve onder ons in dit opzicht een communis opinio bestaat, veroorzaakt door een gemeenschappelijk beginsel. De bewering, dat de Chr. B.L.O.-
De bewering, dat de Chr. B.L.O.- school op de „subsidiejacht" moest, kinkt uit de mond van „openbare" heren wel wat vreemd. Deze mensen zijn immers gewoon alle financiële zaken betreffende hun scholen en heel veel andere dingen volledig af te wentelen op de Staat! Vadertje Staat moet voor alles zorgen. En als dan het bestuur van een Chr. B.L.O.-school, dat in staat bleek een financiële basis te scheppen voor zijn school, waardoor deze desnoods geruimte tijd zonder subsidie zou kunnen werken, poogt zo spoedig mogelijk deze te verkrijgen, ten eerste ,omdat er een recht op bestaat als aan de voorwaarden is voldaan en ten tweede, omdat er nog genoeg uit eigen middelen bekostigd zal moeten worden, dan durft men daarop af te geven. Laat het openbaar onderwijs eerst eens tonen evenveel over te hebben voor eigen school als in de loop der jaren door de voorstanders van het Chr. onderwijs is geofferd.
Voorts zegt genoemd bestuur, dat „Eilandennieuws" misleidende voorlichting geeft, als het, beweert, dat de school subsidie ontvangen zal als zij meer dan 35 leerlingen telt. De heren menen, dat het best mogelijk is, dat de school de subsidie dan toch niet krijgt en vermoedelijk is hun hoop op de Minister gevestigd, die deze weigeren kan. Dat hangt, zeggen ze, van nog heel andere factoren af. Intussen hebben zij het Kon. Besluit van 28 Dec. 1949 blijkbaar slecht gelezen, want daarin staat duidelijk, (art. 3 lid 2) „dat de Minister alleen bevoegd is de aanvrage te weigeren op grond van de ontoereikendheid der beschikbaar gestelde middelen." Dit betekent, dat de Minister van O.K.W. alleen afwijst, als de post op de Rijksbegroting voor B.L.O. uitgeput is. Me allerlei „factoren" heeft dat dus niets te maken. En we kunnen ons niet voorstellen, dat er voor alle openbare en bijzondere B.L.O.-scholen boven 35 wèl geld zou zijn en alleen voor die op Plakkee niet. Wat echter het allermeest de toom
Wat echter het allermeest de toom van het bestuur der afd. heeft opgewekt, is het feit, dat het hoofd der Chr B.L.O.-school, „de ongeëvenaarde vrijmoedigheid" heeft, ook leerlingen der Openbare scholen te willen testen. Men gaat daarbij uit van de gedachte, dat het Chr. onderwijs de 35 leerlingen niet kan leveren en derhalve het Op. Onderwijs voor de subsidie moet zorgen. Om met het laatste te beginnen, het is nu wel gebleken, dat er voldoende leerlingen op onze Chr. scholen zijn, wier ouders bereid waren, ze naar de B.L.O.- school te sturen. Dat is niet verwonderlijk; als men het vermoedelijk percentage debielen op Flakkee (4) neemt van het aantal leerlingen der Chr. scholen (1900), dan komt men tot een cijfer, dat meer dan 2 maal zo hoog is als het subsidie getal 35. Ik stel dus allereerst vast, dat het Chr. onderwijs zelf voor voldoende leerlingen kan zorgen en vervolgens, dat het aantal leerlingen, dat de school op de eerste teldatum (30 Nov.) had, bewijst, dat een compromisschool voor ons absoluut niet nodig is geweest. Ik ben dan ook dankbaar, dat ik steeds, ook op een kritiek moment, de standvastigheid heb ontvangen om een compromis te verhinderen. Wat nu het testen door dhr Groene
Wat nu het testen door dhr Groeneveld betreft, persoonlijk zou ik het voorlopig niet gevraagd hebben, daar ik de reacties, zoals die gekomen zgn, heb verwacht. Maar afgezien daarvan, vind ik het zeer natuurlijk, dat de Chr. B.L.O. school ook opengesteld wordt voor debielen der Openbare scholen, wier ouders niet zo fanatiek zijn als de leerkrachten. Ons wordt verweten in de diverse artikelen, dat wtj welbewust het „hebt uw naaste lief als uzelve" met voeten treden en dat wij het standpunt huldigen: Ben ik mijns broeders hoeder? Wij menen echter juist door de stichting ener Chr, B.L.O.-school het allerbeste te kunnen geven aan alle kinderen, nl. he Evangelie van Jezus Christus. Mochten er ouders zgn, die beslist niet willen, dat hun kinderen godsdienstonderwijs ontvangen, dan moeten deze op grond van art. 7 lid 2 van bovengenoemd K.B. da.arvan worden vrijgesteld. Ik vraag me dus af, wat voor bezwaar er nu nog kan bestaan om ook kinderen van Op scholen erheen te zenden. Er is evenwel nog een andere kant
Er is evenwel nog een andere kant aan deze zaak. Waarom mogen de directeuren van de 4 neutrale scholen in Middelharnis (H.B.S., A.S., Landbouwschool en Huishoudschool) wel aan de hoofden der Ohr. scholen vragen, of zij leerlingen hebben voor genoemde inrichtingen en waarom mag het hoofd der Chr. B.L.O.-scbooI dit niet bij de hoofden der Openbare scholen? Dat verschil ontgaat mij ten enenmale. Misschien omdat de neutrale scholen bruikbaar ztjn voor aUen en de Christelijke slechts voor geestverwanten? Geen sprake van. Ook de zg. neutrale scholen hebben hun geestelijk cachet, dat het best getypeerd wordt met het woord humanistisch. Zoals de Chr. School de exponent is van het Calvinisme, is de Openbare School het opvoedingsinstituut van het humanisme, al kan door plaatselijke en personeelsomstandlgheden het karakter wat variëren. Zo moet men de situatie op onderwijsgebied zien. En dan is het volkomen duidelijk, dat de houding der Chr schoolhoofden, die elk jaar hun leerlingen klaarmaken voor bovengenoemde 4 centrale scholen — omdat er nu eenmaal van elk type slechts één bestaat — scherp afsteekt tegen de boycot van de Chr. B.L.O.-school door de Op. hoofden. Ik wil dan ook wel zeggen, dat deze mentaliteit er alleen toe kan leiden, dat de voorstanders van Chr. onderwijs te meer gestimuleerd zullen worden op alle gebied voor een eigen schoolvorm te ijveren. We kunnen niet op alle punten in
We kunnen niet op alle punten ingaan, die in de scholen van openbare zijde naar voren worden gebracht. We halen er nog slechts enkele uit. Er wordt gezegd, dat dhr Groeneveld leer- Ihigen „ronselt." Volgens Groot-Van Da- Ie betekent dit werkwoord: „werven" inzonderheid met de gedachte, dat dit met list of geweld of voor de vijand geschiedt". Ik geloof, dat uit deze definitie wel heel duidelijk het beledigend karakter van deze uitdrukking blijkt, zoals die door de heren gebruikt wordt. Evenmin als bv. de directeur der neutrale Ambachtsschool leerlingen „ronselt" op de Chr. Scholen, evenmin doet dit dhr Groeneveld op de Op. scholen. Het geschiedt uiteraard op volkomen legale wijze door overleg met ouders en onderwijzers. Dat de openbare leerkrachten vrijwel unaniem hun debiele leerlingen welbewust op de Lagere School houden, moeten zij verantwoorden. Uit antipathie tegen de Chr. School beroven zij deze kinderen van het voor hen geëigend onderwijs en berokkenen hen derhalve grote geestelijke en maatschappelijke schade. Het mooiste van alles is echter, dat zg nu verklaren, geen debielen te hebben! Hoewel dhr Wepster bij zijn onderzoek op de Op School te Middelharnis 4% debielen vond, is er nu blijkbaar slechts 1! Een dergelijke methode zullen we maar niet nader kwalificeren. En dan beweert het bestuur der N.O.V. nog, dat het advies aan de ouders gegeven wordt „naar eer en geweten." Men had beter kunnen schrijven, dat het advies uitsluitend is gebaseerd op de wens, de Chr. B.L.O.- school financieel onmogelijk te maken. Nu dit pogen totaal is mislukt en ook apriori mislukken moest, zullen nochtans de adviezen „naar eer en geweten" 'wel blijven geïnspireerd door de gedachte: geen leerlingen naar een op godsdienstige grondslag gebaseerde school, want godsdienst is opium of vergif voor de kinderen (alzo sprak ook Karl Marx, de vader van het socialisme). Intussen zien we hieruit weer, hoe „neutraal" de openbare onderwgzers zgn.
De redactie van het „Schoolblad" doet in fanatisme voor het Flakkeese afd. bestuur niet onder. Schrijvende over de „subsidiejacht", stelt zg voor deze tekst of spreuk op de Chr. B.L.O.-school te zetten: „pecunia non olet" oftewel „geld stinkt niet." Dat durven mensen te schreven, die met hun scholen steeds voor 100% op de staats- en gemeentekas gedreven hebben.!
Wat tenslotte de kwestie betreft van het „revolutionnaire advies", daarover zal ik kort zijn. Ik heb het bewuste artikel niet geschreven, dus kan ik de verdediging aan anderen overlaten. Het betreft hier een probleem, dat allereerst de gemeentebesturen moeten oplossen. „Het Schoolblad" gaat heftig te keer tegen burgemeester Rijnders en Weth. Van der Brugge en meent, dat deze hun boekje te buiten zijn gegaan, terwijl de Colleges van B. en W. van Middelharnis en Sonunelsdijk niets anders hebben gedaan dan h\m schoolhoofden erop gewezen, op zuiver paedagogische gronden, dat zij hun medewerking moeten verlenen, wanneer ouders hunner debiele leerlingen deze kinderen wensen te sturen naar de enige school op het eiland, die voor hen geschikt is.
Dit is precies hetzelfde als wanneer het bestuur ener Chr. school zijn personeel, ondanks principiële bezwaren, versajekt kinderen op te leiden voor de Rgks H.B.S., omdat deze tenslotte de enige instelling is op het eiland voor Middelbaar Onderwas. Dit is zo vanzelfsprekend, dat wij niet vermogen in te zien, dat de B. en W.'s hier enige blaam treft. Z\j waren integendeel geroepen, hier in te grgpen en genoodzaakt dit te doen, toen bleek, dat de belangen der debiele kinderen op de openbare scholen ondergeschikt werden gemaakt aan de antipathie tegen de Chr. B.L.O. school. Alles bijeengenomen, leert heel deze strgd om het debiele kind ons weer bij vemieuvring, dat de oude antithese der beginselen nog niet dood is ondanks alle doorbraak-geleuter en dat een compromis op schoolgebied niet alleen principieel fout, maar ook practisch onmogelijk is. VAN ECK.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 13 december 1950
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 13 december 1950
Eilanden-Nieuws | 8 Pagina's