Vervolg Raad Middelharnis
een voorstel van Ged. Staten, tot herziening; van de gemeentelijke indeling op het eiland Goeree en Overflakkee. Naar A.R.opvatting moeten gemeenten levende gemeenschappen zijn. Deze worden niet gevormd door wetten, doch komen uit het leven vanzelf op. De wetten behoren te sanctionneren, dat is een historisch groeiproces. Grenscorrecties behoeven daarmee niet
Grenscorrecties behoeven daarmee niet in strijd te zijn, integendeel, deze moeten zich daarbij aansluiten.
Het voorstel van G.S. gaat daarvan niet uit. Het wil opleggen wat in de bevolking niet leeft, wil dwingen wat zich niet als gemeenschap voelt.
Dit is dan ook het principieel verwerpelijke in de gedachtengang van G. S. We ontkennen niet, dat ingrijpen niet noodzakelijk kan zijn. We noemen daarvoor het verwaarlozen der gemeentelijke taak of de onmacht daarto«.
Dit is hier nergens het geval. G. S. hebben dit ook niet aangetoond. Op blz. 2 van het rapport staat: Tot de voornaamste problemen kunnen worden gerekend: oplossing woningnood, verkeersprobleem, rioleringswerken enz. Dat G.S. door opsomming van al deze dingen tot de conclusie komen, dat deze dingen door samenvoeging op te lossen zijn, toont mijns inziens tekort aan inzicht. Dat door samenvoeging bo vengenoemde problemen niet opgelost worden, kunnen G.S. toch zelf begrijpen Ik geloof dat elke gemeente, hoe klein zij zelf is, voldoende stuwkracht bezit, om uit te voeren wat ze kunnen en zodoende bestaansrecht heeft.
G.S. weet toch, dat oplossing woningnood berust op bouwvolvunetoewijzing? dat elke gemeente doet wat maar enigs zins mogelijk is, om tot verbetering der volkshuisvesting en daaraan verbonden krotopruiming te komen. Dat de technische diensten der ge
Dat de technische diensten der gemeenten na de oorlog niet in staat waren alle achterstand uit de oorlog op te nemen, is zeer begrijpelijk. Dat door inschakeling van het Streekbureau voor de Wederopbouw, wat ook opgelegd is, zo veel opgelost is, dat dat bureau zoveel lof moet worden toegezwaaid, is mij niet duidelijk. Mijns inziens is daardoor zoveel gecentraliseerd, dat men door het gehele land een practisch één type woning ziet.
Dat door samenvoeging van gemeenten, de straten in de oude dorpskernen niet worden vergroot, waardoor de verkeersproblemen zouden kunnen worden opgelost.
Hoe komen G.S. erbij, om samenvoeging te bepleiten voor de riolering, daar de gemeenten kilometers uit elkaar liggen. Wat zou alles op die wijze moeten kosten? Een gezond financieel beleid, zal bij alles toch ook in het oog moeten worden gehouden. En zo zou men kunnen doorgaan.
Verder zijn er toch ook vele raadsbesluiten geweest, die de goedkeuring van G.S. niet konden verkrijgen. Samenvoegen van gemeenten, tegen de volkswil, zou in dit democratisch zich noemende Nederland, toch wel zeer ondemocratisch zijn.
Alf er onderling geen samenwerking mogelijk was, zou er wat voor te zeggen zijn, doch thans leven de gemeenten, elk afzonderlijk, in een goed federatief verband. Staan alle op ongeveer het zelfde peil, hun historie vrijwel even oud is en zie op een sfeer van samenwerking in EMGO, Gas en Waterleidingbpdrijven. Middelharnis en Sommelsdijk maken
Middelharnis en Sommelsdijk maken een groeiproces door. In de beste harmonie vi^erken zij samen. Ongetwijfeld zouden sdmmistratie en beleid vereenvoudigd worden door samenvoeging. Een vereenvoudiging, die veel kapitaalsuitgaven zou vorderen en goede samenwerknig zou doen overslaan in verscherpmg van de dorpstegenstelllngen. Het komt mij voor, dat G.S. hier onrijpe vruchten willen plukken. De laatste tientallen jaren groeien de
De laatste tientallen jaren groeien de bevolking van Middelharnis en Sommelsdijk steeds meer naar elkander toe. Evenmin als een geforceerd huwelijk het geluk bevordert, zal een geforceerde samenwerking dit bewerkstelligen. De A.R.fractie zou op basis van vrijvnlligheid bereid zijn tot samenvoeging van beide gemeenten. Nu Sommelsdijk een verantwoord gemeentebeleid voert, algemeen de samenvoeging verwerpt en in de grootste eensgezindheid met Middelharnis werkt aan de oplossing van gemeenschappelijke problemen, verklaren wij ons tegenstanders van een gedwongen samenvoeging.
We achten het onjuist, om Stad tegen haar zin, in te lijven bij een grotere buurgemeente, waarmee zij geen eenheid vormt. De suggestie van de Commissie om
De suggestie van de Commissie om een deel van de Lieve Vrouwe Polder met een gedeelte van de Tille pn de Nieuwe Stadse Polder van Middelharnis af te nemen en bij Stad aan het Haringvliet te voegen, heeft niet onze instemming. Bovendien ook Stad wenst de gren
Bovendien ook Stad wenst de grenzen tussen Stad en l\rit^delharnig ongfwijzigd te houden en dus dit grondgebied aan Middelharnis t.; laten. In deze geest heeft de Rpad van Stad zich blijkms een zojuist ca'.vangen telefonisch bericht met algemene stemmen uitgesproken. Naai onze mening dient de zelfstan
Naai onze mening dient de zelfstandigheid van Stad te worden gehandhaafd met inachtneming van de bestaande grenzen. In deze geest wijken het gemeentebestuur van Stad en van ons af van het rapport der commissie. Mijnheer de voorzitter, de A.R.fractie staat dus met de genoemde kleine reserve achter het gefundeerde rapport der commissie. We verwachten van G.S. nu een zakelijke gedachtenwisseling over onze diepgewortelde opvatting. We rekenen op een openlijke discussie, hoewel de wet daartoe niet verplicht, doch welke nodig is tot bestendiging van het vertrouwen in de objectiviteit van G.S. Ik eindig met het slot van het rapport. Wanneer het College van G.S. thans naar de stem van Flakkee zou willen horen en de hierboven ontwikkelde plannen zou willen bestuderen en overnemen, zou de vrede en de eensgezindheid bestendigd blijven en de beste bestuursvorm worden verkregen.
Objectief bezien De heer v. d. Waal (P.vjd.A.) zeide, wij zijn van mening, dat we de nieuwe plannen van G.S. tot samenvoeging objectief dienen te bezien, en in de eerste plaats hebben aan te nemen, dat het nieuwe voorstel afkomstig is van het gehele college van Ged. Staten, die geacht worden de taak van provincie en gemeenten volkomen te behartigen. Wat nu de samenvoeging aangaat het volgende, deze is mogelijk op drie verschillende manieren:
Ie door aimexatie; 2e door vrijwillig samengaan van één of of meer gemeenten; 3e door oplegging van de Overheid.
Van annexatie nu is bij geen der gemeenten sprake zodat dit punt buiten beschouviring kan blijven.
Wat het vrgwillig samengaan betreft moet men helaas constateren, dat hier vooralsnog geen symptonen zijn waar te nemen, die een vrijwillig samengaan bevorderen.
Men zal er dan ook goed aan doen deze onwil meer te bezien uit een politiek oogpunt, dan wel de wil te komen tot grotere éénheid met vanzelf grotere en betere mogelijkheden voor de bevolking.
Een gelukkige omstandigheid daarbij is echter, dat de Raad van Middelharnis in zijn geheel er van overtuigd is dat samenvoeging van deze beide gemeenten een juiste oplossing zou zijn, waardoor diverse problemen gemakkelijker zouden kimnen worden opgelost, terwijl daarnaast enkele diensten efficiënter zouden kimnen gaan werken.
Blijft dua over de 3e mogelijkheid of wel oplegging door de Overheid.
Met het verschijnen van het telegram waarin Ged. Staten meedelen dat zij het wetsontwerp met de memorie van toelichting intrekken is door de rechtse raadsleden een motie voorgesteld en aangenomen, waarin wordt geëist, dat nu de samenvoeging geheel van de baan behoorde te ziJn. Tegelgk met deze motie was er een motie v. d. Meide hetwelk beoogde, dat zo Ged. Staten opnieuw met voorstellen zouden komen er eerst contact gezocht zou worden met tot oordelen bevoegde mensen van Flakkee. Bij het behandelen dezer motie heb ik
Bij het behandelen dezer motie heb ik de verwachting uitgesproken, dat de voorstellen van G.S. opnieuw zouden worden voorgelegd, hetwelk is bewaarheid geworden. Zodat het geen door mij is voorgesteld, de motie v. d. Meide te verkiezen boven die nu is aangenomen, beter ware geweest.
Nu ook dit niet is gebeurd, en we dus zonder meer wederom geplaatst staan voor een nieuw wetsontwerp, zonder dat Flakkee hierin enige bemoeienissen heeft gehad, wat wellicht mede een gevolg is van de absolute onwil der Flakkeese bevolking om zelfs het meest voor de hand liggende te accepteren geloven wtj voorz. te kimnen volstaan met datgene wat door ons in de vergadering van Aug. 1949 is opgemerkt, nl. dit: dat wij voorstanders zijn, om tot opheffing van de gemeente Middelharnis te komen, om op te gaan in een groter geheel dan achtten wij dit verantwoordt omdat de dan te vormen grotere gemeenten meer mogelijkheden biedt om haar taak op betere wijze te verrichten.
Hangen moet barbertje toch'. De heer Koippelaar zeide: wij zijn het geheel eens, met het rapport „Flakkee's Verweer," dat zeer juist wijst op de smaad, onze eilandbewoners aangedaan. Wat wij destijds vreesden en ook in deze raad hebben uitgesproken, is geschied, het ontwerp met een gematigde Memorie van Toelichting is terug ont vangen
vangen Doch, mijnheer de voorzitter, of Barbertje nu met een pakje aan, waarop men vele kladden geworpen heeft naar de galg wordt geleid of in een Zondags nieuw pakje, het resultaat is hetzelfde. „Hangen moet Barbertje toch!" In het telegram stond vermeld, dat de Memorie door nog niet geheel verklaarde oorzaken een vorm en inhoud had gekregen, die nadere overweging behoefde.
Destijds was dus de oorzaak al gedeeltelijk verklaard, doch is zij nu al geheel opgehelderd. Hierover missen wij een antwoord. Wie zijn de adviseurs gewieest?
Hoe men het ook neemt, G.S. zijn en blijven verantwoordelijk voor hetgeen destijds geschreven is. Door het terugnemen van de Memo
Door het terugnemen van de Memorie van ToeUchting heeft gelijk Flakkees Verweer terecht schrijft, het ontwerp zijn recht van bestaan verloren. Het opnieuw ingezonden ontwerp, heeft evenmin als de vorige keer onze instemming.
Wij zijn en blijven tegen samenvoeging, wanneer deze niet plaats heeft op basis van algehele vrijwilligheid. Er heerst op Plakkee een geest tot samenwerking, die vrij gerust tot voorbeeld durven stellen.
Door onvrijwillige samenvoeging vrezen wij, dat aan deze goede geest afbreuk zal worden gedaan, inplaats dat er Iets door verbeterd wordt. Door beleidvol overleg kan zeer veel bereikt worden en een ingrijpende samenvoeging is daartoe in het geheel niet van node.
Daarom wijzen wij voor Middelharnis een opgelegde samenvoeging met Sommelsdijk, Stad aan 't Haringvliet of Nieuwe Tonge, geheel van de hand. Moet de grens hier of daar worden gecorrigeerd, dan zgn wij vanzelfsprekend daar niet tegen, wanneer het met overleg geschied.
Samenwerking met Sommelsdijk achten wij meer gewenst, dan een gedwongen samenvoeging tegen de wil der bevolking. Wat betreft Stad aan 't Haringvliet
heeft Middelharnis geen enkel belang. Wij verlangen geen grondgebied van Stad aan 't Haringvliet en zien oOk geen enkele noodzaak waarom Stad aan 't Haringvliet grondgebied van Middelharnis zou eisen.
Wat dit punt betreft zijn wij het met de grenzen, aangegeven op de kaart van „Flakkee's Verweer" niet eens. De bewoners van de Weel behoren tot Middelharnis en z(jn op Middelharnis aangewezen ook.
M. de V., het is niet uit een zucht om bij voorbaat een nieuw voorstel af te vrijzen, maar omdat G.S. in gebreke zijn gebleven, op doelmatige gronden verbeteringen aan te geven, die bij de huidige zelfstandigheid niet verkregen kimnen worden, dat wjj ook dit tweede ontwerp moeten af wtjzen en tegen stenxmen.
V<yor samenvoeging Mevr. van Groningen (P.v.d.A.) zei ongeveer het volgende: Toen ik het rapport van de commissie kreeg viel mij allereerst de titel op! Ik was van mening, dat het een objectief rapport geweest zou zijn en niet uitsluitend verweer! Ik meen ook, dat bij de bespreking over het voteren van gelden tot bestrijding der onkosten van dit rapport afgesproken werd dat het oordeel van een deskundige, van een socioloog gevraagd zou worden. In het rapport is daarvan niets te vinden! Dan wil ik mij, hoewel het het gehele eiland aangaat, uitsluitend bepalen bij Middelharnis, Sommelsdijk en Stad. Wat Flakkee's Veiweer aangaat wordt daarin geschreven dat samenvoeging absoluut tegen de wil van de bevolking zou zijn. Dit is m.i. maar ten dele juist! Ik geloof dat het grootste deel van de bevolking er totaal onverschillig tegenover staat en dan is een groot deel zeker en absoluut voorstander, waarmede toch ook wel rekening gehouden mag worden. Dat de gevolgen dagelijks aan de lijve gevoeld zouden worden, lijkt mij zeer overdreven. Ik zou niet weten in welk opzicht. Op dezelfde blz. schrijft F.W. dat de bewoners van Stad zouden moeten lopen of fietsen om het secretarie te bereiken. Maar ik geloof dat een hulpsecretarie in Stad geen unicum zou zijn. Als alle bezwaren zo eenvoudig op te lossen waren, zou het eenvoudig zijn.
Onderhoud van de Stadse haven zou achterstaan bij dat van de haven van Middelharnis. Dit getuigt van weinig vertrouwen in het toekomstige college van raadsleden.
Niemand zal kunnen ontkennen dat Middelharnis en Sommelsdijk feitelijk één zijn, niet alleen wat de ligging aangaat, maar ook economisch. De bevolking is al sinds jaren vermengd, zodat van een aparte volksgeest in beide gemeenten geen sprake zou zijn. Er wordt nogal eens beweerd dat een echte Sommerdieker nooit een Menheersenaar kan worden, maar dat is volstrekte onzin. Nog nooit heb ik vernomen, dat iemand in S'dijk niet aarden kan in M'harnis of omgekeerd. Grote nadruk wil ik leggen op het kerkelijke en cultureel leven in de twee dorpen. Het eerste vloeit al sinds jaren volkomen ineen en terzake het tweede is er geen vereniging of instelling, welks leden niet uit beide gemeenten komen. Zang en muziekvereniging, gym, voetbalclub enz. enz., zowel S'dijkers en M'harnissers gevoelen er zich in thuis en zijn eensgezind voor hun ver. Samenvoeging is er op dit terrein reeds. Samenvoeging der gemeenten zou het alleen nog stimuleren. En ook voor het jeugdprobleem lijkt mij samenvoeging gewenst. Waar twee de schouders onder zetten, in plaats van één, daar wordt het lichter. Indien bv. in iedere gemeente gelden
Indien bv. in iedere gemeente gelden worden gevoteerd door sportterreinen, voor een jeugdgeboaiw en deze gelden niet of nauwelijks voldoende zijn, welnu, leg dan het geld bij elkaar en de zaak komt gemakkelijker tot een oplossing. Zo is het in vele opzichten.
Ik ben het volkomen met G.S. eens dat van een grotere gemeente meer bestuurskracht uitgaat. Na samenvoeging komen er nieuwe verkiezingen, het aantal raadsleden wordt drastisch verminderd, zij worden als het ware geselecteerd. Of zijn de heren tegenstanders soms bang voor hun zetel? Politiek mag m.i. geen rol spelen. Alleen het gemeentebelang mag gelden. Nogmaals, gezamenlijk de schouders er onder!! M. de V., het is daarom dat ik niet anders dan voor samenvoeging kan zijn! Aldus mevr. van Groningen.
Tegenstrij dig Weth. Vroegindeweij (A.R.) vond, dat de gemeenten beter zelfstandig kunnen blijven. In grote gemeenten lopen de zaken niet beter. Van Flakkee getuigde spr., dat er geen streek in Nederland is, die zoveel vooruitgang te zien geeft. Eerst zei G.S. dat de burgemeesters onbekwaam waren en in de tweede memorie, worden zij zeer bekwaam genoemd, zodat er ook in de burgemeesters van het eiland voortuitgang valt te bespeuren. (Hilariteit). Voorts was spr. ook tegen samenvoeging, in verband met de moeilijke financiële omstandigheden van 's lands schatkist.
Er waalt een frisse wind Weth. V. d. Brugge (A.R.) was het opgevallen, dat de voorstanders zich niet hadden uitgesproken over het karakter van hun eigen gemeente. Spreker stelde zich tegen de bewering van dit vrouwelijk raadslid, mevr. v. Groningen, en meende dat men niet moet gaan tomen aan het zelfbeschikkingsrecht van de gemeente, temeer daarna de bevrijding hoe langer hoe meer een frisse wind is gaan waaien.
Volgens spr. heeft de politiek niets met deze zaak te maken. Mevr. v. Groningen gleed schijnbaar uit, toen zij liet voorkomen, alsof het om een zetel ging. Wij willen wel samenvoeging, maar niet onder dwang. Sommelsdijk en Stad gevoelen niet voor samenvoeging en dat behoort men te eerbiedigen. Men moet een vrijwillig samengaan afwachten. G.S. doen daarom onverstandig om dit groeiproces te gaan onderbreken. De heer Kleingeld (P.v.d.A.) was het opgevallen, dat de voorgaande sprekers niet uitgingen van het standpunt van Middelharnis, maar dat van de omliggende gemeenten. Spr. voelde er veel voor om van Flakkee één gemeente te maken, want een grotere gemeenschap geeft voordelen, omdat zij daardoor een grotere kracht krijgt. Vervolgens viel spr. Flakkee's Ver
Vervolgens viel spr. Flakkee's Verweer aan, t.a.v. het verwijt jegens het Streekbureau. Dhr Kleingeld deelde mede, dat het aan dit bureau te danken is, dat het Goereese hoofd herbouwd werd. De heer v. Eek stelde vervolgens een
De heer v. Eek stelde vervolgens een motie voor, waarin de samenvoeging werd verworpen en waarin ook werd af gezien van een grensvrijziging met Stad of andere plaatsen.
Burgemeester Rijnders bracht dan eerst het voorstel van Ged. Staten in stemming, hetgeen met 8 stemmen tegen en 3 stemmen voor werd verworpen. Voor waren Mevr. van Groningen en de heren Kleingeld en v. d. Waal, alle leden van de P.v.d.A. Dan volgde het voorstel van Eek. Dit werd aangenomen. Tegen waren
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 31 maart 1951
Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's