Uit het Kijkvenster
Schande voor ons Nederlandse vollt. — Misstan^isn in kampen voor politieke delinquenten.
Het vijfde deel van de parlementaire enquêtecommissie over het regeringsbeleid 1940—1945 is verschenen. Het is niet louter en alleen een geschiedenisboek, waarin men alleen maar met de buitenkant van het gebeuren tijdens de oorlogsjaren in aanraking komt — het is een boek over mensen, belangrijke staatslieden, die ieder op hun wijze getracht hebben het Vaderland in de moeilijkste periode te dienen. Het geeft ook weer wat er tijdens de oorlog in de Nederlandse ministerraad is besproken, het werpt licht op het Militair Gezag en uit daar critiek op, zodat het in veel opzichten een boeiend en belangwekkend boek is.
Maar er staan ook minder verheffende dingen in. Dingen, die laten zien, hoe ver ons volk in de 5 jaar bezetting gedegenereerd is. De misstanden in de kampen voor politieke delinquenten, worden er ten voeten uit in getekend, zó, dat men zich bij het lezen moet afvragen: hoe is het mogelijk? Spraken we schande van de terreur der Nazi's, hier blijkt uit, dat de beestmens ook onder de „goede" Nederlanders voor de dag gekomen is. Dat is niet tot onze eer, maar tot schande van ons Nederlandse volk.
We zullen hier eens een staaltje afdrukken hoe het er soms naar toeging. Het loopt over hetgeen zich in de Harskamp afspeelde, vlak na de bevrijding. Terzake werd gehoord de Aalmoezenier W. H. Arts, die medio Augustus 1945 in dit kamp kwam en daar werkzaam was, totdat dit kamp werd opgeheven. Deze heer Arts vertelde, dat er heel wat schietpartijen geweest zijn, die alle grenzen te buiten gingen. Wij citeren.
„Wanneer de gedetineerden het kamp binnenkwamen, zeiden de bewakers soms — dat staat onherroepelijk vast — „Ik neem die dieje en jij de dieje". Of: ,,Wij zullen ze nog eens laten springen" (van de vier meter hoge toren), of: „Wij zullen ze nog eens laten lopen." En dan gingen ze gewoon op de barakken schieten.
Toen hebben zij ook die Geurts doodgeschoten, die mijnwerker; dat was toevallig niet zo'n erg slechte; die is heel mooi gestorven; die heeft allen vergiffenis geschonken. Een van de verpleegsters heeft toen tegen getuige Arts gezegd: „Ik vind het een schande, dat die mensen geestelijke bijstand krijgen." De heer Arts heeft daarop geantwoord: „Zij hebben mij geroepen en het is mijn vak om hen allemaal te helpen, evenals het jouw vak is om hen te verplegen." Zij zei toen: „Onze jongens in Duitsland hebben dergelijke geestelijke bijstand niet gehad."
De heer Arts kent dit gesprek precies van buiten; dat heeft 'n ontzettende indruk op hem gemaakt; die man lag ontzettend te kreunen, toen hij stierf; de kogels maakten van die eigenaardige capriolen. Die man lag vreselijk te schreeuwen en daarom zei zij: „Hoor die man eens lekker schreeuwen, dat doet mij erg goed". De heer Arts heeft daarop gezegd: „Je moet eens goed in de Bijbel lezen, niet alleen aan de buitenkant, maar ook aan de binnenkant". Zij zei nog: „In elk geval ben ik blij, dat het zo gaat',. En zij vervolgde: „Moet die man ook in de hemel komen?", waarop de heer Arts heeft geantwoord: „Neen, daar komen alleen jij en je collega's." Na twee uur is die man gestorven; later kwamen zijn vrouw en kinderen; toen is hij plechtig begraven in de Harskamp."
Zo zijn er meer zaken, die door de parlementaire enquêtecommissie voor het voetlicht worden gebracht. Is het geen schande voor ons Nederlandse volk? Het blijkt wel, dat bij de B.S. allerlei laagstaande lieden zijn verdwaald geraakt, maar ondertussen is het toch maar gebeurd. Als we dezelfde methoden er op na houden die de bezetter toepaste, dan zijn we geen haar beter en dan is het juist dat daar met alle scherpte en felheid tegen wordt geprotesteerd. Het zal niet gemakkelijk vallen om na zes jaar dit alles nog uit te zoeken, maar de daders van zulke practijken dienden toch te worden gestraft.
Het is niet in de lijn van het grote gebod: God lief te hebben boven alles en onze naaste als ons zelf. Integendeel, het is onmenselijk en wreed. Als de remmen los zijn, ziet men waar men toe komen kan. Maar dan gaat het ook de ondergang tegemoet. Want, gerechtigheid alleen verhoogt een volk, maar de zonde is een schandvlek der natiën. WAARNEMER.
Zondagsdiensten Artsen.
Van Zaterdag 16 Juni v.m. 13 uur t.m. Maandag 18 Juni v.m. 9 uur MiddelhomisSonunelsdfjk: Afwezig de artsen P. Knöps, Tj. Kuipers en J. J. Wieringa. Voor spoedgevallen C. F. Arends,arts, Telef. i, Middelharnis.
DiikslandHerldngenMeliasant: Afwezig dr P. Boot. Voor spoedgevallen G. Huisman, arts, Telef. 1512, Melissant en B. Elvé, arts, Telef. 262, Dirksland. Oost Ftaltkee:
Oost Ftaltkee: Afwezig de artsen P. J. de Man, G. J. Buth en C. W. Kramers. Voor spoedgevallen P. C. J. Voogd, arts, Telef. 59, Oude Tonge en E. Bouman, arts, Telef. 19, Stad aan 't Harin^vhet.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 16 juni 1951
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's