Een Centraal Archief voor Goeree-Overflakkee is noodzakelijk
Brand zou veel historische stukken kunnen verwoesten
Zoals wij in een kort verslag hebben meegedeeld, is op 19 Juni onder auspiciën van De Flakkeesche Gemeenschap een vergadering belegd, waar Mr Hommes, Prov. Inspecteur van het archief wezen voorlichting heeft gegeven inzake een goede ordening van archieven en ook inzake de bewaring daarvar. Helaas moest hij vaststellen, dat daarvoor geen finantiële steun van de Overheid is te wachten, waarom dit alles uit eigen middelen moet geschieden. Dit is een groot bezwaar, daar voor een Centraal-archief voor al de plaatsen op ons eiland eeii zeer groot kapitaal benodigd is. Men heeft nu in onderzoek in hoever de totstandkoming mogelijkheden bevat. Mr Hommes heeft op deze vergadering een zeer belangrijke rede gehouden, die we in gedeelten zullen weergeven. Voor Polder- en ook voor Kerkbesturen valt er uit te leren, van hoe grote waarde de oude paperassen voor onze historie zijn.
Wat IS een are hief?
Wat is eigenlijk een archief en waarom wordt dit bewaard? Als Provinciaa Inspecteur van de gemeente- en waterschapsarchieven, eerst in Overijssel en sedert een viertal jaren in Zuid-Holland is mij wel gebleken, dat hiervoor nog vreemde begrippen heersen.
Wanneer we de definitie van de Vereniging van Archivarissen nemen die in 1898 werd opgesteld, zo luidt deze: Een archief is het geheel der geschrevene getekende en gedrukte bescheiden, ex officio (d.w.z. ambtshalve) ontvangen bij ai opgemerkt door enig bestuur of een zgner ambtenaren, voorzover deze bescheiden bestemd waren onder dit bestuur of die ambtenaar te blijven berusten. Dat wil dus zeggen, dat een archief
Dat wil dus zeggen, dat een archief maar niet een willekeurige verzameling losse stukken is, maar iets, dat langzamerhand groeit in organisch verband. Archiefstukken ontstaan dus nooit om hun zelfswil, maar altijd omdat een administratie ze nodig had. Ze zijn dus op zichzelf geen historische documenten bi hun ontstaan, maar dienen in de eerste plaats de administratie. Dit laatste belang vermindert voor de meeste stukken na verloop van tijd en dan kunnen ze van historisch belang worden. Toch kunnen oudere stukken van be
Toch kunnen oudere stukken van belang bUjken voor de administratie, die ze bewaard heeft. Als voorbeeld wil ik noemen een polder, waarin een fabriek gevestigd is, die jaarlijks een bepaald bedrag betaalde aan het bestuur, buiten de polderlasten, Toen er een nieuwe directeur kwam, zag deze op de betalingsdatum deze som en niemand wist te vertellen, waarvoor dit eigenlijk was, waarna de directeur de verdere betaling weigerde. De polder moest toen onderzoeken, op welke grond de betaling gebaseerd was. Uit een archiefstuk kon worden aangetoond, dat op deze grond in 1680 een grondrente was gevestigd, en nu zat er voor de directeur niets anders op, dan jaarlijks voort te gaan met te betalen.
We kunnen dus wel vaststellen, dat ook het belang van het bestuur medebrengt, dat zijn archief goed wordt bewaard en te raadplegen is. Het tweede belang is het historische, dat echter voor de oudste stukken prevaleert. Ik wil hier opmerken, dat het woord
Ik wil hier opmerken, dat het woord archief ook nog in ruimere zin wordt gebruikt nl. als gebouw. Onze oudste archieven zijn over het
Onze oudste archieven zijn over het algemeen in de steden te vinden. Deze kregen verschillende privilegiën, en ze bewaarden deze zuinig. In Amsterdam had men bv. de ijzeren capel in de Oudekerk, waar deze bewaard worden. Andere steden hadden een ijzeren of met ijzer beslagen kist met twee verschillende sloten. De kist kon dan slechts geopend worden, wanneer er twee personen tegelijk waren, ieder met de sleutel van een slot, zodat zij elkaar in de gaten moesten houden, dat er niets uitgenomen kon worden zonder controle. Of Goedereede, dat in 1312 stands
Of Goedereede, dat in 1312 standsrecht kreeg, ook zo'n ijzeren kist heeft gehad, weet ik niet, maar het is wel waarschijnlijk. Door de goede zorgen zijn er nog ta
Door de goede zorgen zijn er nog tamelijk veel oude gemeentearchieven bewaard gebleven, zoals in Deventer rekeningen uit de 14e en 15e eeuw. Deze bevatten zoveel materiaal, dat twee heren kans hebben gezien een boek te schrijven over een bezoek aan een Nederlandse stad in de 14e eeuw. Door belegeringen en brand, zoals bv. de stadhuisbrand in Delft in de 17e eeuw ging ook veel verloren.
In de 19e eeuw is echter zeer vreem omgesprongen met de archieven en helaas moet ik zeggen, dat thans de toestand nog verre van ideaal is, niettegenstaande het bestaan van een archiefwet.
Voor de archieven van de staat kwam er enige verbetering in het begin van d 19e eeuw. In 1802 werd nl. Mr van Wijn belast met het beheer en de verzorging- waarbij de grens van oud- en nieuw archief gelegd werd bij 1648, het jaar van de vrede van Munster. Van Wijn stoorde zich gelukkig niet aan dit jaar en nam alle staatsarchieven onder zijn beheer van vóór 1795. Het verband tusse Den Haag en de provinciale hoofdsteden was echter nog zeer gering.
De berging liet nog veel te wensen over en van de openbaarheid kwam nog niet veel terecht. De openbaarheid wi zeggen, dat <Je archieven kosteloos doo ieder geraadpleegd mogen worden en dat men hieruit afschriften mag maken Daar de archieven echter evenmin geordend waren was dit al mede een reden, dat weinigen iets aan die openbaarheid hadden.
In 1854 kwam pas een verbetering toen Mr Bakhuizen van den Brink Rijksarchivaris werd. Deze zag in, dat in de eerste plaats nodig was werkelijke openbaarheid van de oudere archieven, betere berging, centralisatie van het archiefwezen en regeling bij de wet.
In 1870 werd een begin gemaakt me het inspecteren en inventariseren van Rijkswege van gemeente- en waterschapsarchieven. Hier zijn in die tijd ook verschillende inventarissen gemaakt zoals in Sommelsdijk e.a. In de loop van de laatste 25 jaar van
In de loop van de laatste 25 jaar van de 19e eeuw kwamen in de procinciale hoofdsteden Rijksarchieven tot stand waar o.m. de archieven van de vroegere provinciale besturen van vóór 1813 geborgen werden. Omdat nl. de souvereiniteit van de
Omdat nl. de souvereiniteit van de Verenigde Nederlanden is overgegaan op de Staat der Nederlanden, zijn deze provinciale archieven Rijksarchieven geworden.
Ook de notariële en rechterlijke archieven zijn in het Rijksarchiefdepót, omdat thans de rechtspraak staatszorg is, en de notarissen onder controle van het Rijk zijn. Zoals U bekend zal zijn, was vroeger de rechtspraak bij de plaatselijke besturen, zoals steden en ambachten. Er is nu bepaald, dat een gemeente deze rechterlijke stukken in bruikleen kan krijgen, wanneer zij een bevoegd archivaris aanstelt en een archiefdepót heeft, dat aan de eisen voldoet. Ik kom hierop nog nader terug.
In 1912 toen Mr Pruin Algemeen Rijksarchivaris werd kwamen er grote verbeteringen. Hij wist het eindelijk gedaan te krijgen, dat de Archiefwet 1918 tot stand kwam, waarin vele belangrijke bepalingen voorkomen en waarover ik ook enkele dingen wil zeggen.
Deze wet is in 4 afdelingen verdeeld: Ie. Algemene bepalingen, 2e. over Rijksen pi'ovinciale archieven, 3e. gemeente archieven en 4e, waterschappen, polders, veenschappen en veenpolders.
Hoewel deze wet nu reeds sedert 1918 bestaat, waaraan vele uitvoeringsbepalingen zijn toegevoegd, is het bestaan daarvan nog aan vele voorzitters en secretarissen niet bekend, zodat ik enkele belangrijke punten eruit wil lichten. Artikel 1 zegt dan: De archieven, die
Artikel 1 zegt dan: De archieven, die in de in deze wet bedoelde archiefbewaarplaatsen berusten, zijn behoudens de beeprkingen, welke bij hun opneming mochten zijn gesteld en sedert niet zijn terug genomen, openbaar. Een ieder is bevoegd, die stukken kosteloos te raadplegen.
In ieder geval zijn alle stukken van vóór 1813 openbaar. In deze bepaling wordt dus verklaard, dat er archiefbewaarplaatsen moeten zijn. Dit is dus theoretisch uitstekend geregeld, maar nu de practijk. Ik wil hier enkele voorbeelden noemen, en verklaar tevens, dat ik die uit andere delen van de provincie genomen heb. Wanneer U in aanmerking neemt, dat de wet reeds 32 jaar bestaat zult U verbaasd zijn, dat dit nog voorkomt.
In een gemeente trof ik bij mijn eerste bezoek een soort bedstede aan, waarin opgestapeld lagen allerlei soorten papieren, rekeningen, kris kras door elkaar, waarin dan ook niets terug te vinden was. Alleen de laatste tien jaar administratie was in orde. Gelukkig- waren hier een paar jonge en ijverige ambtenaren, die de handen uit de mouwen gestoken hebben om orde te scheppen. Zij brachten alles in dozen, na de stukken beschreven te hebben, nummerden de stukken en brachten een inventaris tot stand, zodat het archief nu weer bruikbaar is. Helaas bleken er nu enkele hiaten te zijn, waaraan echter niets meer te verhelpen was.
In een andere gemeente waren in het begin van de oorlog twee kasten in een muur aangebracht met branddeuren, om tenminste te voorkomen, dat bij een kleine brand direct alles vlam kon vatten. Bij de inspectie bleek de ene kast blanco materiaal te bevatten, de andere was op slot en in gebruik genomen door een ambtenaar, die toen juist met vacantie was. Op houten stellingen op de zolder trof ik het achief aan, waarvan nog een groot gedeelte verspreid lag op de grond. Ook hier zijn de kasten nu ingeruimd waarvoor ze bedoeld waren, terwijl het minst belangrijke gedeelte op zolder moest blijven.
Weer een andere gemeente had een hele mooie kluis, voor de helft gevuld met archief, terwijl er verder blanco materiaal in lag. De gemeente had zelfs in 1914 door een ambtenaar van het Rijksarchief een keurige inventaris laten maken, maar van de nummering was niets te vinden. Het bleek nu, dat alles op zolder lag, gedeeltelijk uit de portefeuilles, verspreid op de grond. Ook hier is thans de orde hersteld en het blanco materiaal heeft elders een plaats g'evonden.
Dan nog een aardig geval, waar een deel van het archief in een raadzaal lagin kasten, maar ik meende, dat er veel meer moest zijn. Dit bleek inderdaad het geval, maar dit was niet bereikbaar volgens de secretaris, want het lag op de vliering en er was geen ladder in het gemeentehuis. Bij de timmerman is een ladder geleend en toen kon ik constateren, dat daar alles door elkaar lag, gedeeltelijk opgestapeld, gedeeltelijk los. Bij brand zou hier alles reddeloos verloren gaan. Het ligt thans tijdelijk in het Algemeen Rijksarchief tot een kluis gemaakt is. Van de gemeenten gaan we naar de
Van de gemeenten gaan we naar de polders over.
Als archiefbewaarplaats werd mij door de vertegenwoordiger een juten zak getoond, die aan een spijker op zolder was opgehangen. Wanneer hier iets nageslagen moet worden, moet de gehele zak geleegd worden en U kunt begrijpen, hoe ordelijk zo'n archief er uit zal zien. In het Westland had een secretaris
In het Westland had een secretaris een 8-tal polderarchieven te beheren. Aangezien zijn huis te klein was om alles te bergen, werden de gedeelten van voor zijn optreden in 1914 in kisten bij de voorzitters bewaard. Bij mijn inspectie bleek me, dat inmiddels van twee voorzitters de boerderijen verbrand waren en daarmede tevens de bij hen in bewaring gegeven archieven. Een derde voorzitter toonde mij een kist met vele reten en scheuren en bij opening bleek, dat hiervan muizen geprofiteerd hadden om er nesten te maken en een groot gedeelte van de archiefstukken te vernielen, terwijl het geheel onder het vuil zat. Slechts een klein gedeelte is hiervan ^m& gered ktinnen worden, want ook vocht had hier nog de overige schade aangericht.
Bij een andere poldersecretaris vond ik alleen achief van de laatste twintig jaar en merkwaardigerwijze twee rekeningen van 1680 en 1684. Op mijn vraag, waar de rest was kreeg
ik ten antwoord, dat bij herstel van een molenkap op de zolder aldaar een groot archief was aangetroffen, door vocht aangetast, waarvan de twee genoemde rekeningen als goede exemplaren aan de secretaris waren gegeven, en de rest bleek door de molenaar verbrand te zijn. De aangewezen weg was natuurlijk geweest om de inspecteur te waarschuwen, die dan had kunnen nagaan, wat er van te redden geweest was.
Ik zou nog talrijke voorbeelden kunnen aanhalen, maar laat het hierbij, en keer terug op de archiefwet. In artikel 14 wordt gezegd, dat Bur
In artikel 14 wordt gezegd, dat Burgemeester en Wethouder verplicht zijn zorg te dragen voor de gemeente-archieven en in artikel 20 komt eenzelfde bepaling voor ten aanzien van de dagelijkse besturen van waterschappen enz. voor hun tarieven.
Wat omvat nu die zorg ? In de eerste plaats, dat er een behoorlijke archiefbewaarplaats is, liefst een brandvrije kluis, grote brandkast of stalen kast, die afgesloten kan worden, zodat niet jan en alleman daar stukken uit kan halen. De archieven moeten tegen vocht beveiligd zijn, want vocht veroorzaakt een zekere ondergang-, terwijl verder het ongedierte geweerd moet worden.
Het beheer wordt opgedragen aan een secretaris of eventueel een archivaris, en deze moet zijn administratie zodanig voeren, dat het archief te raadplegen is. Het is derhalve gewenst, en hier spreek ik voornamelijk voor de polderbesturen, dat zij een secretaris benoemen, die van administratie verstand heeft en een ordelijk beheer voert.
Voor de poldervoor-zitter is bovendien in het Algemeen Polderreglement voorgeschreven, dat hij het archief onder zijn beheer behoort te nemen, wanneer een secretaris geschorst of overleden is. Dit is een belangrijke bepaling, die vele voorzitters blijkbaar niet kennen, wat noodlottige gevolgen kan hebben. Zo was er een 85-jarige secretaris, vrijgezel, die plotseling overleed, en daardoor nog niet een vordering van ƒ 500.— van het bestuur betaald had gekregen. De erfgenamen klopten hiervoor bij het bestuur aan, en toen dit niet spoedig tot een betaling overging, daar hierover nader overleg gepleegd moest worden, hebben de erfgenamen, het archief verbrand. Wanneer de voorzitter zijn plicht niet verzuimd had om het archief direct onder zijn beheer te nemen, had dit niet kunnen gebeuren. (Wordt vervolgd)
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 25 juli 1951
Eilanden-Nieuws | 4 Pagina's