Begroting 1952 van het Landbouwegalisatiefonds
Tekort igeraamd op 110 miliioeiii g'ulilen. begroting van het LandbouwEgalisatie In de Memoiie van Toelichting op de fonds vooi het dienstjaar 1952 wijst de Minister van Landbouw, Visseiij en Voedselvoorziening er op, dat met het oog op het bijzondere karakter van dit fonds, de in de begroting opgenomen cijfeis slechts met het grootste voorbe houd omtrent de uiteindelijke juistheid daarvan kunnen worden verstiekt. De beweging' der wereldmaiktpiij2.en in het begrotingsjaar, waaromtrent onmogelijk voorspellingen kunnen woiden gedaan, is wel de belang lijkste factoi voor de onzekerheid van de m de begroting van het LandbouwEgalisatiefonds uitgetrokken bedragen. Aangezien thans >— m veel sterker mate dan voorheen — bovendien nog zeer belangiijke verschillen bestaan tuusen de wereldmarktprijzen geldenid bij betaling m dollars en bij betaling in andere valuta, is de onzekerheid omtrent de te betalen impoitprijzen nog ,oegenomen, omdat de hoeveelheid dollars, die gedurende 1952 voor de aankopen beschikbaar zal komen, nu nog niet te bepalen is.
Bij het opstellen van de loeg roting is, wat de te importeren goedelen betreft, uitgegaan van de wereldmaiktnotcimgen, zoals die in de eerste week van Juli 1951 golden. Hierbij is aangenomen dat voor alle tarweaankopen dollars beschikbaar zullen zijn en dat die goederen, waarvoor import zowel tegen betaling in dollars als tegen betaling m andere valuta mogelijk geacht wordt, voor 1/3 deel tegen betaling in doUais en voor 2/3 deel tegen betaling m andere valuta gekocht zullen worden, voor zover de pioducten ook uit dollargebieden kunnen worden betrokken. De toestand van begin Juli 1951 is oolc als uitgangspunt genomen voor de binnenlandse prijsverhoudingen.
Het nadelig saldo van het Landbouw Egalisatiefonds wordt voor 1952 geraamd op 110 millioen gulden, waaibij een voordelig saldo van ƒ 62.375.000 voor het landbouwdeel en een nadelig saldo van ƒ 172.375.000 voor het consumentenideel, tegen 130 millioen gulden in 1951.
Bij de berekening van het nadelig saldo van het Landbouw Egalisatiefonds voor 1951 ten tijde van de Regelingsverklaring in Maart j.1. werd dit begroot op 175 millioen gulden. Daarbij was rekening gehouden met het lesultaat van de voorgenomen subsidieverlagingen voor een geheel jaar, terwijl de berekeningen uiteraard waren gebaseerd op het prijzenniveau op de wereldmarkt op dat tijdstip. Hoewel de meeste van de subsidieverlagingen eerst in Maart van dit jaar of later zijn ingegaan en uit dien hoofde zou zijn te verwachten, dat het bedrag van 175 millioen gld. zou moeten worden verhoogd, wordt deze verhogende factor meer dan gecompenseerd door de gevolgen van de prijsverlagingen op de wereldmarkt voor veevoeder en margarinegiondstoffen. Het resultaat is dan ook, dat aan de hand van de thans geldende wereldmarktprijzen de raming van 175 milli oen gulden kan worden teruggebracht tot 130 millioen gulden, een verlaging dus van 45 millioen gulden.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 oktober 1951
Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 6 oktober 1951
Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's