Nationale Reserve

(logen en geruchten van oorlogen (j er zon. dani« de broodetende profeten, die t moede worden ons het einde aller leen te voorspellen, toont het weeeld de waarheid van wat 's Heeffoord ons voorzegt. 1 groter, steeds feller, steeds al

1 groter, steeds feller, steeds alener worden de oorlogen. Zenuw- > als het kanon niet blïif t. Ontzag- (spanningen, die nauwelijks «nige ting vinden als de oorlogspartijen jen neveniterrein (voorlopig) hun Iten meten. (Korea.) De oorlogen (1 hoe langer hoe meer het karak- ^ van totale oorlogen. Niet alleen jlrijdBiachten zgn erbij betrokken. ije economie, aüe hulpbronnen, heel tevoUcing wordt erbij betrokken. Men l)(j de huidige oorlogstechniek niet r de strijdbijl opgraven op het ogenjat het conflict ontstaat. Het coniä bovendien latent. Men moet teil alles voorbereiden. Ook dan reeds t de gehele volkshuishouding erbij liken. Alles wordt voorbereid om in kortst mogelgke tijd op volle ooreconomie over te schakelen. j conflicten z^jn eigenlijk niet meer

j conflicten z^jn eigenlijk niet meer a nationale conflicten. De grenzen nde partijen zijn niet meer de landsen. Het zijn eigenlijk niet meer na- Ie tegenstellingen, maar ideologi- Deze conflicten bestaan daarom en de landsgrenzen. . 1 de wereld is er een grote tegen

ling van het communisme en van nationaal socialisme tegenover, wat maar noemen zullen „de democra- ' Anderen zullen zeggen: tegenover t kapitalisme."

1 Rusland heeft het communisme de ihand. Dat wil volstrekt niet zeg- , dat er bij de brede lagen der begeen tegenstand daartegen zou onden worden. Maar de aard van de r dat communisme uitgeoefende diebrengt mede, dat al het andere Jerdmkt wordt. In de meer democralie landen komen de tegenstellingen er tot uiting. Daar mag een sterkere wakkere communistische partij be- , Daarvan maakt Rusland gebruik door met deze communistische gen contact te onderhouden en dat lamunisme te steunen. Breekt er nu apend conflict uit, dan zullen ', ook in Nederland, de vijand binnen e veste vinden. Zo is het ons verin 1940 met de N.S.B. Maar ook „vredestijd" zal men trachten een re- »tie te ontketenen en met een minheid de dictatuur van het communiste vestigen. Dat verschijnsel is niet In 1918, aan het einde van de te wereldoorlog, toen in Duitsland revolutie ontstond, greep hier Troelnaar de macht. Nu hebben wij wel leger om zo nodig de binnenlandse e te handhaven, maar daarin zitten I de revolutionaire elementen, zodat ; leger de revolutie kan bevorde- I. Dat is in sommige Zuid-Amerikaanlanden keer op keer gebeurd. Bovenn is het grootste gedeelte van het "tf gedemobiliseerd, en ontbreekt de i om de manschappen onder de wapete roepen. In 1918 was er zoveel erkracht bij het Nederlandse volk dat m uit allerlei kringen der bevolking h schaarde om de Troon der Oranjes. t mogen wij dankbaar erkennen als zegen van God. Het revolutiespook af. Troelstra erkende zich tehebben vergist. De hulp kwam spontaan. De actie was geïmproviseerd. Het effect was prachtig. Maar, men vergete niet, de revolutie was óók geïmproviseerd. Ook die was niet op lange termijn voorbereid. Wij zouden de toenmalige socialisten onrecht doen door zulks te beweren. Het werd dan ook beseft, dat er een blijvend instituut nodig was om in dergelijke situaties het wettig gezag te steunen. Hieruit ontstond de Bijzondere Vrijv^rillige Landstorm, welke plaatselijk in afdelingen was georganiseerd. Zij vormden een tegenwicht tegen de in ons volk sluimerende revolutionaire krachten, en was voor sommigen daarom een doorn in 't oog.

Bij de Duitse bezetting verdween de B.V.L.

Na de bevrijding waren de verhoudingen gewijzigd. De vroegere S.D.A.P. was omgezet in de Partij van de Arbeid. Deze nam nu met de Roomsen deel aan de regering.

Meer nog dan voor de oorlog besefte men de noodzakelijkheid van een burgerlijke organisatie om het regeergezag te steunen. Maar deze moest breder zijn. Ze moest niet alleen wortelen in de rechtse partijen, maar ook in de P.v.d.A. Daarom kwam van een herleving van de B.V.L. niets. Er werd een Nationale Reserve in het leven geroepen, welke noodwendig een ander karakter droeg.

Bijkslandboüwwinterschool te dordrecht

Bij beschikking van de Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening zijn de heren G. Kranenburg en J. Berghuis wederom benoemd tot tijdelijk leraar aan de Rijkslandbouwwinterschool te Dordrecht. Deze benoeming geldt voor het tijd

Deze benoeming geldt voor het tijdvak van 1 October 1951 tot 1 Octobef 1952.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen