Uit het Kijkvenster
standsverschil ook op het kerkhlof? — Onderscheid tussen de schamelen en de ryken. — Ook in de kerk.
Wij vonden in de „Zeeuwse Kerkbode'", het weekblad van de Geref. Kerken in Zeeland een raak artikel van de hand van Ds H. Veldkanip, dat we in deze rubriek in zijn geheel opnemen. Deze Middelburgse pastor tekent de waanzin van de standsverschillen die er zijn, zelfs op het kerkhof, ten voeten uit. Hier volgt het dan.
„We zijn deze week dan eens weer op het kerkhof geweest. Ter gelegenheid van een begrafenis, zoals u wel begrijpt. Voor het doel „om het graf te bezien" komen wij daar liever niet, want daar wordt een mens nooit beter van. Dat laat leeg en onbevredigd.
Die begrafenis dan was ditmaal geen „deftige" begrafenis. Zo maar een begrafenis, zo ongeveer in de trans van de arme Lazarus, weet u wel, de man die in Jeruzalem ergens gewoond moet hebben in de blinde Molsteeg driehoog achter. Van hem wordt in de Bijbel wel verteld, dat hij stierf, maar niet, dat hij begraven werd. Dat ging volkomen ongemerkt. Daar kwam geen stoet van sprekers met hoge hoeden aan te pas. Zo heel anders als bij de begrafenis van dê rijke man. Van vrte ergens wordt gemeld „en hij werd begraven".
Zo stilletjes ging het daar ook bij deze begrafenis toe.
We moesten dan ook helemaal achteraan wezen.
De mensen die in het leven achteraan staan, die leggen we op het kerkhof ook achteraan, tenminste in Middelburg, en dat zal op vele andere plaatsen óók wel het geval zijn. Eerst krijgt u dan de mooie zerken, dan volgt de middenstand met wat minder mooie. Dan komt er een hele tijd niets, en dan krijgt u een hoek van het kerkhof, waar slechts bij hoge uitzondering een grafsteen te vinden is. Wel een hele rij kleine zwarte ijzeren bordjes, waar een nummer op staat. Dat zal wel gemeenteverordening wezen. En uit dat nummer waar de familie vermoedelijk een papier van heeft, kunnen de nabestaanden dan aflezen, waar hun doden zo ongeveer begraven liggen.
Nu, daar in die vergeten hoek der schamelen moesten we dan zijn.
De engelen, die kwamen om de ziel te dragen in Abrahams schoot, hebben wij niet gezien. Dat kon ook niet. In de eerste plaats, omdat je engelen nooit zien kunt, en in de tweede plaats, omdat die ons al vóór geweest waren. Die konden geen vier dagen wachten tussen sterven en begraven wlorden. Deze hemelse dienaren der begrafenis hadden terstond na het sterven hun lichte last al gedragen naar de hemelse gew^^ten. U hebt het al gemerkt, we hebben
U hebt het al gemerkt, we hebben daar een koningskind begraven.
Wel een zondares, die 'n hele tijd verdwaald was ook, maar door de goede Herder weer opgezocht, en dus gepromoveerd tot koningskind. En die hebben we daar zomaar
En die hebben we daar zomaar begraven op het stukje kerkhof, dat voor de schamelen was gereserveerd tussen al die zwarte paaltjes met een nummer er op. Helemaal achteraan.'
Meestappende in die kleine stoet over het kerkhof, hebben wij zo het een en ander lopen denken.
Wij hebben er over nagedacht, waarom wij mensen hardnekkig het standsverschil meezeulen naar de plek waar de dood alle heerlijkheid wegvaagt, en radicaal een streep haalt door alle rangen en standen. Wij hebben daar geen antwoord op
Wij hebben daar geen antwoord op gevonden.
Er zou trouwens moeilijk een antwoord op te geven zijn, waar in de gewone samenleving precies de grenzen lopen tussen de standen.
Als de een kans heeft gezien, hetzij op een eerlijke, hetzij op een listige manier, wat meer bankbiljetten te verzamelen dan de ander, is die ene dan om die reden plotseling tot een hogere stand verheven?
Als Jan in de gunstige omstandigheden geweest is, dat z'n ouders hem konden „laten leren", is hij dan meer dan Piet, die deze kansen heeft gemist, maar het véél verder gebracht zou hebben, als hij die kans óók had gehad??
Wij begrijpen dit niet goed.
En niettemin voeren wij deze „standsverschillen" overal door.
Vroeger was dat in de kerk ook nog zo.
Wij herinneren ons nog uit onze jeugd, hoe het was in de kerkgebouwen te Groningen.
Daar waren banken van 10 gulden, van 25, van 50, en hoger.
Die duurste banken waren banken met een luifel er boven, en deurtjes opzij met een knipje er op. Daar zaten heel deftige mensen met dure jassen en dames met bontmantels. Mensen, voor wier jassen en mantels en geld iedereen de hoed afnam. Die zaten daar in die luifelbanken met deurtjes en knipjes. Daar durfde geen gewone sterveling gaan zitten. Stel u voor, zo maar in die deftigheid van de dure banken. De gewone man zat meer achteraan
De gewone man zat meer achteraan in banken zonder deurtjes en zo.
In die dure banken lagen ook mooie bijbels, met indrukwekkende sloten, en in die bijbels stond ook de brief van Jacobus, u weet wel, waar in voorkomt van die man met een gouden ring aan z'n vinger, maar ondanks dit alles bleef dat zo, dat standsverschil in de kerk. Wij hebben het nog meegemaakt, dat die zitplaatsen in de kerk bij opbod verhuurd werden.
Nu is dat geloof ik, allemaal (gelukkig) uit de tijd. En wij hebben ons maar lopen afvra
En wij hebben ons maar lopen afvragen, wanneer het kerkhof het voorbeeld van de kerk zal volgen, en wanneer de waanzin zal ophouden, dat wie in deze wereld wat meer geld had, vóóraan, en wie minder of niets had, achteraan komt te ligg«n op het kerkhof. De dood heeft maling aan onze bank
De dood heeft maling aan onze bankrekeningen en brandkasten, want hij laat ons niets meenemen.
En als de doden, groot en klein, voor het gericht verschijnen, wordt er geen rekening gehouden met uw „stand". Wel met uw „staat".
Hoè staat het met U?"
Wij behoeven hier niets aan toe te voegen.
WAARNEMER.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 februari 1952
Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 2 februari 1952
Eilanden-Nieuws | 6 Pagina's